Artikel
3. Voorschrift omtrent het gebruik
van gronden en opstallen.
1. Het
is verboden de gronden en opstallen, begrepen in de bestemmingsplannen welke
zijn vermeld op de bij deze voorschriften behorende lijst, te gebruiken ten
behoeve van een A-inrichting.
2. Het
is verboden de gronden en opstallen met de bestemming "bebouwde kom",
te gebruiken ten behoeve van een A-inrichting.
3. Het
in de leden 1 en 2 vervatte verbod is niet van toepassing op gronden, welke
zijn aangegeven op de bij deze voorschriften behorende voorschriftenkaart.