Artikel 3. Hoogtebepalingen
1. Het
maximaal aantal bouwlagen van gebouwen mag, behoudens het daaromtrent
afzonderlijk in de voorschriften bepaalde, niet meer bedragen dan het aantal
bouwlagen op de plankaart aangegeven met een Arabisch cijfer achter de
bestemming.
2. De
hoogte van gebouwen mag maximaal 4 m hoger zijn dan de maximaal toelaatbare
goothoogte volgens het bepaalde onder 1, tenzij is aangegeven dat plat moet
worden afgedekt.
3. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in 1 en 2 van dit artikel, indien dit voor een betere stedenbouwkundige inpassing noodzakelijk is, met dien verstande, dat de afwijking niet meer bedraagt dan 20 % van de maximaal toelaatbare goot- en/of hoogte.