Artikel 2.3. Algemene voorschriften omtrent het gebruik
van de opstallen
1. Het is verboden de in dit plan begrepen
opstallen te gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de in het
plan aan de grond gegeven bestemming.
2. Indien en voorzover het gebruik van de
grond afhankelijk is van een vergunning, vrijstelling of toestemming
anderszins van de rijks- of provinciale overheid en in de desbetreffende
regeling mede de planologische aspecten het toetsingscriterium vormen, geldt
het onder 1 van dit artikel gestelde verbod niet.
3. Burgemeester en wethouders verlenen
vrijstelling van het in dit artikel onder 1 bepaalde, indien strikte toepassing
daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatig gebruik, die niet
door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.