logo gemMtr klrArtikel 15 Kantoordoeleinden

 

1.      Doeleindenomschrijving

De op de plankaart A als kantoordoel­einden aangegeven gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in arti­kel 22 voor zover het tevens betreft gronden met de bestemming beschermings­zone, bestemd voor:

-        kantoordoeleinden;

-        dienstverleningsdoeleinden;

-        horecadoeleinden;

-        verkeersdoeleinden in de vorm van een secundaire ontsluitingsweg, ontslui­tingsstraat, fiets- en voetpaden, plein en parkeerplaatsen;

-        doeleinden van openbaar nut;

-        groenvoorzieningen

en met dien verstande dat woondoelein­den zijn uitgesloten.

 

2.      Beschrijving in hoofdlijnen

De in lid 1. omschreven doeleinden worden, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7, als volgt nagestreefd:

a.      de bebouwing wordt opgericht over­eenkomstig de op de plankaart B aan­gegeven richting;

b.      de kantoren en dienstverlening zul­len als zelfstandige bedrijfsgebou­wen worden gebouwd;

c.       de horecadoeleinden zullen op begane grond niveau worden gerealiseerd;

d.      er is een secundaire ontsluitingsweg in de bestemming tussen de punten aangegeven op plankaart A met de letters A en B volgens wegprofiel 4 zoals op plankaart A aangegeven;

e.      de parkeerplaatsen voor ter plaatse werkzame personen en bezoekers be­vinden zich in overwegende mate in onder de bebouwing gelegen parkeer­garages.

 

3.      Bouwvoorschriften

a.      Op de tot kantoordoeleinden bestemde gronden is uitsluitend bebouwing toegestaan die in overeenstemming is met het hierna bepaalde onder b. t/m e. en met de bepalingen in lid 1. en lid 2. van dit artikel en artikel 25;

b.      het aantal bouwlagen exclusief de onderbouw mag maximaal 5 bedragen;

c.       het totale bedrijfsvloeroppervlak van de kantoren en de dienstverle­ning zal minimaal 12.000 m2 bedra­gen;

d.      het totale bedrijfsvloeroppervlak van de horecabedrijven zal maximaal 500 m2 bedragen;

e.      de hoogte van andere bouwwerken mag maximaal 10,00 m. bedragen.

 

4.      Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd om ter waarborging van de ruimtelijke kwaliteit en/of het stedebouwkundige beeld en met inachtneming van het be­paalde in de leden 2. en 3. nadere ei­sen te stellen t.a.v.:

-        de situering en afmetingen van gebou­wen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkhe­den van aangrenzende gronden en bouw­werken of ten behoeve van het ruimte­lijke kwaliteit en/of het stedebouw­kundige beeld ter plaatse;

-        het aantal en de situering van open­bare parkeervoorzieningen.

 

5.      Vrijstelling

Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van de doel­eindenomschrijving tot een maximaal aantal van 50 woningen.