Artikel
16 Verkeersdoeleinden 1
1.
Doeleindenomschrijving
De
op de plankaart A als verkeersdoeleinden 1 aangegeven gronden zijn, met
inachtneming van het bepaalde in artikel 22 voor zover het tevens betreft
gronden met de bestemming beschermingszone, bestemd voor:
- verkeersdoeleinden
in de vorm van hoofdontsluitingswegen, secundaire ontsluitingswegen, fiets- en
voetpaden en parkeerplaatsen;
- doeleinden
van openbaar nut;
- groenvoorzieningen;
- voor
zover de aangegeven gronden zijn gelegen in het gebied aangewezen als beschermd
stadsgezicht moet de bestemming in overeenstemming zijn met de structuur en de
karakteristiek van het beschermd stadsgezicht c.q. het behoud ervan moet
gegarandeerd zijn.
2.
Beschrijving in hoofdlijnen
De
in lid 1. omschreven doeleinden worden, met inachtneming van het bepaalde
in artikel 7, als volgt nagestreefd:
a. de
verkeersdoeleinden met wegprofiel 1 en 2 krijgen het karakter dat bij een
langzaamverkeersroute in het plangebied behoort;
b. de
verkeersdoeleinden met wegprofiel 3 t/m 6 krijgen het karakter dat bij de
secundaire ontsluiting in het plangebied behoort;
c. de
verkeersdoeleinden met wegprofiel 7 krijgen het karakter dat bij een stadsautoweg
behoort;
d. de
verkeersdoeleinden met wegprofiel 8 krijgen het karakter dat bij de
hoofdontsluiting van het plangebied behoort;
e. de
structuur en de karakteristiek van het in de bestemming gelegen beschermd
stadsgezicht blijft behouden evenals het als monument geclassificeerde
Watertorentje.
3.
Bouwvoorschriften
a. Op
de tot verkeersdoeleinden 1 bestemde gronden zijn uitsluitend andere
bouwwerken toegestaan die in overeenstemming zijn met het hierna bepaalde onder
b. en met de bepalingen in lid 1. en lid 2. van dit artikel;
b. de
hoogte van de onder a. bedoelde andere bouwwerken mag maximaal 10,00 m.
bedragen.
4.
Inrichting
a. De
tot verkeersdoeleinden 1 bestemde gronden mogen niet anders worden ingedeeld
dan overeenkomstig de op de plankaart A aangegeven wegprofielen;
b. in
afwijking van het onder a. bepaalde is het toegestaan de verhardingsbreedte
te vergroten t.b.v. in- en uitvoegstroken en bushaltes, mits het aantal
rijbanen resp. rijstroken overeenkomstig het op de plankaart A aangegeven
aantal gehandhaafd wordt.