logo gemMtr klrHOOFDSTUK III.    OVERIGE BEPALINGEN

 

 

Artikel 25 Algemene bepalingen in verband met de Wet geluidhinder

 

1.      Binnen de op de plankaart A aangegeven onderzoekszones conform ar­tikel 74 Wgh., mogen woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen in de zin van de Wet geluidhinder slechts worden opgericht indien de terzake door Gedeputeerde Staten voor de vaststelling van het bestemmingsplan vastgestelde hogere grenswaarden c.q. de voor­keursgrenswaarden niet worden overschreden.

 

2.      In afwijking van het bepaalde in lid 1. mogen de daar bedoelde geluidgevoelige gebouwen ook worden opgericht indien de realise­ring van geluidbeperkende voorzieningen, zo deze noodzakelijk zijn om overschrijding van de daar bedoelde grenswaarden c.q. de voor­keursgrenswaarden te voorkomen, in voldoende mate is verzekerd.

 

3.      In het geval bedoeld in lid 2. wordt terzake het advies ingewonnen van de Inspecteur van de Volksgezondheid voor de Hygiëne van het Milieu in Limburg.

 

4.      Binnen de in lid 1. bedoelde zones mogen wegen, indien daarbij de realisering van geluidbeperkende voorzieningen noodzakelijk zou zijn om ten aanzien van geluidgevoelige gebouwen als in dat lid bedoelde overschrijding van de daar bedoelde grenswaarden c.q. voorkeursgrenswaarden te voorkomen, uitsluitend worden aangelegd indien zodanige realisering in voldoende mate is verzekerd.