Artikel 7                  Golfaccommodatie

 

1.                                         Doeleindenomschrijving       

                                            De op de plankaart A als golfaccommodatie aangegeven gronden zijn met inachtneming van het bepaalde in artikel 11 en 11A voor zover het tevens betreft archeologisch attentiegebied resp. beschermingszone bestemd voor de beoefening van de golfsport en daarbij behorende voorzieningen waaronder opslagruimten, detailhandels-voorzieningen gericht op de bestemming golfsport, woningen voor niet-permanente bewoning binnen de op de plankaart A aangegeven begrenzing (oranje stippellijn), bestaande wegen, verkeersdoeleinden in de vorm van ontsluitingswegen, fiets- en voetpaden, parkeervoorzieningen, één dienstwoning, alsmede voor, zoals op de plankaart A aangegeven, retentiebekkens, extensief recreatief medegebruik en tevens voorzover op de plankaart A begrensd en aangegeven met de letters:

 

Sh 2   voor ongebouwde accommodatie van een skihelling;

Sv       voor gebouwde en ongebouwde accommodatie voor het beoefenen van de voetbalsport;

 

met dien verstande dat indien de op de plankaart A aangegeven afwijkende functies worden vervangen door een binnen de bestemming toegestane functie en deze gedurende 3 jaren als zodanig is gebruikt, de afwijkende functie ter plaatse niet meer is toegestaan.

 

2.                                         Beschrijving in hoofdlijnen  

                                            De in lid 1 omschreven doeleinden worden met in achtneming van het bepaalde in artikel 5 als volgt nagestreefd:

a.     het beleid is met name erop gericht de samenhang van het golfterrein met de aanwezige en potentiële land-schappelijke waarden op een kwalitatief hoog peil te handhaven en te ontwikkelen;

b.     de golfsportbeoefening heeft prioriteit in de 18 holesbaan, driving-range, 9 holes par 3, driving/ putting en chipping green. Bij de aanleg gelden er beperkingen voor wat betreft het reliëf in de zin dat wijzigingen in de bestaande maaiveldhoogten van meer dan ondergeschikte betekenis aanlegvergunningplichtig zijn.

Vanwege speltechnische eisen zijn reliëfwijzigingen c.q. wijzigingen in de maaiveldhoogten wel rechtstreeks toelaatbaar voor de hole-onderdelen tees, greens, bunkers en driving-range in die zin dat:

-       tees en driving-range mogen worden geëgaliseerd c.q. vlak gelegd;

-       greens mogen worden aangelegd door middel van egalisatie, ingraving of ophoging binnen de marge van 1m. beneden of 1m. boven het bestaande maaiveld;

-       bunkers mogen worden aangelegd door middel van ingraving.

c.     bij de situering van voorzieningen t.b.v. beoefening van de golfsport zal zoveel mogelijk geluid- en lichtoverlast voor nabij gelegen woningen worden voorkomen;

d.    in beperkte mate zijn binnen het matrixgebied horeca-activiteiten en detailhandelsactiviteiten toegestaan mits direct verband houdend met en als nevenactiviteit van de golfsport;

e.     bij de oprichting van dienstwoningen wordt door middel van een akoestisch gunstige situering, danwel een effectieve geluidsafscherming voldaan aan de voorkeursgrenswaarden;

f.      de woningen voor niet-permanente bewoning mogen worden gerealiseerd in het gebied tussen de oranje stippellijn, zij dienen op zodanige wijze te worden vormgegeven dat zij onderdeel van de directe landschappelijke omgeving zijn;

g.     het bestaande en het geprojecteerde retentiebekken maken deel uit van de landschappelijke omgeving;

h.    met het oog op het extensief recreatief medegebruik mogen, rekening houdend met de in lid 1 genoemde doeleinden en de overige bepalingen van dit artikel rustpunten e.d. worden aangelegd en zitbanken, afvalbakken, borden e.d. worden geplaatst;

i.      de op de plankaart B aangegeven ruimtelijke karakte-ristiek wordt zoveel mogelijk nagestreefd;

j.      de parkeeraccommodatie wordt gerealiseerd in de directe omgeving van het matrixgebied.

 

3.                                         Bouwvoorschriften  

                                            Op en in de voor golfaccommodatie bestemde gronden mogen uitsluitend gebouwen en die andere bouwwerken worden opgericht die in overeenstemming zijn met het in dit artikel bepaalde met dien verstande dat:

 

1.     het maximale bebouwingspercentage, dat voor het matrixgebied geldt, op de plankaart A is weergegeven in het linkervak van de matrix;

2.     het rechtervak van de op de plankaart A aangegeven matrix de maximale goothoogte in meters ten opzichte van het peil weergeeft;

3.     het vloeroppervlak ten behoeve van woningen voor niet permanente bewoning maximaal 2.000m² mag bedragen en de inhoud maximaal 300m³ per woning met dien verstande dat het aantal verblijfseenheden maximaal 21 zal zijn;

4.     de goothoogte van de woningen voor niet permanente bewoning maximaal 1,50m. ten opzichte van het peil bedraagt;

5.     er één dienstwoning mag worden gerealiseerd, mits passend binnen totale oppervlakte van 2000m², zoals opgenomen in dit lid onder 3.;

6.     de dakhelling van de gebouwen maximaal 30º mag bedragen;

7.     het vloeroppervlak ten behoeve van detailhandels-voorzieningen gericht op de bestemming golfsport maximaal 200m² bedraagt;

8      het minimale aantal parkeerplaatsen 80 bedraagt;

9.     er schuilgelegenheden mogen worden opgericht met een maximale hoogte van 3,50m., een oppervlak per schuilgelegenheid van ten hoogste 25m² en tezamen met een oppervlak van ten hoogste 100m²;

10.  de hoogte van andere bouwwerken maximaal 15m. mag bedragen met uitzondering van erfafrasteringen welke 1,50m. hoog mogen zijn en van ballenvangers rond de driving-range waarvan de hoogte maximaal 8m. mag bedragen.

 

4.                                         Vrijstellingsbevoegdheid       

                                            Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in:

-          lid 1 ten behoeve van het verleggen van bestaande wegen met 25m;

-       lid 3 voor het oprichten van maximaal 3 gebouwen met een totale oppervlakte van maximaal 500m² per gebouw en een goothoogte van maximaal 3,50m. ten behoeve van beheer, onderhoud en faciliteiten ten behoeve van de bezoekers respectievelijk gebruikers van de gronden met de bestemming golfaccommodatie.

 

5.                                         Wijzigingsbevoegdheid         

                                            A.    Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd de bestemming golfaccommodatie te wijzigen ten behoeve van een gebouwde en niet gebouwde accommodatie inclusief parkeervoorzieningen voor het beoefenen van de voetbalsport in het zuid-oosten van de bestemming met een oppervlakte van maximaal 3ha. met een zelfde inhoud van de matrix als de afwijkende functie Sv met dien verstande dat de ligging van de voorzieningen resp. de gebouwde accommodatie het zicht op de buiten het plangebied gelegen karakteristieke boerderij de Hazendans niet in overwegende mate belemmeren;

B.    Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid zal met de situering van de voorzieningen resp. de gebouwde voorzieningen t.b.v. de voetbalsport zoveel mogelijk geluid- en lichtoverlast voor de nabij gelegen woningen worden voorkomen. Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid zullen deze aspecten zorgvuldig worden gewogen.

 

6.                                         Aanlegvergunning 

                                            Voor de gronden aangegeven op plankaart A als golfaccommodatie gelden de volgende bepalingen:

A.    Het is verboden, zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning), op of in deze gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

-       het ontginnen, verlagen of afgraven van de bodem dieper dan 1m. beneden het bestaande maaiveld anders dan normaal spitwerk en het ophogen en/of egaliseren van de bodem met meer dan 1m. boven het bestaande maaiveld. Dit geldt ook in geval deze werkzaamheden moeten worden uitgevoerd om ondergrondse gebouwen te kunnen realiseren en voor werkzaamheden in het kader van bodemsanering;

 

B.    Het in sub A. van dit lid bepaalde is niet van toepassing voor:

a.     werken of werkzaamheden van ondergeschikte bete-kenis;

b.     werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemexploitatie en bodemgebruik;

c.     werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, vrijstelling of anderszins mogen worden uitgevoerd.

 

C.    De werken of werkzaamheden als bedoeld onder A. van dit lid zijn slechts toelaatbaar, indien hierdoor geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de aanwezige en potentiële landschappelijke waarden van de betreffende gronden.

 

7.                                         Nadere eisen             

                                            A.    Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

1.     de stedenbouwkundige situering en de afmetingen van de gebouwen;

2.     de situering en afmetingen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

3.     de situering van in- en uitritten, groen- en speel-voorzieningen en openbare nutsvoorzieningen;

4.     het gebruik van gebouwen.

 

B.    De onder lid A. genoemde nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld:

1.     indien dit noodzakelijk is ter waarborging van de ruimtelijke karakteristiek, het stedenbouwkundig beeld, de cultuurhistorische en/of archeologische waarde ter plaatse dan wel indien dit noodzakelijk voor een verantwoorde landschappelijke inpassing in het bestaande landschap;

2.     ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

 

8.                                         Verboden gebruik van gronden             

                                            Onder verboden gebruik van gronden als bedoeld in artikel 12 lid 1. wordt ten minste verstaan het gebruik van gronden:

A.    a.     als staan- of ligplaats voor onderkomens;

b.     voor parkeerterreinen, anders dan bij de gronden aangegeven met de matrix   25   6   en SV;

c.     voor het beproeven van voertuigen; voor de beoefening van de motorsport; voor het houden van wedstrijden met motorrijtuigen of bromfietsen;

d.    voor het racen of crossen met motorrijtuigen, mountainbikes of bromfietsen;

e.     voor militaire oefeningen;

f.      voor het winnen van bosstrooisel of mos;

g.     als staanplaats voor wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel;

h.    voor plaatsing van kampeermiddelen.

 

B.    Voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde of van werkzaamheden ten behoeve van doeleinden als omschreven in dit lid onder A.

 

9.                                         Verboden gebruik van            

                                            Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 13 lid 1. bouwwerken     wordt ten minste verstaan het gebruik van bouwwerken voor:

a.     ambachtelijke en/of industriële doeleinden;

b.     groothandel en/of detailhandel, behoudens detailhandel als beperkte nevenactiviteit bij de beoefening van de golfsport op gronden op de plankaart A aangegeven met de matrix   25   6   ;

c.     transport- en/of garagedoeleinden;


d.    horecadoeleinden, behoudens horecadoeleinden als beperkte nevenactiviteit bij het beoefenen van de golfsport;

e.     opslagdoeleinden, behoudens opslagdoeleinden die verband houden met het beoefenen van de golfsport en het onderhoud van de gronden waarop de sport wordt beoefend.