Artikel 2 Algemene bepalingen 3
Hoofdstuk II Bestemmingsregeling 5
Artikel 3 Algemene beschrijving in hoofdlijnen 5
Artikel 4 Kantoren/bedrijven (ondernemingshuis) 8
Artikel 6 Verkeers- en verblijfsgebied 12
Hoofdstuk III Algemene vrijstellingen en wijzigingen (flexibiliteit) 13
Artikel 7 Vrijstellingsbevoegdheid
ex artikel 15 van de
Wet op de Ruimtelijke Ordening 13
Hoofdstuk IV Overige bepalingen 15
Artikel 8 Bepaling ter algemene bescherming van het plan 15
Artikel 9 Overgangsbepalingen
met betrekking tot het
gebruik van gronden en opstallen 15
Artikel 10 Strafrechtelijke bepaling 16
Bijlage: Staat van bedrijfsactiviteiten
bebouwing:
één of meer gebouwen en/of één of meer bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
bebouwingsgrens:
de op de plankaart blijkens de daarop voorkomende aanduiding als zodanig aangegeven lijn, welke door bebouwing niet mag worden overschreden, behoudens overschrijdingen die krachtens deze voorschriften zijn of kunnen worden toegestaan;
bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
bouwperceel:
de aaneengesloten bebouwde en/of onbebouwde grond, behorende bij bestaande of op te richten bebouwing;
bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren;
detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
gebouw:
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
horecabedrijf:
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies worden verstrekt;
peil:
1 voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan een weg grenst: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
2 in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende af-gewerkte maaiveld.
het plan:
de plankaart, de voorschriften en de bijlage bij de voorschriften welke deel uitmaken van het bestemmingsplan ‘De Geusselt’ van de gemeente
Maastricht.
2.1 Meetbepalingen
Bij de toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten c.q. gere-kend:
bebouwingspercentage:
het door bouwwerken bebouwde oppervlak, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat gelegen is binnen de bestemming of een in de voorschriften nader aan te duiden gedeelte van die bestemming;
de (bouw)hoogte van een bouwwerk:
verticaal vanuit het hoogste punt van een bouwwerk tot aan de gemiddelde grondslag van het aan dat bouwwerk aansluitende, afgewerkte bouwperceel, met dien verstande dat schoorstenen, lichtkoepels, antennes en soortgelijke ondergeschikte onderdelen van een bouwwerk buiten beschouwing blijven;
de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de
buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke
scheidingsmuren en wel
2.2 Zonebepalingen
1 50
dB(A)-contour industrielawaai, industrieterrein Limmel
Op de gronden gelegen binnen de op de plankaart gelegen ‘50 dB(A)-contour industrielawaai’ mag geen geluidgevoelige bebouwing worden opgericht.
2 LPG-cirkel
Op de gronden gelegen binnen de op de plankaart gelegen ‘LPG-cirkel’ mogen geen woningen en categorie II objecten zoals vermeld in het Besluit LPG-tankstations Hinderwet, worden opgericht.
3 Rooilijnen
A2 (50 en 100 meter-zone)
a
Dit is
een zone met een breedte van
b
Dit is
een zone met een breedte van
Op de gronden gelegen binnen de op de plankaart gelegen ‘100 meter-zone’ mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, slechts bebouwing worden opgericht gehoord de wegbeheerder;
4 Riooltransportleiding
Op de gronden
gelegen binnen een afstand van
Op dezelfde gronden is het verboden, ongeacht het bepaalde in de afzon-derlijke bestemmingen, zonder vergunning van burgemeester en wethou-ders de volgende werken en werkzaamheden, geen bouwwerken zijnde uit te voeren:
1 het verlagen, afgraven of ophogen van de bodem;
2 het aanleggen van wegen of het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
3 het aanleggen van leidingen en de daarmee verband houdende constructies;
4 het indrijven van voorwerpen, zoals o.a. palen ten behoeve van een af rastering;
5 het aanbrengen van diepwortelende beplanting.
Aanlegvergunningen kunnen slechts worden verleend indien het behoud van de veilige ligging van de leiding niet onevenredig wordt aangetast.
Alvorens te beslissen wordt het advies ingewonnen van de leidingbeheerder.
2.3 Verwijzing
naar andere regelingen
Indien en voor zover in deze voorschriften wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, dienen die regelingen te worden gelezen zoals die luid(d)en op het tijdstip van de 1e ter visielegging van het ontwerpplan.
Artikel 3 Algemene beschrijving in hoofdlijnen
In dit artikel wordt in hoofdlijnen beschreven op welke wijze realisering van de in dit bestemmingsplan aan de gronden toegekende doeleinden dient plaats te vinden.
1 Algemene
uitgangspunten
Het plangebied De Geusselt is één van de vier binnenstedelijke knooppunten aan de rand van de stad Maastricht. De Geusselt is de noordelijke stadsentree via de A2. Het gebied heeft in de huidige situatie al een stedelijke functie (bedrijven, sportpark en recreatief uitloopgebied). Met het in dit bestemmingsplan vastgelegde programma wordt een ruimtelijke versterking van de stadsentree nagestreefd, waarbij tevens een functionele en ruimtelijke relatie wordt gelegd met het aangrenzende bedrijfsterrein Scharn-Noord.
De invulling van De Geusselt dient gelet op de uniek ligging zowel landschappelijk als geografisch met de grootste zorg te geschieden. Uitgangspunt hierbij is respect voor de aanwezigheid van het parkgebied. Daarom is, ondanks de ligging in het binnenstedelijk gebied, gekozen voor een terughoudend bouwprogramma van kantoren, bedrijven, horeca- en recreatieve voorzieningen (sport).
2 Het
planconcept (flexspace-concept)
In dit
plangebied wordt -gefaseerd- een functiemenging van bedrijven en kantoren, in
combinatie met horeca- en recreatieve functies (sport), nagestreefd door de
gebouwen rond het stadion aan te bieden als multifunctionele bedrijfsruimte,
waarbij uitwisselbaarheid van functies een belangrijk kenmerk is. De dynamiek
in de markt laat zien dat het onderscheid tussen kantoren en bedrijven in de
hogere marktsegmenten steeds meer vervaagt. Vanuit die dynamiek is gekozen voor
dit specifieke concept (flexspace), omdat door een maximale uitwisselbaarheid
van functies duurzaam ingespeeld kan worden op wijzigende marktsituaties. Die
flexibiliteit is niet alleen qua functionele invulling van belang. Ook de
omvang van de functies vereist flexibiliteit om tegemoet te komen aan groei of
krimp van bedrijven/kantoren. Deze behoefte is in het bijzonder aan de orde bij
de doelgroep, waarop in dit plan speciaal wordt gericht, namelijk starters en
doorstarters. Hierbij is als bovengrens opgenomen een omvang van maximaal
Om deze multifunctionele bedrijfsruimte effectief te laten functioneren is het nodig, dat er naast flexibiliteit ook een adequaat pakket van faciliteiten voorhanden is. Een dergelijk faciliteitenpakket dient georganiseerd en onderhouden te worden, hetgeen vraagt om een degelijke en structurele voorziening. Om die reden is in dit plangebied de vestiging van de Kamer van Koophandel Zuid-Limburg mogelijk gemaakt. Deze ‘trekker’ zal, samen met een tweede ‘trekker’ en meerdere kleinere bedrijven/kantoren, die worden gehuisvest in het ondernemingshuis, dienen als facilitair centrum voor de functies in het flexspace-concept.
De realisering van dit flexspace-concept zal gefaseerd plaatsvinden. De eerste fase is en wordt gerealiseerd in en rond het stadion. De realisering van fase 2 is pas op termijn aan de orde en is daarom via een wijzigingsbevoegdheid mogelijk gemaakt.
3 Ruimtelijke
structuur
De stedenbouwkundige inrichting van het plangebied dient te geschieden overeenkomstig de hierna volgende kaarten.
4 Functionele
structuur
In het plangebied zijn drie functiezones te onderscheiden.
a Het ondernemingshuis (bestemming Kantoren/Bedrijven)
In
deze zone is de vestiging van de Kamer van Koophandel, een tweede ‘trekker’
alsmede diverse andere kleinere kantoren en bedrijven mogelijk. In totaliteit
is er ruimte voor maximaal
b De directe omgeving van het stadion (bestemming Sport/Bedrijven A)
In deze zone is de vestiging van kantoren en
bedrijven, passend in het flexspace-concept, alsmede horeca- en recreatieve
voorzieningen mogelijk. Tenminste 50% dient te worden gebruikt voor bedrijven.
Alle kantoren en bedrijven in deze zone mogen een omvang van maximaal
c De zone tussen Terblijterweg-Olympiaweg en Stadionweg (bestemming
Sport/bedrijven B)
In deze zone is de vestiging van bedrijven mogelijk. Kantoren zijn hier niet toegestaan. Qua segmentering zijn alleen bovenregionale bedrijven toelaatbaar in de branches kleinschalige high-techbedrijven, lichte be-drijfsactiviteiten en handelsbedrijven, exclusief detailhandel. In aansluiting op het bedrijventerrein Scharn-Noord zijn ook regionale bedrijven in de branches groothandel, ambachtelijke en lichte bedrijvigheid toegestaan.
5 Verkeersstructuur,
mobiliteit en parkeren
Uitgangspunt voor het plan Geusselt is dat wordt voldaan aan de normen die gelden voor een B-locatie. De gemeente Maastricht streeft nadrukkelijk een ondertunneling na van de A2. Indien dit wordt gerealiseerd, zal de openbaar vervoersas in noordwestelijke richting tot aan De Geusselt worden doorgetrokken door middel van een busbaan over de ondertunneling.
Vooruitlopend hierop zal via een pakket van maatregelen de groei naar een volwaardige B-locatie worden begeleid: veranderingen in de bestaande in-frastructuur, verandering van de dienstregeling van het openbaar vervoer, parkeerregulering en vervoersmanagement. De gemeente zal zich uitdruk-kelijk inspannen om zoveel mogelijk te kunnen voldoen aan de randvoor-waarden voor een B-locatie.
Ook voor het bedrijfsleven, in het bijzonder de Kamer van Koophandel c.q. de Stichting Geusselt, geldt de verplichting tot het opzetten en uitvoeren van vervoersmanagement voor het gehele plangebied. Dit zal in een convenant tussen de gemeente en de Kamer van Koophandel worden vastgelegd.
Voor het
parkeren dienen de parkeernormen te worden aangehouden, zoals die door op 12
november 1996 door de raad van de gemeente Maastricht zijn vastgesteld. Omdat
De Geusselt in de huidige situatie nog niet optimaal voldoet aan de
randvoorwaarden voor een B-locatie, geldt een ingroeinorm van 16
parkeerplaatsen per
A Doeleindenomschrijving
De op de plankaart als ‘kantoren/bedrijven (ondernemingshuis)’ aangewezen gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 2.2 en 3 bestemd voor:
-
kantoordoeleinden, passend in het
flexspace-concept en met een maxi-male omvang van
-
bedrijfsdoeleinden, passend in het
flexspace-concept, in de categorieën 1 en 2 zoals genoemd in de bijlage bij
deze voorschriften danwel bedrijven die naar aard en invloed op de omgeving
gelijk te stellen zijn met bedrijven in de categorieën 1 en 2 van de Staat van
bedrijfsactiviteiten en met een maximale omvang van
- verkeers- en parkeerdoeleinden, groenvoorzieningen en additionele voorzieningen.
B Bebouwing
Binnen deze bestemming mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht ten dienste van deze bestemming en met inachtneming van de volgende bepalingen:
1 het bebouwingspercentage mag maximaal 70% bedragen;
2 de
goothoogte van gebouwen mag maximaal
3 de
bouwhoogte mag maximaal
4 de hoogte
van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag maximaal
C/D Gebruik
van grond en opstallen
1 Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
2 Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde onder 1 van dit lid indien strikte toepassing van deze verbodsbepaling zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
E Vrijstellingsbevoegdheden
I Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in de doeleindenomschrijving ten aanzien van bedrijven welke niet voorkomen op de Staat van bedrijfsactiviteiten of welke in een andere categorie vallen dan 1 of 2 mits:
- deze bedrijven naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven in de categorieën 1 of 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten;
- het geen geluidszoneringsplichtige inrichtingen betreft.
II Burgemeester
en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in lid B
onder 4 ten aanzien van de maximale hoogte van bouwwerken, geen gebouwen
zijnde, ten behoeve van reclamezuilen en reclamemasten tot een maximale hoogte
van
III Burgemeester
en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in de
doeleindenomschrijving ten aanzien van de maximale omvang van kantoren en
bedrijven ten behoeve van kantoren en bedrijven tot maximaal
De op de plankaart als ‘Sport/bedrijven’ aangewezen gronden zijn, met in-
achtneming van het bepaalde in de artikelen 2.2 en 3 bestemd voor:
1 in de zone Sport/Bedrijven A:
- recreatieve doeleinden;
- handelsdoeleinden, niet zijnde detailhandel;
- horecadoeleinden;
-
bedrijfsdoeleinden in de categorieën 1 t/m 3
zoals genoemd in de bijlage bij deze voorschriften, passend in het
flexspace-concept, en met een maximale omvang van
-
kantoordoeleinden, passend in het
flexspace-concept, en met een maximale omvang van
- verkeers- en parkeerdoeleinden, groenvoorzieningen en additionele voorzieningen ten dienste van deze bestemming.
2 in de zone Sport/Bedrijven B:
- recreatieve doeleinden;
- handelsdoeleinden, niet zijnde detailhandel;
- horecadoeleinden;
- bedrijfsdoeleinden in de categorieën 1 t/m 3 zoals genoemd in de bijlage bij deze voorschriften;
- verkeers- en parkeerdoeleinden, groenvoorzieningen en additionele voorzieningen ten dienste van deze bestemming.
B Bebouwing
Binnen deze bestemming mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht ten dienste van deze bestemming, met inachtname van de volgende bepalingen:
1 het bebouwingspercentage mag maximaal 70% bedragen;
2 de goothoogte van gebouwen mag maximaal
verstande
dat voor 20% van de gebouwen een goothoogte van maximaal
3 de bouwhoogte
mag maximaal
4 de hoogte
van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal
C/D Gebruik
van grond en opstallen
1 Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
2 Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde onder 1 van dit lid indien strikte toepassing van deze verbodsbepaling zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
E Vrijstellingsbevoegdheden
I Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in de doeleindenomschrijving ten aanzien van bedrijven welke niet voorkomen op de Staat van bedrijfsactiviteiten of welke in een andere categorie vallen dan 1, 2 of 3 mits:
- deze bedrijven naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven in de categorieën 1, 2 of 3 van de Staat van be-drijfsactiviteiten;
- het niet betreft geluidszoneringsplichtige inrichtingen.
II Burgemeester
en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in lid B
onder 4 ten aanzien van de maximale hoogte van bouwwerken, geen gebouwen
zijnde, ten behoeve van reclamezuilen en reclamemasten tot een maximale hoogte
van
III Burgemeester
en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in de
doeleindenomschrijving ten aanzien van de maximale omvang van kantoren en
bedrijven ten behoeve van kantoren en bedrijven tot maximaal
F Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming ‘Sport/Bedrijven B’ te wijzigen in de bestemming ‘Sport/Bedrijven A’ met inachtname van de volgende criteria:
-
binnen de nieuwe bestemming mag maximaal
- de kantoren/bedrijven dienen te worden gerealiseerd als vier vrijstaande gebouwen met een hoogte van 4 tot 5 bouwlagen;
-
de omvang van de kantoren/bedrijven mag maximaal
- de kantoren/bedrijven dienen zich te richten op de Terblijterweg, maar moeten op de Olympiaweg of de Stadionweg worden ontsloten.
Met betrekking tot de voorbereiding van deze wijzigingsbevoegdheid is afde-
ling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
Artikel 6 Verkeers- en verblijfsgebied
A Doeleindenomschrijving
De op de plankaart als ‘verkeers- en verblijfsgebied’ aangewezen gronden zijn met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 2.2 en 3, en binnen de op de plankaart aangeduide zones bestemd voor:
- ontsluitingsstraat,
waarbij bij de profilering de rijwegbreedte 4 tot
- parkeren binnen de op de plankaart aangeduide zones ‘P’;
alsmede voor:
- waterhuishoudkundige doeleinden;
- nutsvoorzieningen;
- fietsenstallingen, (muziek)kiosk, abri’s, telefooncellen, straatmeubilair e.d.;
- straatvoorzieningen voor het inzamelen van afval.
B Bebouwing
De tot ‘verkeers- en verblijfsgebied’ bestemde grond mag uitsluitend worden bebouwd met bouwwerken ten dienste van de constructie en verkeerstech-nische uitrusting van wegen en de inrichting van het onbebouwde gebied, met inachtname van het volgende:
a de inhoud van gebouwen mag niet meer dan
b de hoogte van gebouwen mag niet meer dan
c de hoogte
van lichtmasten voor straatverlichting mag niet meer dan
C/D Gebruik
van grond en opstallen
1 Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
2 Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde onder 1 van dit lid indien strikte toepassing van deze verbodsbepaling zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Artikel 7 Vrijstellingsbevoegdheid
ex artikel 15 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het in dit plan bepaalde:
1 ten aanzien van de plaats van de bebouwings- en bestemmingsgrenzen, voor zover de afwijking van geringe aard is ten aanzien van andere ondergeschikte punten, wanneer dit met het oog op de praktische uitvoering gerechtvaardigd is, respectievelijk indien de aanpassing aan de terreingesteldheid dit noodzakelijk maakt en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
2 van de genoemde maten en percentages, mits de afwijking niet meer bedraagt dan 10% en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
3 voor het
oprichten van kunstobjecten binnen de diverse bestemmingen tot een maximale
hoogte van
Artikel 8 Bepaling ter algemene bescherming van het
plan
Geen bouwwerk of complex van bouwwerken mag worden opgericht, indien daardoor een ander bouwwerk of complex van bouwwerken met het daarbij behorende bouwperceel, hetzij niet langer zou blijven voldoen aan, hetzij in grotere mate zou gaan afwijken van het plan.
Artikel 9 Overgangsbepalingen met
betrekking tot het gebruik van gronden en opstallen
Overgangsbepalingen ten aanzien van
bouwwerken/opstallen
A Bouwwerken, welke ten tijde van de ter inzagelegging van het ontwerp van dit plan bestaan, dan wel nadien worden gebouwd of kunnen worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, en die in enigerlei opzicht van het plan afwijken, mogen, mits de bestaande afwijkingen naar de aard en omvang niet worden vergroot:
1 gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
2 na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, behoudens onteigening overeenkomstig de wet en mits de bouwaanvraag geschiedt binnen 2 jaar na het tenietgaan.
Met geheel vernieuwen of geheel veranderen wordt gelijk gesteld het syste-
matisch gedeeltelijk vernieuwen of gedeeltelijk veranderen met het kennelijk
doel om zodoende uiteindelijk tot een gehele vernieuwing of gehele veran-
dering te komen.
Vrijstellingsbepaling
B Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid A, dat de bestaande afwijkingen naar de omvang niet mogen worden vergroot, en toestaan dat een éénmalige vergroting plaatsvindt van de inhoud van de in lid A toegelaten bouwwerken met niet meer dan 15%.
Overgangsbepaling ten aanzien van het
gebruik
C Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond ten tijde van het van kracht worden van het verbod tot gebruik in strijd met de aan die gronden en bouwwerken gegeven bestemming, en dat in enigerlei opzicht afwijkt van het plan, mag worden voortgezet of gewijzigd, zolang en voor zover de strijdigheid van dat gebruik ten opzichte van het gebruik overeenkomstig de bestemmingen in dit plan, naar de aard en omvang niet wordt vergroot.
Uitzonderingen op het overgangsrecht
D Lid A is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van de ter inzagelegging van het ontwerp van dit plan, doch zijn gebouwd in strijd met het toen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
E Lid C is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de over-gangsbepaling van dat plan.
Artikel 10 Strafrechtelijke bepaling
Overtreding van het bepaalde in:
Hoofdstuk II artikel 4, lid C/D onder 1;
artikel 5, lid C/D onder 1;
artikel 6, lid C/D onder 1;
wordt aangemerkt als strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Deze voorschriften kunnen worden aangehaald onder de titel:
‘Voorschriften bestemmingsplan De Geusselt van de gemeente Maastricht’.
Rosmalen, 8 juni 1999
Croonen Adviseurs b.v.