Artikel 10      Maatschappelijke doeleinden (M)

 

1.             De gronden met de bestemming maatschappelijke doeleinden mogen uit­sluitend worden gebruikt ten dienste van culturele, sociale en/of religieuze doeleinden, nutsdoeleinden dan wel ten behoeve van on­derwijs, gezondheidszorg, hygiëne, maatschappelijk verkeer en/of bejaardenzorg, met dien verstande, dat de gronden met de subbestem­ming:

-       g :     uitsluitend voor verenigingsgebouw;

-       s :     uitsluitend voor school- en welzijnsvoorzieningen;

-       n :     uitsluitend voor nutsvoorzieningen;

-       b :     uitsluitend voor begraafplaats, mogen worden gebruikt.

 

2.            I.       Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

a.        gebouwen, geen woningen zijnde, ten behoeve van het in lid 1 toegestane gebruik;

b.        die andere bouwwerken, welke qua aard en afmetingen bij het in lid 1 toegestane gebruik passen.

 

II.       Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in dit lid sub 1.a. tot het bouwen van één dienstwoning per afzonderlijke voorziening, met dien verstande dat de inhoud van de betreffende dienstwoning maximaal 500 m3 mag bedragen.