Artikel 19      Groenvoorzieningen (G)

 

1.             De gronden met de bestemming groenvoorzieningen mogen uitsluitend worden gebruikt voor plantsoenen, waterpartijen, bermbeplantingen en andere groenvoorzieningen en in samenhang daarmee voor wan­del- en fietspaden, kinderspeelplaatsen en geluidwerende voorzie­ningen.

 

2.             Op deze gronden mogen geen gebouwen doch uitsluitend andere bouw­werken worden gebouwd, welke qua aard en afmetingen bij het in lid 1 toegestane gebruik passen.