logo gemMtr klrHOOFDSTUK III OVERIGE BEPALINGEN

 

 

Artikel 17 Algemene vrijstellingsbevoegdheid

 

A.     Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het in dit plan bepaalde:

 

1.      ten aanzien van de plaats van de bestemmingsgrenzen, voor zover de afwijking van geringe aard is en ten aanzien van andere ondergeschikte punten, wanneer dit met het oog op de praktische uitvoering gerechtvaardigd is, respectievelijk indien de aanpassing aan de terreingesteldheid dit noodzakelijk maakt en de belangen van derden niet on­evenredig worden geschaad;

2.      van de in de artikelen 6 t/m 13 genoemde maten en percentages, mits de afwijking niet meer bedraagt dan 10% en de belangen van derden niet onevenredig worden ge­schaad;

3.      voor het toevoegen van één bouwlaag bij grondgebonden woningen en het toevoegen van één bouwlaag bij andere gebouwen, indien de belangen van derden niet oneven­redig worden geschaad en het past binnen het stedebouwkundig beeld van de omge­ving;

4.      voor het overschrijden van de op plankaart B aangeduide hoofdbebouwingsstructuur met bouwwerken, tot maximaal 1,50 m. in de richting van de weg, met inachtneming van het overige bepaalde in deze voorschriften, indien de belangen van derden niet oneven­redig worden geschaad en het past binnen het stedebouwkundig beeld van de omge­ving;

5.      voor het plaatsen van andere bouwwerken op gronden welke zijn gelegen in het gebied gemeten 3,00 m. vanaf de aan de weg gelegen perceelsgrens tot de aan de weg gele­gen perceelsgrens;

6.      voor het plaatsen van antennes en antennemasten alsmede masten ten behoeve van telecommunicatie en alarmsystemen tot maximaal 50,00 m. hoogte, mits dit overeen­komstig het door Burgemeester en Wethouders vastgestelde beleid voor dergelijke voorzieningen is;

7.      voor het vestigen van een seks- en/of pornobedrijf en/of het toestaan van straatpros­titutie, mits dit overeenkomstig het door de raad vastgestelde beleid hiervoor is;

8.      voor het vestigen van smartshops, mits dit overeenkomstig het door de raad vastge­stelde beleid hiervoor is.

 

B.     Bij het verlenen van vrijstelling door Burgemeester en Wethouders wordt de procedure in acht genomen zoals vermeld in artikel 19 lid 1.