Artikel 20A. Beschermingszone watergang
1. 1 Op de gronden gelegen binnen een afstand
van 5 m aan weerszijden van de bestemming onverharde weg/watergang mag, in
afwijking van het bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen, geen
bebouwing worden opgericht.
2. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord
het waterschap Roer en Overmaas, vrijstelling verlenen van het bepaalde in dit
lid onder 1 ten behoeve van het oprichten van bouwwerken als toegestaan
ingevolge de ter plaatse op de kaart aangewezen bestemmingen, mits geen
onevenredige schade wordt toegebracht aan de waterschapsbelangen.
2. Werken
en werkzaamheden
1. Op de gronden, gelegen binnen een afstand
van 5 m aan weerszijden van de bestemming watergang is het, in afwijking van
het bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen, verboden met het oog op de
bescherming van de waterschapsbelangen op of in deze gronden de volgende
werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
a. het aanleggen van gesloten wegdek;
b. het winnen, toevoeren, afdammen en stuwen
van water;
c. het tot stand brengen en/of in exploitatie
nemen van boor- en pompputten;
d. het aanleggen van parallelriolen, nutsvoorzieningen,
transportleidingen en andere boven- en ondergrondse leidingconstructies;
e. het aanbrengen van boomsingels en
hakhoutwallen;
f. het wijzigen van watergangen en uitvoeren
afgravings- en ontgrondingswerkzaamheden anders dan normaal spitwerk, dieper
dan 0,30 m.
2. Het onder 1 van dit lid genoemde is niet
van toepassing:
a. voor werkzaamheden, normale
onderhoudswerkzaamheden zijnde;
b. voor werken van ondergeschikte betekenis.
3. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord
het waterschap Roer en Overmaas, aanlegvergunning verlenen, mits daardoor geen
onevenredige schade wordt of kan worden toegebracht aan de watergang.