logo gemMtr klrHOOFDSTUK II BEPALINGEN IN VERBAND MET DE BESTEMMINGEN

 

 

Paragraaf A Bepalingen met betrekking tot de afzonderlijke bestemmingen

 

Artikel 4        Recreatieve doeleinden

 

1.      Doeleindenomschrijving  

De op de bestemmingskaart als recreatieve doeleinden aangegeven gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 (gebied met stroomvoerende/waterbergende functie) en artikel 9.A. (beschermingszone b), bestemd voor:

 

-        recreatieve doeleinden;

-        verkeersdoeleinden;

-        parkeerdoeleinden;

-        waterstaatsdoeleinden.

 

2.      Beschrijving in hoofdlijnen         

De in lid 1. omschreven doeleinden worden als volgt nagestreefd:

 

a.      de met de differentiatie natuurontwikkeling aangegeven gronden zijn bedoeld voor de ontwikkeling van landschappelijke, natuur­wetenschappelijke en landschapsecologi­sche waarden;

b.      uitsluitend de met de differentiatie ver­blijfsrecreatie aangegeven gronden zijn be­doeld voor intensieve recreatie waaronder die met kampeermiddelen; op het terrein mogen voor het genieten van recreatiever­blijf gedurende de periode 1 maart tot 1 november kampeermiddelen benut worden;

c.       uitsluitend de met de differentiatie parke­ren aangegeven gronden mogen worden ingericht als parkeerplaatsen;

d.      de verkeersdoeleinden passen qua aard en omvang bij deze bestemming en de hierbij aangegeven differentiaties;

e.      voorzieningen ten behoeve van extensieve recreatie zijn overal binnen deze bestem­ming toegestaan;

f.       voorzieningen ten behoeve van waterstaats­doeleinden zijn overal binnen deze bestem­ming toegestaan.

 

3.      Nadere aanwijzingen         

Bij de op de bestemmingskaart aangegeven differentiaties worden de volgende regelingen in acht genomen:

 

a.      binnen verblijfsrecreatie mogen maximaal 185 kampeermiddelen worden opgesteld;

b.      binnen parkeren mogen maximaal 250 plaatsen worden gerealiseerd.

 

4.      Goedkeuring GS onthouden

 

Bouwvoorschriften

a.      alleen op de gronden op de bestemmingskaart begrensd door de lijn 1 mogen gebouwen worden opgericht met een goothoogte van maximaal 4,00 m. ten behoeve van kantine/verenigingsgebouw; de gronden mogen voor maximaal 90% worden bebouwd; het peil is gelegen op minimaal 47,72 m. + N.A.P., de aangegeven peilmaat is niet van toepassing indien de gebouwen geplaatst word op of onderdeel uitmaken van een vaartuig;

b.      op de tot recreatieve doeleinden bestemde gronden mogen uisluitend die andere bouwwerken worden opgericht, welke qua aard en afmetingen bij deze bestemming en de daarbij aangegeven differentiaties passen; de gronden mogen voor maximaal 5% worden bebouwd;

c.       de hoogte van de onder b. bedoelde andere bouwwerken mag maximaal 3,00 m. bedragen, met uitzondering van vlaggemasten die maximaal 10,00 m. hoog mogen zijn, takelinstallaties voor boten, waarvan de hoogte exclusief de hefarm maximaal  7,00 m. hoog mag zijn en erfafscheidingen die maximaal 2,00 m. hoog mogen zijn. *

 

5.      Aanlegvergunning 

A.      Het is verboden op of in de gronden aangegeven op de bestemmingskaart met de differentiatie natuurontwikkeling zonder of in afwijking van een schriftelijke vergun­ning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamhe­den uit te voeren:

 

a.      het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlaktever­hardingen;

b.      oevers te verlagen of op te hogen;

c.      het ontginnen, bodemverlagen of afgra­ven, het ophogen, egaliseren; behou­dens voor zover ter zake een vergun­ning ingevolge de provinciale verorde­ning op de ontgrondingen vereist is;

d.      het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende construc­ties, installaties of apparatuur;

e.      het vellen of rooien van houtgewas of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of ernstige beschadigin­gen van houtgewas ten gevolge kunnen hebben, voor zover de Boswet, alsmede de daarop gebaseerde voorschriften niet van toepassing zijn;

f.       het deponeren, lozen of storten van al dan niet afgedankte of aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voor­werpen, stoffen of produkten.

 

B.      Het onder A. van dit lid bepaalde is niet van toepassing:

 

a.      voor werkzaamheden, normale onderhoudswerkzaamheden zijnde;

b.      voor werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;

c.      voor werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemex­ploitatie en bodemgebruik;

d.      voor afrasteringen tot een maximale hoogte van 1,00 m.;

e.      voor werken of werkzaamheden welke op het tijdstip van de tervisielegging van het plan in uitvoering zijn;

f.       voor het rooien, vellen en/of snoeien van houtgewas bij wijze van verzorging van de aanwezige houtopstand;

g.      voor het periodiek kappen van griend­hout en ander hakhout, voor zover betreffende de normale uitoefening van het op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan bestaande bodem­gebruik;

h.      voor werken of werkzaamheden ten behoeve van de realisering van de bestemming.

 

C.      De werken of werkzaamheden, als bedoeld onder 1. van dit lid zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de natuurwetenschappelijke en de landschap­pelijke waarden van deze gronden niet worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet worden of kunnen worden verkleind.

 

D.      Bij het verlenen van een aanlegvergunning door Burgemeester en Wethouders als bedoeld in sub A. van dit lid wordt de procedure in acht genomen zoals vermeld in artikel 13 lid 2.

 

* Goedkeuring GS onthouden

6.      Vrijstelling     

A.      Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid 4. sub a. voor het oprichten van gebouwen op andere gronden dan begrensd door de aangegeven lijn met uitzondering van de gronden met de differentiatie natuurontwikkeling met oppervlakte van 25 m2 per gebouw, tot een maximale oppervlakte van totaal 100 m2, ten dienste van het be­heer en exploitatie van op de gronden ge­richte activiteiten, met dien verstande dat geen onevenredig nadelige gevolgen ontstaan of kunnen ontstaan voor de in lid 1. omschreven doeleinden resp. voor de in lid 2. Omschreven differentiatievlakken.

 

B.      Bij het verlenen van vrijstelling door Burgemeester en Wethouders wordt de procedure in acht genomen zoals vermeld in artikel 13 lid 1. *

 

* Goedkeuring GS onthouden

7.      Wijziging

A.      Burgemeester en Wethouders kunnen het bepaalde in lid 4. sub a. met betrekking tot het peil wijzigen met maximaal plus of min 2,00 m. indien maatregelen van het plan Boertien zijn geëffectueerd.

 

B.      Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid van Burgemeester en Wethouders wordt de procedure in acht genomen zoals vermeld in artikel 13 lid 3. *

 

 

8.      Verboden gebruik van gronden en opstallen

Onder verboden gebruik van gronden als bedoeld in artikel 10 lid 1. en opstallen als be­doeld in artikel 11 lid 1. wordt in ieder geval verstaan:

 

a.      het gebruik voor horecadoeleinden niet zijnde kantine;

b.      het gebruik voor detailhandelsdoeleinden.