Artikel 6 Rivier
1. Doeleindenomschrijving
De op de bestemmingskaart als rivier
aangegeven gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in artikel 9 voor
zover het betreft de beschermingszone bestemd voor:
- bedding van de Maas met de daarbij behorende
oevers;
- natuurlijke afvoer van het water van de
Maas;
- (tijdelijke) berging van water;
- scheepvaart;
- waterstaatsdoeleinden.
2. Beschrijving
in hoofdlijnen
De in lid 1. omschreven doeleinden worden als volgt
nagestreefd:
er wordt zorg gedragen voor een adequate afvoer van
het Maalwater en voor het instand houden van bijbehorende waterstaatkundige
voorzieningen.
3. Bouwvoorschriften
a. Op de tot rivier bestemde gronden zijn uitsluitend
andere bouwwerken toegestaan welke qua aard en afmetingen bij deze bestemming
passen;
b. de hoogte van andere bouwwerken mag
maximaal 2,00 m. bedragen.
4. Verboden
gebruik van gronden
Onder verboden gebruik van gronden als bedoeld in
artikel 10 lid 1. wordt in ieder geval verstaan:
- enig werk te maken danwel in een
bestaand werk veranderingen aan te brengen;
- het stapelen, storten of neerleggen van grond,
bagger, specie, puin of andere zinkende stoffen;
- het verrichten van ontgrondingen;
- het vastleggen van een drijvend voorwerp
of een drijvende inrichting die niet bestemd is voor vervoer.
5. Vrijstellingsbevoegdheid
A. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd vrijstelling
te verlenen van het bepaalde in lid 4. indien door de aanwezigheid van de
beoogde bouwwerken resp. werken of werkzaamheden de waterstaatsdoeleinden niet
onaanvaardbaar worden belemmerd en niet voordat de beheersdienst terzake is
gehoord.
B. Bij het verlenen van vrijstelling door
Burgemeester en Wethouders wordt de procedure in acht genomen zoals vermeld
in artikel 13 lid 1.