logo gemMtr klrArtikel 25 Beschermingszone b

 

1.      Doeleindenomschrijving

De op de plankaart A als beschermings­zone b aangegeven gronden zijn, behalve voor de doeleinden van de andere krachtens dit plan aan deze gronden gegeven bestemmingen (artikel 7, 8, 16, 17, 22 en 26), met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 lid 8., bestemd voor bescherming en onderhoud van de op de plankaart A aangeduide hogedruk gas-transportleiding (Gasunie).

 

2.      Bouwvoorschriften

a.      In afwijking van het bepaalde in de in de andere krachtens dit plan gege­ven bestemmingen is het verboden op deze gronden bebouwing op te richten.

b.      Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaal­de in dit lid sub a. ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de plankaart A aange­wezen andere bestemming en indien door de bouw en situering van de be­treffende bebouwing geen onevenredige schade wordt of kan worden toege­bracht aan de bedrijfsveiligheid van de betreffende leiding.

 

3.      Voorschriften omtrent werken en werkzaamheden

a.      Het is verboden, zonder of in afwijking van een schriftelijke vergun­ning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning), op of in deze gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaam­heden uit te voeren:

-        gesloten wegdek aan te brengen;

-        beplantingen en/of bomen aan te brengen c.q. te vellen en/of te rooien, voor zover de Boswet of krachtens die wet gestelde voor­schriften niet van toepassing zijn;

-        watergangen te wijzigen en afgra­vings- en ontgrondingswerkzaamhe­den uit te voeren, anders dan nor­maal spitwerk, dieper dan 0,3 m.;

-        heiwerken uit te voeren en/of scherpe voorwerpen in de bodem in te drijven, dieper dan 0,3 m.

b.      Het sub a. van dit lid bepaalde is niet van toepassing:

-        voor werkzaamheden, normale onder­houdswerkzaamheden zijnde;

-        voor het rooien of vellen van be­staand houtgewas in het kader van de normale verzorging van onder­houd.

c.       De werken of werkzaamheden, als be­doeld onder a. van dit lid zijn slechts toelaatbaar, indien hierdoor geen onevenredige schade wordt of kan worden toegebracht aan de be­drijfsveiligheid van de leiding.

 

4.      Nadere bepalingen

Een vrijstelling als bedoeld in lid 2. sub b. resp. aanlegvergunning als be­doeld in lid 3. sub a., wordt slechts verleend, nadat terzake advies is inge­wonnen van de beheersinstantie van de in lid 1. bedoelde hogedruk gas- trans­portleiding; de beslissing met be­trekking tot de vrijstelling, resp. aanlegvergunning, wordt aan de be­treffende beheersinstantie meegedeeld.