Paragraaf
B Bepalingen met betrekking tot afzonderlijke bestemmingen
Artikel 7 Gemengde doeleinden 1
1.
Doeleindenomschrijving
De
op de plankaart A als gemengde doeleinden 1 aangegeven gronden zijn, met
inachtneming van het bepaalde in artikel 3 lid 7., bestemd voor:
- medische
en medisch-technologische doeleinden;
- toepaste
natuurwetenschappelijke doeleinden;
- onderwijs-
en onderzoeksdoeleinden;
- medische
dienstverlenings- en gezondheidsdoeleinden;
- laboratoria;
- sociale
doeleinden;
- kantoordoeleinden;
- dienstverleningsdoeleinden;
- sport-
en speldoeleinden;
- bijzondere
doeleinden;
- verkeersdoeleinden
in de vorm van ontsluitingsstraten, fiets- en voetpaden en pleinen;
- parkeerdoeleinden;
- helikopterlandingsplaats;
- doeleinden
van openbaar nut;
- groenvoorzieningen
- en
met dien verstande dat woon-, detailhandels- en horecadoeleinden zijn
uitgesloten.
2.
Beschrijving in hoofdlijnen
De
in lid 1. omschreven doeleinden worden met inachtneming van artikel 6 als volgt
nagestreefd:
a. de
onderwijs-, medische - en sociale doeleinden hebben in overwegende mate een
regionale gerichtheid;
b. de
sport- en spel- en bijzondere doeleinden hebben mede een betekenis op
wijkniveau;
c. er
is uitsluitend op de bestemming gericht gemotoriseerd verkeer;
d. er
wordt tenminste een pleinvormige ruimte gerealiseerd op de op de plankaart B
aangegeven plaats;
e. er
wordt tenminste één oriëntatiepunt gerealiseerd op de op plankaart B
aangegeven plaats;
f. in
de parkeergelegenheid voor bedrijfsverkeer, ter plaatse werkzame personen en
bezoekers, zal in voldoende mate worden voorzien; de parkeergelegenheid zal
tenminste voor 75% als overdekt parkeren worden gerealiseerd;
g. de
doeleinden van openbaar nut die qua volume een ondergeschikte rol spelen,
kunnen in de gehele bestemming voorkomen;
h. de
op de plankaart B aangegeven bestaande bomen blijven gehandhaafd en de
groenstructuur middels bomen wordt gerealiseerd als daar aangegeven;
i. de
op de plankaart B aangegeven groenvoorziening wordt gerealiseerd.
3.
Bouwvoorschriften
a. Op
de tot gemengde doeleinden 1 bestemde gronden zijn uitsluitend gebouwen en
andere bouwwerken toegestaan die in overeenstemming zijn met het in dit
artikel bepaalde;
b. de
bebouwing wordt opgericht overeenkomstig de op de plankaart B aangegeven
bouwrichting;
c. op
plaatsen op plankaart B waar de lijn staat, moet op deze lijn een gevel van een
gebouw over de volle lengte van de lijn worden geplaatst;
d. op
plaatsen op plankaart B waar de lijn staat, moet op deze lijn een gevel van een
gebouw over een gedeelte van de lengte van de lijn worden geplaatst;
e. op
de gronden op plankaart B begrensd door de lijn moet de goothoogte van gebouwen 18,00 m.
bedragen, met uitzondering van de op plankaart B met de:
- lijn
begrensde gronden waar de goothoogte maximaal
18,00 m. mag bedragen;
- lijn
begrensde gronden waar de goothoogte van de
gebouwen maximaal 4,50 m. mag bedragen;
- lijn
aangegeven plaats waar de goothoogte het aantal
meters moet bedragen dat in de cirkel staat aangegeven;
f. op
de gronden op plankaart B begrensd door de lijn moet de goothoogte van gebouwen
24,00 m. bedragen, met uitzondering van de op de plankaart B met de lijn
begrensde gronden waar de goothoogte van de
gebouwen maximaal 24,00 m. mag bedragen;
g. op
de gronden op plankaart B begrensd door de lijn mag de goothoogte maximaal 10,00 m. bedragen;
h. de
hoogte van andere bouwwerken mag maximaal 10,00 m. bedragen met uitzondering
van erfafscheidingen die maximaal 2,00 m. hoog mogen zijn;
i. het
bebouwingspercentage per aaneengesloten bestemmingsvlak van de gronden op
plankaart B aangegeven met de letter C mag maximaal 70 bedragen;
j. het
bebouwingspercentage per aaneengesloten
bestemmingsvlak van de gronden op plankaart B aangegeven met de
letter A mag maximaal 90 bedragen;
k. het
bebouwingspercentage per aaneengesloten bestemmingsvlak van de gronden op
plankaart B aangegeven met de letter B mag maximaal 75 bedragen;
l. de
helikopterlandingsplaats moet zijn gelegen binnen de op de plankaart B met de
lijn begrensde gronden;
m. de
parkeervoorzieningen moeten voldoen aan de in de bijlage 1 van deze
voorschriften gegeven normen.
4.
Vrijstelling
a. Burgemeester
en Wethouders kunnen, met inachtneming van de procedure als vermeld in artikel
30 lid 5., vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid 1. ten behoeve van
woondoeleinden voor de op plankaart B met de lijn begrensde gronden ten behoeve van gestapelde
woningen tot een maximum van 60 woningen met een inhoud van minimaal 150 m3
en de daarbij behorende parkeervoorzieningen volgens de in bijlage 1 van deze
voorschriften gegeven normen, gehoord de Raad van Bestuur van het academisch
ziekenhuis Maastricht, het College van Bestuur van de rijksuniversiteit
Limburg en de Inspecteur van de Volksgezondheid voor de hygiëne van het milieu
in Limburg.
b. Burgemeester
en Wethouders kunnen, met inachtneming van de procedure vermeld in artikel 30
lid 5, vrijstelling verlenen tot het tot stand brengen van een verbindingsweg
tussen de Oestlingerbaan en de Universiteitssingel lopend door de meest
zuid-oostelijk gelegen aaneengesloten gronden met de onderhavige bestemming
en evenwijdig aan de A2; het profiel van deze verbindingsweg is maximaal gelijk
aan wegprofiel 4 zoals op plankaart A aangegeven.
c. Burgemeester
en Wethouders hebben voor de op plankaart A aangegeven gronden begrensd door de
lijn en voorzien van het cijfer 1, middels artikel 17 W.R.O., vrijstelling
verleend voor de bouw van een bedrijfsgebouw met een goothoogte van maximaal
4,50 m.;
d. Burgemeester
en Wethouders kunnen, met inachtneming van de procedure als vermeld in artikel
30 lid 5., voor een gebied op plankaart B aangegeven begrensd door de lijn
vrijstelling verlenen van de doeleindenomschrijving ten behoeve van
detailhandelsdoeleinden tot een maximum van 500 m2 bedrijfsvloeroppervlak,
waarvan maximaal 200 m2 bedrijfsvloeroppervlak voor de detailhandel
in dagelijkse goederen en ten behoeve van horecadoeleinden tot een maximum van
1.000 m2, gehoord het Ministerie van Economische Zaken,
rijksconsulentschap Limburg;
e. Burgemeester
en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen voor het gebruik van kantines als
onderdeel van gebouwen voor sport- en speldoeleinden voor horecadoeleinden tot
een oppervlakte van maximaal 300 m2 per gebouw met dien verstande
dat:
- de
parkeerbalans in de directe omgeving niet onevenredig wordt of kan worden
beïnvloed;
- er
geen onevenredige, nadelige gevolgen voor de woonomgeving kunnen ontstaan;
- het
Ministerie van Economische Zaken, rijksconsulentschap Limburg om advies is
gevraagd;
- de
Inspecteur van Volksgezondheid voor de Hygiëne van het Milieu in Limburg om
advies is gevraagd;
f. Burgemeester
en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen tot vermindering van het aantal
parkeervoorzieningen tot maximaal 10% van de in bijlage 1 gegeven norm.
5.
Nadere eisen
Burgemeester
en Wethouders zijn bevoegd met inachtneming van het bepaalde in de leden 2. en
3. nadere eisen te stellen:
- ten
aanzien van de situering en de afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen
gebouwen zijnde, indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige
aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en
bouwwerken;
- ten
behoeve van de ruimtelijke kwaliteit en/of het stedebouwkundige beeld ter
plaatse;
- aan
de situering van de parkeervoorzieningen.
6.
Voorlopige bestemming
De
op plankaart A aangegeven gronden begrensd door de lijn en voorzien van het cijfer 2 zijn,
middels artikel 12 W.R.O., voorlopig bestemd tot helikopterlandingsplaats en
wel tot 01.02.1996.