logo gemMtr klrArtikel 6 Hoofdlijnen

 

1.      Algemeen

 

Het plan richt zich op de afbouw en de versterking van de bestaande wijk Rand­wyck Noord binnen de stedelijke struc­tuur van Maastricht. De wijk is hetero­geen en bestaat, functioneel gezien, uit min of meer homogene buurten. Ver­betering c.q. vergroting van het aantal hoogwaardige arbeidsplaatsen, voorname­lijk in de tertiaire en quartaire sec­tor, en in mindere mate de woongelegen­heid staat centraal.

 

De wijk is en wordt qua functies, geen concurrent van de binnenstad van Maas­tricht, maar er wordt wel een duidelijk stedelijk milieu gecreëerd.

 

De gewenste stedebouwkundige structuur is gevisualiseerd op plankaart B; de bebouwing wordt gerealiseerd in een hoogwaardige architectuur.

 

De wijk is door enkele hoofdwegen ver­bonden met het omringende wegenstelsel van zowel (inter)nationaal, regionaal als stedelijk niveau.

 

De aansluiting op het openbaar vervoer­systeem is goed. Verdere verbetering van openbaar vervoer en verhoging van het gebruik ervan wordt nagestreefd met als doel het terugdringen van het privé autogebruik.

Er wordt gestreefd naar een maximale verkeersveiligheid.

 

De sociale veiligheid wordt bevorderd door de situering en vormgeving van bebouwing, verkeers- en groenvoorzie­ningen en andere bouwwerken.

 

Het bovenstaande wordt nader omschreven in lid 2. en is mede tot uitdrukking gebracht op plankaart B (functionele en ruimtelijke karakteristiek).

 

2.      Functionele en ruimtelijke karakteristiek

 

De stadswijk Randwyck Noord is onderverdeeld in buurten, die ieder een ei­gen, herkenbare structuur hebben. De hoofdverdeling is als volgt:

 

aaaa

 

Centraal in buurt 1 liggen het academi­sche ziekenhuis Maastricht en de facul­teiten der geneeskunde en gezondheids­wetenschappen van de Rijksuniversiteit Limburg. Daar omheen - aan de zuid- en noordzijde - is ruimte voor gemengde functies, die veelal een directe of indirecte relatie zullen hebben met in het ziekenhuis en de faculteiten plaatsvindende activiteiten.

Aan de westzijde ligt een gebied waar meerdere functies, ook los staand van medische activiteiten, een plaats kun­nen vinden.

 

In buurt 2 - in het noordoosten van de wijk - ligt een buurt met gemengde functies met het accent op bedrijfsac­tiviteiten in enerzijds kantoren- en opleidingsaccommodaties, anderzijds in tentoonstellings- en congresaccommoda­ties met daarbij behorende functies.

 

Aan de noordwestzijde, in buurt 3, is in het middengebied sprake van kantoor­accommodaties en bedrijfsaccommodaties met een speciaal karakter.

 

Aan de westzijde, in buurt 4, ligt het provinciehuis/gouvernement waarin ook andere dan overheidsdiensten gevestigd zijn.

Het middendeel van de wijk wordt ge­vormd door twee woonbuurten met aan de noordzijde overwegend meergezinswonin­gen (5) en in het zuiden overwegend eengezinswoningen (6). Binnen buurt 5 komen ook beperkt kantooraccommodaties en onderwijs voor.

De buurten worden gescheiden door een groen-/waterzone resp. park waarin zich enkele bijzondere voorzieningen bevin­den (7). De groenzone zet zich zeer breed door naar het westen; de weste­lijke Maasoever vormt hier de begren­zing van het plangebied.

 

Voor de wijken Randwyck Noord en Heugem is één winkelcentrum gepland direct ten zuiden van het plangebied. Daarom is in het MECC (buurt 2) maximaal 1.000 m2 bedrijfsvloeroppervlak voor detailhan­del, zonder buurt- of wijkgebonden ka­rakter, toegestaan; in buurt 1 en buurt 5 is alleen via een vrijstelling van Burgemeester en Wethouders maximaal 500 m2 resp. 350 m2 bedrijfsvloeropper­vlak voor detailhandel toegestaan; in buurt 5 kan dit slechts indien het buurtwinkelcentrum Heugem-Noord is gerealiseerd. In buurt 5 worden wel andere voorzieningen rechtstreeks toegestaan.

 

De infrastructuur wordt gevormd door een hoofdwegenstructuur die tevens veelal de buurten scheidt resp. be­grenst en die, zoals gesteld, directe relatie heeft met de omringende wegenstructuur van zowel internationaal, regionaal als stedelijk niveau.

 

In het algemeen wordt een goede bereikbaarheid van de wijk centraal gesteld.

De Maas kent zowel beroeps- als recrea­tievaart.

 

Binnen de wijk is een net van fiets- en voetpaden, dat aansluit op de omringen­de wijken.

Het openbaar vervoer (bus en taxi's) maakt gebruik van een busbaan die door een deel van het gebied loopt.

Het streven van het stadsbestuur is daarbij gericht op het terugdringen van het privévervoer in het woon-werkver­keer door middel van het aantrekkelij­ker maken van het openbaar vervoer. Het N.S.-station Randwyck speelt in deze te stimuleren ontwikkeling een belangrijke rol (oostzijde van buurt 2).

 

Parkeren vindt over het algemeen plaats op eigen terrein met een sterk accent op overdekte parkeergelegenheden. Het rijksbeleid ten aanzien van de automo­biliteit (Structuurschema Verkeer en Vervoer II) zal overeenkomstig het provinciale standpunt (zoals verwoord in het ontwerp Streekplanuitwerking/ herziening op onderdelen bedrijventerreinen en kantoorlokaties Zuid-Limburg) worden gevolgd met de daarbij passende maatregelen (Raamplan Mobiliteitsbeheersing). Vermindering van het aantal parkeerplaatsen (middels vrijstellings- of wijzigings­bevoegdheid) zal gepaard gaan met flankerend beleid. De doelsituatie bij nieuwe kantoorontwikkelingen is 30 parkeerplaatsen per 2500 m2 brutovloeroppervlak.

 

De groenvoorziening in de wijk kent meerdere schaalniveaus. Het hoogste wordt langs de Maas aangetroffen (ui­terwaarden), aansluitend in noordelijke richting op het provinciehuis/gouverne­ment; het laagste als groenelementen langs de ontsluitingen binnen de buur­ten.

 

De bestaande bomen in buurt 1 worden gehandhaafd; er worden langs wegen en op andere plaatsen nieuwe bomen voorzien in drie klassen qua grootte ter versterking van de totale struc­tuur.

 

De ruimtelijke structuur van de totale wijk wordt gekenmerkt door een overwe­gend orthogonale opzet die in het oos­telijk deel het sterkst tot uitdrukking komt.

De noord- en oostzijde van de wijk is c.q. wordt opgebouwd uit overwegend grootschalige bebouwingselementen; aan de zuidwestzijde is een kleinschaliger bebouwingsstructuur aanwezig.

 

In het voorliggende plan wordt beoogd de verschillende elementen in te passen in een samenhangende stedelijke struc­tuur, waarbij de eigen ruimtelijke identiteit van de te onderscheiden een­heden voorop staat.

Belangrijk element hierin is een assenstelsel van openbare ruimten tussen de Oeslingerbaan en het congrescentrum enerzijds en provinciehuis en N.S.-sta­tion anderzijds.

Deze aantrekkelijk vormgegeven en door begeleidende bebouwing en bomen ge­structureerde ruimten dragen, naast de verbetering van de bereikbaarheid, bij aan een verhoging c.q. verbetering van de belevingswaarde, helderheid en her­kenbaarheid van de wijk en haar afzon­derlijke onderdelen.

 

In buurt 1 is de noord-zuidas (de Al­lée) een belangrijk gegeven. De directe omgeving van het academisch ziekenhuis Maastricht, medische faculteit en de faculteit der gezondheidswetenschappen kan verder ontwikkeld worden tot een -in zichzelf gesloten - rechthoekig pa­troon van wegen, paden, bebouwing en groen, waarbij de presentatie aan de zijde van de Allée en een wandvorming naar de spoorlijn en de autosnelweg van belang zijn.

 

In buurt 2 is behalve de situering van een representatieve bebouwingsrand rond de tentoonstellings- en congresaccommo­daties, een verdere invulling van de noordoostzijde aan de orde.

In aansluiting op de bebouwingsstruc­tuur van buurt 1 wordt deze buurt ver­der ontwikkeld langs een centrale as, die beëindigd wordt in een bijzonder bebouwingsvorm die de noordoosthoek van de wijk markeert.

 

De ruimtelijke structuur van buurt 3 kan verder aangevuld worden met soli­taire, op zichzelf staande bebouwing. Ook in het gebied binnen de afrit van de Kennedybrug is een dergelijke bebou­wingsmogelijkheid opgenomen.

De entree van de wijk vanaf de Limburg­laan zal aan deze zijde een betere ruimtelijke markering krijgen.

 

Buurt 4 wordt bepaald door het provin­ciehuis/gouvernement, markant gelegen en vormgegeven. Alleen aan de noordzij­de hiervan is (middels het b.p. Cérami­que) bebouwing voorzien.

 

De interne structurering van de buurten 5 en 6 haakt aan op de gekozen hoofdop­zet. Het wonen heeft daarbij een duide­lijke relatie met het park.

Aan de westzijde is het streven gericht op de vormgeving van een "Maasfront" dat in schaal en geleding een ruimte­lijke relatie heeft met de Maas en het buitengebied en de bebouwing langs de Limburglaan.

 

Het parkgebied (buurt 7), dat in ver­binding staat met het Maasoevergebied, wordt gekenmerkt door de waterpartijen grenzend aan buurt 5, een meer land­schappelijke benadering rond buurt 6 en een meer geometrische aanpak in aan­sluiting op de orthogonale structuur van buurt 1.

In het parkgebied kunnen vrijstaande elementen, zoals bijv. sport- en sociaal-culturele accommodaties, worden opgenomen.

 

Randwyck Noord kent enkele pleinen, waarvan het Forum ten zuiden van de congres- en tentoonstellingsaccommoda­ties de belangrijkste is.

De belangrijkste oriëntatiepunten zijn, waar het bebouwing betreft, aangegeven.