Artikel 14 Agrarische doeleinden (A)
1. De gronden net de bestemming agrarische
doeleinden mogen uitsluitend worden gebruikt voor de bedrijfsvoering van
bedrijven voor land-, akker- en tuinbouw met dien verstande, dat de gronden
net de subbestemming:
- f: uitsluitend voor fruitteeltbedrijf;
- k: uitsluitend voor kwekerij
mogen worden gebruikt.
2. I Op
deze gronden mogen net inachtneming van de subbestemming en behoudens op de
gronden net de nadere aanwijzing (o) onbebouwd, uitsluitend worden gebouwd:
a. gebouwen, geen walingen zijnde, ten behoeve
van het in lid 1 toegestane gebruik;
b. die andere bouwwerken, welke qua aard bij
het in lid 1 toegestane gebruik passen en niet hoger zijn dan 3,00 nieter.
II Op de gronden net de nadere aanwijzing
(o) onbebouwd mogen net inachtneming van de subbestemming uitsluitend andere
bouwwerken worden gebouwd, welke qua aard bij het in lid 1 toegestane gebruik
passen en niet hoger zijn dan 3,00 meter.
III Burgemeester en wethouders kunnen
vrijstelling verlenen van het bepaalde in dit lid sub Ia tot het bouwen van één
dienstwoning per afzonderlijke voorziening, net dien verstande dat de inhoud
van de betreffende woning maximaal 500 m3 mag bedragen.