logo gemMtr klrArtikel 7         Gronden, bestemd om te worden bebouwd met gebouwen voor bijzondere doeleinden.

 

1.      a.      Op de gronden, op de kaart met arcering aangegeven als bestemd om te worden bebouwd met gebouwen voor bijzondere doeleinden in de categorieën I tot en met XII, mogen in de respectievelijke categorieën worden gebouwd:

 

Categorie I: een kerk, met daarbij behorende gebouwen, benevens de woningen, bestemd ter bewoning voor personen, betrokken bij de uitoefening van den Christelijke Eredienst.

 

Categorie II: een gebouw, bevattende lokaliteiten, ten behoeve van overheidsinstanties of verenigingen, werkzaam op religieus, cultureel, sociaal, hygiënische of hiermee gelijk te stellen gebieden.

 

Categorie III: een school voor l.o., u.l.o. of m.u.l.o

 

Categorie IV: een school voor voorbereidend l.o.

 

Categorie V: een café-restaurant of een verenigingsgebouw, al dan niet met lokaliteiten en zalen ten behoeve van maatschappelijk verkeer in het algemeen, dan wel hiermee gelijk te stellen gebouwen.

 

Categorie VI: als Categorie III.

 

Categorie VII: een brandweerkazerne, dan wel een gebouw met overeenkomstige bestemming.

 

Categorie VIII: als Categorie II.

 

Categorie IX: een kerk, met de daarbij behorende gebouwen, benevens de bij deze kerk be­horende gebouwen ten behoeve van kerkelijke neven­functies, met de woningen of gebouwen, bestemd ter bewoning door personen, betrokken bij de uitoefening van den Christelijke Eredienst, benevens personen, werkzaam in verband met kerkelijke nevenfuncties.

 

Categorie X: als Categorie V, benevens een school voor l.o., u.l.o. of m.u.l.o.

 

Categorie Xl: overeenkomstig Categorie II.

 

Categorie XII: een gebouw, bevattende lokaliteiten ten behoeve van overheidsinstanties of verenigingen, werkzaam op religieus, cultureel, sociaal, hygiënisch of hiermee gelijk te stellen gebieden, dan wel ten behoeve van bebouwing met woningen in de bebouwingsklasse L.

 

b.      de sub a, genoemde gebouwen, mogen het hiervoor aangegeven terrein nergens overschrijden.

 

c.       op de in dit lid, sub a, bedoelde bebouwing is van toepassing het gestelde in art. 6, 8e lid, sub a, b, c, d, f en h, en 10e lid, sub d.

 

2.      Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd omtrent hoogte en afmetingen van het in dit lid, sub a, bedoelde gebouw, nadere eisen te stellen.