Artikel 19 Verkeersdoeleinden (V)
1. De gronden met de bestemming
verkeersdoeleinden mogen met inachtneming van de in de op de voorschriftenkaart
1.a en 1.b aangegeven profielen uitsluitend worden gebruikt voor verkeerswegen,
parkeerplaatsen, fiets- en voetpaden, alsmede voor de daarbij behorende
bermstroken, taluds, bermsloten en beplantingen, met dien verstande, dat de
gronden met de subbestemming:
-p : uitsluitend voor
parkeren;
-b : uitsluitend voor
verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie mag worden gebruikt.
2. Op
deze gronden mag geen bebouwing worden opgericht behoudens die andere
bouwwerken welke qua aard en afmetingen bij het in lid 1 genoemde gebruik
passen.