logo gemMtr klrGoedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Limburg

bij besluit van 11 december 1984,

1e afdeling, no. Bm 29198, met uitzondering van:

-        artikel 2, onder k;

-        artikel 5;

-        artikel 6;

-        artikel 9, lid 1, onder a;

-        artikel 15, lid 3.I, de zinsnedes "b. goederen waarvan" enz. tot en met "vrijstelling verbinden.", alsmede "...alsmede voor zover ...." tot en net "in de provincie .Limburg"..;

-        artikel 20.a;

-        artikel 21, lid 3;

-        artikel 24, lid 2, vanaf "en voor het bouwen van gebouwen van tijdelijke waard ....";

-        artikel 25, lid 1, onder e en onder h en

-        artikel 27.

 

1. TOELICHTING

 

 

 

 


INHOUD

 

Hoofdstuk

 

1.             INLEIDING (KAART 1 EN 2)

1. 1.         Opdracht

1. 2.         Begrenzing en globale beschrijving van het plangebied

1. 3.         Wyckerpoort in algemeen gemeentelijk kader

 

2.            VISIES VAN HET BELEID (KAART 3 EN 4)

2. 1.         Knelpunten

2. 1. 1.     Stedebouwkundige structuur

2. 1. 2.     Verkeersstructuur

2. 1. 3.     Functionele structuur

2. 2.         Doelstellingen en oplossingen op korte en lange termijn

2. 2. 1.     Korte termijn (binnen 10 jaar)

2. 2. 2.     Lange termijn (na 10 jaar)

 

3.             INVENTARISATIE EN ANALYSE (KAART 5 T/M 27)

3. 1.         Inleiding

3. 2.         Stedebouwkundige structuur

3. 2. 1.     Historisch-stedebouwkundige ontwikkeling

3. 2. 2.     Wyckerpoort in zijn stedelijke samenhang

3. 2. 3.     Stedebouwkundige karateristiek van Wyckerpoort

3. 3.         Verkeersstructuur

3. 3. 1.     Gemotoriseerd verkeer

3. 3. 2.     Voetgangers- en fietsverkeer

3. 3. 3.     Parkeren

3. 3. 4.     Openbaar vervoer

3. 4.         Functionele structuur

3. 4. 1.     Bevolking en wonen

3. 4. 2.     Detailhandel (d.p.o.)

3. 4. 3.     Overige voorzieningen

3. 4. 4.     Bedrijven en kantoren

3. 5.         Woon- en leefmilieu

 

4.             RANDVOORWAARDEN, KNELPUNTEN EN DOELSTELLINGEN (KAART 28 T/M 32)

4. 1.         Randvoorwaarden

4. 2.         Knelpunten

4. 2. 1.     Knelpunten die voortkomen uit de stedebouwkundige structuur

4. 2. 2.     Knelpunten die voortkomen uit de verkeersstructuur

4. 2. 3.     Knelpunten die voortkomen uit de functionele structuur

4. 2. 4.     Knelpunten met betrekking tot het woon- en leefmilieu

4. 3.         Doelstellingen

4. 3. 1.     Doelstellingen met betrekking tot de stedebouwkundige structuur

4. 3. 2.     Doelstellingen met betrekking tot de verkeersstructuur

4. 3. 3.     Doelstellingen met betrekking tot de functionele structuur

4. 3. 4.     Doelstellingen met betrekking tot het woon- en leefmilieu

 

5.            LANGE TERMIJNMODEL EN SCHETSONTWERP (KAART 33 T/M 35)

5. 1.         Inleiding

5. 2.         Lange termijnmodel

5. 3.         Schetsontwerp

5. 3. 1.     Toelichting bij het schetsontwerp

5. 3. 2.     Toetsing schetsontwerp toekomstige juridische regeling en knelpunten

 

6.             TOELICHTING OP DE PLANKAART EN DE GEBRUIKSVOOR- SCHRIFTEN DEEL UITMAKENDE VAN HET CONCEPT-BESTEMMINGSPLAN WYCKERPOORT

6. 1.         Toelichting op de plankaart

6. 2.        Voorliggende concept-bestemmingsplan en de huidige vigerende bestemmingsplannen (Rijksweg '75 en zuidelijk deel van Wyckerpoort en Oostermaas)

 

7.             OVERLEG

 

8.             ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID


 

 

 

 

1. INLEIDING

 

1. 1. Opdracht

 

In april 1981 werd aan Adviesgroep Partners b.v. de opdracht verstrekt tot het opstellen van een in hoofdlijn gedetailleerd bestemmingsplan voor het gebied Wyckerpoort. Vooruitlopend op de formele opdrachtverstrekking is in maart 1981 begonnen met de werkzaamheden. In overleg met de begeleidingsgroep Wyckerpoort, bestaande uit ambtenaren van de gemeente, en de stuurgroep Wyckerpoort, bestaande uit vertegenwoordigers van bewonersbelangenorganisaties en gemeente, is een tijdschema vastgesteld, waarin 1 mei 1982 aangegeven is als de datum waarop het plan ter visie dient te worden gelegd.

Het onderhavige rapport bevat een overzicht van de bestaande beleidsvisies ten aanzien van de verschillende onderscheiden aspecten, een inventarisatie van diezelfde aspecten, waaruit door confrontatie een formulering volgt van knelpunten en doelstellingen. Vervolgens worden modellen ontwikkeld voor de lange termijn. Na de keuze van een voorkeursmodel wordt via een schetsontwerp            overgegaan tot het opstellen van een concept-bestemmingsplan. De toelichting op het concept- bestemmingsplan en de bijbehorende gebruiksvoorschriften zijn opgenomen in deze rapportage.

 

1. 2. Begrenzing en globale beschrijving van het plangebied (kaart 1)

 

De buurt Wyckerpoort, zoals opgenomen in de buurt- en wijk­indeling van de gemeente Maastricht, wordt begrensd door de Pres. Rooseveltlaan, de J.F. Kennedysingel, het spoor­wegemplacement en de Viaductweg. Het plangebied heeft een overheersende woonfunctie met concentraties van bedrijvigheid in het noordelijk en zuidelijk deelgebied. Van een stedebouwkundige samenhang kan men echter nauwelijks spreken.

In het tot nog toe gepubliceerde nota's zijn in feite 3 deelgebieden onderscheiden:

 

-        Het noordelijk gebied, begrensd door Viaductweg, spoorlijn, Prof. Moserstraat, Prof. Cobbenhagenstraat en E9, bevat voornamelijk woonbebouwing, sterk wisselend van karakter en kwaliteit. De bedrijfsgebouwen van de Mosa domineren de woonbebouwing.

 

-        In het middengedeelte, begrensd door Prof. Moserstraat, Prof. Cobbenhagenstraat en de Scharnerweg, overheerst de woonfunctie eveneens en deze is sterk wisselend van karakter en kwaliteit. Dominerend in dit deelgebied zijn het P.T.T.-hoofdgebouw, het St. Maartenscollege en de A.N.W.B.-flat aan het Koningsplein.

 

-        Het zuidelijk deelgebied, begrensd door Scharnerweg, St. Gerardusweg, Kennedysingel en E9, heeft een overheersende woonfunctie, waarin zowel eengezins- als meergezinshuizen voorkomen.


De bebouwing is gevarieerd naar aard en kwaliteit. Enkele grote bedrijven zijn in het meest zuidelijk gedeelte geconcentreerd. De Koepelkerk en enkele flatgebouwen, met name rond het Oranjeplein, domineren de overige bebouwing.

 

Voor de objectieve beschouwer vormen het noordelijk en middengebied een zekere samenhangende eenheid, ontstaan door de scheidende werking van het spoorwegemplacement, Meerssenerweg, Pres. Rooseveltlaan, Viaductweg en Scharnerweg. Het zuidelijk deelgebied wordt door de Scharnerweg van het overig plangebied gescheiden. Opvallend is overigens dat de bewoners van Wyckerpoort de Scharnerweg niet in die zin als scheidend ervaren zoals buitenstaanders doen. Voor de bewoners ligt de scheiding tussen Wyckerpoort-noord en -zuid niet bij de Scharnerweg, maar ter hoogte van het St. Maartenscollege. Deze scheiding komt overeen met de bestaande parochiegrenzen.

 

1. 3. Wyckerpoort in algemeen gemeentelijk kader

 

De ontwikkelingen in de afgelopen decennia hebben ertoe geleid, dat Wyckerpoort zich ontwikkeld heeft van een randbebouwing van de stad Maastricht, tot een gebied met een zeker binnenstedelijk karakter.

Formeel wordt Wyckerpoort echter niet tot de binnenstad gerekend, maar tot één van de buitenwijken oost.

In het concept-Structuurplan 1975 is het gebied gekarakteriseerd als een overwegend woongebied met industriegebieden aan de noordwest- en zuidwestgrens.

Het concept-Structuurplan 1979 noemt Wyckerpoort slechts in de opsomming van buitenwijken met een nadere aanduiding van de restcapaciteit aan woningen.

In het kader van de afzonderlijke nota's op het gebied van de stadsvernieuwing wordt Wyckerpoort in eerste instantie gekenmerkt als een gebied met 3e urgentie (Stadsvernieuwing in Maastricht, Doelstellingen programma vastgesteld maart 1976). In latere rapporten wordt echter een eerste urgentie toegekend aan 178 woningen van de bouwvereniging St. Servatius en wordt een stedebouwkundige totaalvisie aangekondigd in de vorm van een structuurschets (Actieplan Stadsvernieuwing, vastgesteld augustus 1978).

 

Vigerende plannen

 

Op het ogenblik vigeren in het plangebied het bestemmingsplan "Rijksweg 75" (1958) in het noordelijk deel en het bestemmings­plan "zuidelijk deel Wyckerpoort en Oostermaas" (1970) in het zuidelijk deel, terwijl het noordwestelijk deelgebied nog valt onder de bepalingen van de "bebouwde kom" (zie kaart 2).

Het plan "Rijksweg 75" is opgezet ter regeling van de toen geprojecteerde Rijksweg 75 en aanliggende gronden.

Het bestemmingsplan "zuidelijk deel Wyckerpoort en Oostermaas", voor dit deelgebied, in de plaats gekomen van het plan "Rijksweg 75", geeft, naast regelingen van de bestaande toestand, een bestemming aan het Dotremontterrein (kantoren, ateliers, bedrijven en lichte industrie) en aan het gebied Scharnerweg, Prinsesselaan en Heerderweg (bedrijfjes, bijzondere doeleinden en gebouwen ten behoeve van handel, nijverheid, administratie en verkeer in combinatie met huisvesting).

Structuurschets Wyckerpoort

 

In september 1977 is door het college van burgemeester en wethouders van Maastricht een structuurschets in de inspraak gebracht. In deze structuurschets is een samenvattende visie voor ontwikkelingen op de korte en de lange termijn aangegeven voor het gebied Wyckerpoort.

De aanleiding tot het uitbrengen van de structuurschets werd gevormd door een aantal initiatieven om de ruimtelijke situatie te veranderen en te verbeteren:

 

-        stadsvernieuwingsactiviteiten in de Professorenbuurt;

-        reconstructie voor- en achterzijde van het station;

-        bebouwingsvoorstellen voor het Dotremontterrein en het bouwblok van de koepelkerk;

-        het milieuplan van rijkswaterstaat ter verbetering van het milieu rond de Pres. Rooseveltlaan.

 

De concept-Structuurschets 1977 luidde de eerste fase in van het proces dat moet leiden tot een bijsturing van de ruimtelijke ontwikkelingen in Wyckerpoort en tot aanpassing van de bestemmingsplannen "Rijksweg 75-Noord" en "Wyckerpoort- Zuid".

De tweede fase bestond uit een in verband met de concept-Struc­tuurschets 1977 georganiseerde inspraakprocedure; de derde fase uit een Structuurschets 1979, waarin de eerste en tweede fase zijn samengevat en geïntegreerd.

De vierde fase in deze opeenvolging zal moeten bestaan uit een concreet bestemmingsplan. Daartoe zijn eerder geformuleerde knelpunten en doelstellingen uitgewerkt, aangepast en aangevuld. Deze aanpassing of aanvullingen geschieden aan de hand van toe te voegen inventarisatiemateriaal en onderzoekingen.

 

Woonwagenplan Maastricht

 

In de vergadering van 5 oktober 1982 heeft de gemeenteraad het Woonwagenplan voor Maastricht vastgesteld. In dat plan wordt voor de periode na 1985 - op het bedrijfsterrein Wyckerpoort een woon-werklocatie voorzien.


 

 

 

2. VISIES VAN HET BELEID

 

Zoals boven aangegeven vormt de Structuurschets Wyckerpoort 1979 de integratie van de concept-Structuurschets Wyckerpoort 1977 en de daarop volgende resultaten van de inspraak.

Hieronder zijn de knelpunten, zoals die zijn vastgesteld en de daaraan gekoppelde doelstellingen en maatregelen letterlijk weergegeven.

 

2. 1. Knelpunten (kaart 3)

 

2. 1. 1. Stedebouwkundige structuur

 

-        Het gebied is ruimtelijk-functioneel versnipperd.

 

-        Grootschalige functies, zoals de Mosa en het St. Maartenscollege overheersen het woongebied te zeer.

 

-        In het zuidelijk deelgebied liggen enkele grote terreinen braak.

 

-        Door de langgerekte structuur ontbreekt een echt centrum.

 

 

-        Het woningbestand is verouderd en in enkele gebieden bouwen woontechnisch in slechte staat.

 

-        Door de ligging tussen E9 en spoorwegemplacement is het gebied geïsoleerd van de aangrenzende buurten.

 

-        De belevingswaarde van de buurt is zeer arm; de buurt heeft een geïsoleerde ligging achter het spoor.

 

-        De woongebieden zijn naar opbouw en situering zeer heterogeen.

 

2. 1. 2. Verkeersstructuur

 

-        Het verkeer veroorzaakt lawaai- en stankoverlast.

 

-        Voor het langzame verkeer zijn de ontsluitingsmogelijk­heden beperkt.

 

-        De Scharnerweg is de enige bestaande dwarsverbinding.

 

-        De Scharnerweg heeft geen volwaardige aansluiting op de Noormannensingel en het Oranjeplein (geen volledig uitgevoerd kruispunt).

 

-        Het gebied wordt doorsneden door sluipverkeer (bijv. Meerssenerweg, St. Gerardusweg, de éénrichtingstraten in de Professorenbuurt).

 

-        De Heerderweg en de Meerssenerweg vragen om een in­grijpende profielverbetering.

 

-        De ventwegen naast de Scharnerweg hebben hun erffunctie moeten inruilen voor een verkeersfunctie.

 

-        Met name rond het St. Maartenscollege is sprake van een urgent parkeerprobleem.

 

2. 1. 3. Functionele structuur

 

Mogelijkheden voor ontmoetings- en ontspanningsbij­eenkomsten zijn beperkt.

Er zijn slechts een gering aantal recreatieve voorzie­ningen voor jongeren.

In enkele gebieden dreigt een vergrijzing van de bevolking.

 

2. 2. Doelstellingen en oplossingen op korte en lange termijn  

 

2. 2. 1. Korte termijn (binnen 10 jaar)

 

In de Structuurschets 1979 zijn doelstellingen en daaraan gekoppelde maatregelen weergegeven, waarmee op korte termijn de woon- en leefsituatie in de buurt kan worden verbeterd. De doelstellingen, zoals ze in de concept-Structuurschets 1977 zijn gesuggereerd, zijn over het algemeen door de bevolking onderschreven.

De oplossingen, zoals de concept-Structuurschets 1977 die aanreikte, zijn echter op diverse punten gewijzigd. Uit de Structuurschets 1979, de daarbij behorende bijlagen en de inspraak, zijn de volgende doelstellingen en voorstellen te destilleren:

a.      Verbetering van woning en woonomgeving

Gestreefd wordt naar een zodanige uitbreiding van het openbaar groen, dat de totale groenbeleving ingrijpend verbeterd wordt.

Een belangrijk onderdeel van de verbetering van de woon­omgeving vormt hierbij het milieubouwplan dat in opdracht van rijkswaterstaat is vervaardigd. Dit plan voorziet in een aantal geluidwerende maatregelen langs de E9 vanaf de wijk Nazareth tot en met het Europaplein.

Binnen het plangebied van Wyckerpoort werd direct langs de rijbaan een muurconstructie met variërende hoogte voorgesteld met aangepaste beplanting. Hierdoor zal de geluidsoverlast, die het verkeer op de E9 aan de omwonenden bezorgt beduidend worden verminderd. De bele­vingswaarde zal door dit plan tevens verbeterd worden door een ruime toepassing van groen.

Rekening zal worden gehouden met de opmerking van de buurtbewoners met betrekking tot de inrichting van het terrein rond het P.T.T.-gebouw. Aansluiting zal worden gezocht met het milieubouwplan en de plannen ter verbetering van de woonomgeving in het stadsvernieuwingsgebied. De mogelijkheden om het openbare groen aan de zijde van de Meerssenerweg te verbeteren, zijn nog in studie.

Ook in stedebouwkundig opzicht is bij de voorlopige schetsen rekening gehouden met specifieke opmerkingen ten aanzien van het stadsvernieuwingsgebied en braakliggende binnenterreinen achter de Koepelkerk en aan de Heerderweg.


b.      Verbetering van de belevingswaarde

De belangrijkste activiteiten zullen erop zijn gericht, de groenbeleving te verbeteren en door het nemen van akoestische maatregelen, de lawaai-overlast van de E9 te verminderen. Over het voorstel van de gemeente om de Heerderweg visueel te beëindigen, is door de bewoners afhoudend gereageerd met als belangrijkste bezwaar de lawaai- en stankoverlast van de E9. Naar gemeentelijke opvatting zijn deze problemen voor een belangrijk deel te ondervangen met akoestische maatregelen aan de gevel en een goede situering van de wooneenheden.

 

c.      Verbetering dwarsrelaties

Diverse dwarsrelaties zijn door rijkswaterstaat opgenomen in het afwerkingsplan ten behoeve van de Pres. Rooseveltlaan.

In beginsel is de voorkeur uitgesproken voor een passerel, die het spoorwegemplacement overbrugt. Stijgpunten zijn hierbij gedacht aan de stationszijde op het middenperron en aan de westzijde van de Meerssenerweg.

 

d.      Verbetering van de interne wegenstructuur

In het kader van de stadsvernieuwing wordt voorgesteld de Prof. Nijpelsstraat te verbreden ten behoeve van de verbinding Meerssenerweg - Noormannensingel. Daardoor kan het aansluitende woongebied geheel als woonerf worden ingericht. De belangen van de buurt en het openbaar vervoer zijn het best gediend met handhaving van een halte Old Hickoryplein. De route van het openbaar vervoer ten noorden van de Gen. Simpsonstraat ligt vast. Voor het tussenliggende gedeelte zijn 3 varianten opgesteld:

variant 1:      zuid-noordroute via Prof. Kernstraat; noord-zuidroute via de Prof. Mullerstraat;

variant 2:      in twee richtingen door de Prof. Kernstraat;

variant 3:      zuid-noordroute via de Prof. Kernstraat; noord-zuidroute via de Pres. Rooseveltlaan.

De voorkeur van de gemeente, de stuurgroep Wyckerpoort en van de bewoners gaat uit naar de eerste variant.

 

e.      Stadsvernieuwing

Rondom het Prof. Henketplein tussen de Meerssenerweg en de Noormannensingel is voor het complex van 176 woningen van de bouwvereniging St. Servatius besloten om gedeeltelijk tot reconstructie over te gaan. Van dit aantal zijn inmiddels 47 woningen ingrijpend verbeterd.

De gemiddelde bouwtechnische staat van de woningen is onvoldoende. Geen van de woningen voldoet aan hedendaagse normen met betrekking tot de indeling. Ook vanuit stedebouwkundige maatstaven wordt gepleit voor een ingrijpende reconstructie.

De bestaande buitenruimten zijn niet in staat de parkeerdruk op te vangen. De reconstructie zal bijdragen tot een betere verkeersontsluiting en een hogere belevingswaarde van de woonomgeving.

 

-        Bij het opstellen van het reconstructieplan is vooral aandacht geschonken aan vervangende huisvesting, met name in het gebied tussen de Prof. Kernstraat en de Prof. Mullerstraat. Ten noorden van de Prof. Cobbenhagenstraat zullen in de zogenaamde 0-fase 59 woningen worden gebouwd terwijl de 131 woningen rond het Prof. Henketplein vervangen worden door 136 woningen.

 

-        Bij het aantrekken van nieuwe bevolkingscategorieën is vooral aandacht geschonken aan jongere gezinnen om de vergrijzing van de buurt tegen te gaan.

 

-        Bij de stedebouwkundige uitwerking is aansluiting
gezocht bij de maat van de aangrenzende bouwmassa's.

 

-        Wat betreft de woonomgeving ligt het probleem voornamelijk in de wijze hoe bepaalde gebieden opengesteld kunnen worden ten behoeve van meervoudig gebruik. Gedacht wordt dan aan het in de avonduren openstellen van het parkeerterrein rond het P.T.T.-kan­toor ten behoeve van het St. Maartenscollege en aan het openstellen van sport- en speelvoorzieningen, nu in gebruik van diverse scholen, ten behoeve van de jeugd van Wyckerpoort buiten de schooluren.

 

2. 2. 2. Lange termijn (na 10 jaar; kaart 4)

 

Met de ingrepen, zoals die onder 2.2.1. zijn beschreven kan al een aanmerkelijke verbetering worden bereikt van het woon- en leefklimaat in Wyckerpoort. De structurele problemen die er zijn, zoals het ruimtelijk isolement door de E9 en het spoorwegemplacement, de interne versnippering en het gemis aan voldoende openbaar groen, worden er echter maar gedeeltelijk door opgelost.

Om dat te bereiken, werden er in de concept-Structuurschets van september 1977 de volgende maatregelen genoemd:

 

-        opheffing van de overlast van de E9, hetzij door ondertunneling in het huidig tracé, hetzij door omlegging van de E9 buitenom. Ook het spoorwegemplacement zal geheel of gedeeltelijk moeten worden verplaatst;

-        verbetering van de relaties voor het langzame verkeer is dringend gewenst; vooral de Meerssenerweg en de doorgetrokken Frankenstraat via het station naar de citycorridor zijn belangrijke routes voor de integratie van de buitenwijken Noord en Oost met de binnenstad;

-        verbetering van het woon- en leefklimaat door uitbreiding van wat er nog van het Thorbeckeplantsoen is overgebleven, tot een meer volwaardige openbare groenvoorziening;

-        uitbreiding van het netto woongebied door opheffing van het industriecomplex aan de Prof. Moserstraat;

-        verbetering van de situatie bij de Koepelkerk aan de zijde van de Duitse Poort. De situatie aan de Scharnerweg kan wezenlijk worden verbeterd door verruiming van het profiel, zodat een volledige aansluiting met Noormannensingel en Oranjeplein kan worden verwezenlijkt.

 

Bij de toelichting tijdens de inspraakavonden is er nog eens op gewezen, dat een aantal van de hier voren opgesomde wenselijkheden nogal een speculatief karakter hadden. Het vraagstuk bijvoorbeeld van de E9 door of buiten de stad was op dat moment (eind 1978) nog steeds in diepgaande studie terwijl ook de directie van de Nederlandse Spoorwegen nog geen standpunt heeft bepaald over de reconstructie van het stationemplacement. Tijdens de inspraakavonden is er daarom nogal eens openlijk getwijfeld aan het nuttig effect van de opsomming van dit soort wenselijkheden. De zin hiervan is echter, dat bij veranderingen in bovenstedelijke elementen zoals E9 en spoorwegennet, ook het lokale belang moet worden meegewogen in de uiteindelijke beslissing en het is daarom zaak dit lokale belang in een zo vroeg mogelijk stadium uit te spreken. Het betekent overigens wel dat het zeer moeilijk is om deze langere termijnaspecten te verwerken in bestemmingsplannen die op een periode van de eerstkomende 10 jaar worden ingericht.

 

Inmiddels is door de raad van de gemeente Maastricht (op 3 februari 1981) een principe-uitspraak gedaan omtrent de E9, waarin de voorkeur wordt uitgesproken voor een ondertunneling. Omtrent het spoorwegemplacement is nog geen definitieve beslissing genomen.

In hoofdstuk 5 van dit rapport zal worden getracht, uitgaande van een ondertunneling van de E9 en met inachtname van een aantal doelstellingen, ontwikkelingsmodellen voor de lange termijn op te stellen, die het globale kader vormen waarbinnen een bestemmingsplan moet passen en grotendeels tegemoet komen aan de hierboven genoemde gewenste maatregelen op de lange termijn.

Voordat tot het opstellen van de modellen voor lange termijn wordt overgegaan zal in het navolgende een inventarisatie en analyse van de stedebouwkundige, verkeerskundige en functionele structuur worden uitgevoerd (hoofdstuk 3).

Vanuit deze inventarisatie en analyse worden reeds gesig­naleerde knelpunten bevestigd of opnieuw geformuleerd en zullen eventueel nieuwe knelpunten worden toegevoegd. Op grond van knelpunten en randvoorwaarden worden doelstellingen opgesteld (hoofdstuk 4). Vervolgens worden twee modellen voor de lange termijn ontworpen, waaruit na toetsing aan de doelstellingen een keuze wordt gemaakt.

Uitgaande van het voorkeursmodel is een schetsontwerp gemaakt, dat concreet het kader aangeeft, waarin een gedetailleerde juridische regeling tot stand moet komen (hoofdstuk 5).

 

Hoofdstuk 6 omvat de toelichting bij de opzet van het concept-bestemmingsplan en de bij het plan behorende voorschriften.


 

 

 

3. INVENTARISATIE EN ANALYSE

 

 

3. 1. Inleiding

 

In het hiernavolgende wordt een aanvullende inventarisatie en analyse van Wyckerpoort gegeven ten aanzien van de volgende aspecten:

 

-        stedebouwkundige structuur;

-        verkeersstructuur;

-        voorzieningenstructuur.

 

Hierbij wordt enerzijds teruggegrepen op materiaal, zoals dat weergegeven is in de Structuurschets Wyckerpoort 1979. Anderzijds zijn deze inventarisatie en analyse gebaseerd op aanvullend onderzoek van adviesgroep Partners b.v. Voor een benadering per aspect is gekozen, omdat op deze wijze het complexe karakter van Wyckerpoort beter inzichtelijk gemaakt kan worden.

De analyse mondt uit in de signalering van een aantal knelpunten en daaraan gekoppelde doelstellingen. Deze knelpunten en doelstellingen zijn steeds het resultaat van benaderingen per aspect. Een integratie van de oplossingen gebeurt in een later stadium. Op basis van de geformuleerde doelstellingen vindt dan een onderlinge afweging van de oplossingsmogelijkheden plaats, hetgeen uitmondt in een ontwikkelingsmodel voor Wyckerpoort.

 

3. 2. Stedebouwkundige structuur

 

Bij de behandeling van dit aspect zal achtereenvolgens worden ingegaan op:

 

-        de historisch-stedebouwkundige ontwikkeling;

-        Wyckerpoort in zijn stedelijke context;

-        de stedebouwkundige karakteristiek van Wyckerpoort zelf.

 

Terwijl het eerste en tweede gedeelte in een meer beschrijvende vorm behandeld zullen worden, zal het derde gedeelte van het onderzoek tevens een ruimtelijke beoordeling omvatten.

Bij de gesignaleerde ruimtelijke knelpunten zal tevens ingegaan worden op de mogelijke verbetering van deze punten.

 

3. 2. 1. Historisch-stedebouwkundige ontwikkeling (kaart 5)

 

De belangrijkste kenmerken van de huidige stedebouwkundige verschijningsvorm van Wyckerpoort, zijn direct terug te voeren tot de ontwikkeling die het gebied, dat nu Wyckerpoort heet, in het verleden heeft doorgemaakt.

Van agrarische randzone direct buiten de omwalling van Wyck heeft het zich in de loop der tijden via een stedelijke randbebouwing ontwikkeld tot een gebied met een zeker binnenstedelijk karakter.


 

Periode voor 1900

 

Het huidige patroon van hoofdwegen, gevormd door de Meerssenerweg, Scharnerweg en Heerderweg is tot stand gekomen na de sloop van de vestingwerken (1870) en de aanleg van het spoorwegemplacement (1853-1865). Hierbij werd het knooppunt van deze wegen, dat voor die tijd bij de Duitse- en St. Maartenspoort lag, omgelegd naar zijn huidige situatie direct ten oosten van de spoorlijn. In eerste instantie zijn er twee overgangen over het spoorcomplex aangelegd, één in het verlengde van de Stationsstraat en één in het verlengde van de Akerstraat, de Scharnerweg.

De eerstgenoemde is komen te vervallen met de bouw van het "nieuwe" station (1915). De tweede is inmiddels omgevormd tot tunnel (Scharnertunnel).

De Pres. Rooseveltlaan was in die tijd als tracé aanwezig in de vorm van een landweg, de Witte Vrouwenweg, zij het in een andere vorm en grootte. De gronden tussen de spoorlijn en deze weg waren over het algemeen in gebruik als weide- en tuingronden en werden aangeduid als het Wyckerveld.

Een opvallende verschijning werd daarin gevormd door de toen reeds aanwezige villa "Wyckerveld", die de visuele beëindiging vormde van de vorengenoemde doorgetrokken Stationsstraat. Voor het overige was het gebied, op wat lintbebouwing na, onbebouwd.

 

Periode van 1900 tot 1940

 

Rond 1900 zien we een eerste aanzet van fabrieksbebouwing op het terrein van de Mosa, die in de daarop volgende jaren snel werd uitgebreid tot de huidige omvang.

Woonbebouwing, met name voor fabrieksarbeiders, ontstond eerst als lintbebouwing langs de Meerssenerweg, ter hoogte van de Prof. Scholsstraat en de Prof. Moserstraat.

In de jaren 1916 en 1921 werd pas woningbouw in een meer planmatige opzet in Wyckerpoort gerealiseerd.

Gestart werd in het gebied direct ten noorden van de Scharnerweg. Van daaruit werd de bebouwing naar het noorden uitgebreid. De omgeving van de Prof. P. Willemsstraat (1916), kreeg hierbij een ruimere stedebouwkundige opzet dan dat het geval was in de omgeving van de Prof. Nijpelsstraat en de Moserstraat (1921-1922). Deze woningen waren vooral bedoeld voor arbeiders van de Mosa. In deze periode is, naast woningbouw langs de Heerderweg, ook de Koepelkerk tot stand gekomen.

 

Periode van 1940 tot 1960

 

Na 1922 duurde het eerst tot 1945 voordat weer sprake was van een duidelijke uitbreiding in Wyckerpoort.

De Scharnerweg werd afgebouwd en samen met de Heerderweg kreeg ook het zuidelijk woongebied rond de Waldeck Pyr­montstraat vorm.

In de jaren 1949 tot 1951 lag het accent op het noordelijk woongebied en werd de Generalenbuurt gebouwd. Het Old Hickoryplein kwam in 1955 als laatste tot stand op de plaats van de voormalige puinstort van de Mosa.

 

Periode van 1960 tot heden

 

Na 1960 is de oostelijke rand van Wyckerpoort langs de E9 afgebouwd. In 1960 komt de flatbebouwing langs de Pres. Rooseveltlaan, Oranjeplein en Prinsesselaan tot stand. Vervolgens, in 1962 en 1964, de flats aan het Koningsplein en de Nassaulaan. Deze ontwikkeling zet zich tot heden door, met als laatste bouwinitiatief het P.T.T.-complex aan de Prof. Cobbenhagenstraat.

Momenteel rest nog een beperkte onbebouwde ruimte in deze randzone.

Volgens het bestemmingsplan Rijksweg 75 kan deze zone gebruikt worden voor bebouwing ten behoeve van bijzondere doeleinden.

Sinds het begin van de jaren '70 is ook het proces van vernieuwing van de oudere bebouwing in Wyckerpoort op gang gekomen.

Allereerst is de uit de periode voor 1900 daterende bebouwing aan de Simpsonstraat vervangen door nieuwbouw.

In 1980 is een start gemaakt met de renovatie en nieuwbouw in de omgeving van het Henketplein.

Gezien de kwaliteit van met name de oudere bebouwing zal deze ontwikkeling zich in de toekomst zeker doorzetten.

 

3. 2. 2. Wyckerpoort in zijn stedelijke samenhang (kaart 6)

 

Wyckerpoort maakt deel uit van dat stedelijke gebied van Maastricht, dat zich vanaf de Maas uitstrekt via Scharn tot voorbij Heer.

Dit gebied wordt in noord-zuidrichting doorsneden door twee zware infrastructurele lijnen, te weten de spoorlijn Sittard - Luik en de E9.

Deze lijnen vormen de direct begrenzing van Wyckerpoort en bepalen in belangrijke mate de hoofdkarakteristiek van het gebied en de relaties met de omliggende gebieden.

Met name de ruimtelijke scheiding van het spoorwegemplacement vormt een zware barrière in de relatielijnen die vanuit Wyckerpoort naar Wyck en de binnenstad lopen.

In principe zijn er maar drie oversteekmogelijkheden, waarvan die ter hoogte van de Scharnerweg de belangrijkste en het meest centrumgericht is. De overige twee, langs de Viaductweg en de J.F. Kennedysingel zijn, vanuit Wyckerpoort bezien, van minder belang.

Op zich vormen de laatstgenoemde wegen de noordelijke en zuidelijke begrenzing van Wyckerpoort. Terwijl echter in het noorden nog sprake is van een duidelijke ruimtelijke relatie met Nazareth, is de ruimtelijke relatie met de omringende gebieden in het zuidelijk gedeelte, zeker met Akerpoort, veel minder sterk.

Bezien we de oostelijke begrenzing van het gebied, dan kunnen we stellen, dat de E9 hier, net als het spoorwegemplacement aan de andere zijde, een ruimtelijke barrière vormt. De barrièrewerking van de E9 is overigens geringer dan die van het spoorwegemplacement.

De Scharnerweg vormt hier de belangrijkste oversteek, terwijl de koppelingen ter plaatse van de Prof. Quixstraat, de Prof. Cobbenhagenstraat, Frankenstraat en Prinsenlaan op het tweede plan staan.

Ruimtelijk bezien wordt de barrièrewerking van de E9 nog versterkt door de hoogbouw langs de Pres. Rooseveltlaan en de Nassaulaan en de ruimtewerking, die uitgaat van het Konings- en Oranjeplein.

 

Van een ruimtelijk verband tussen Wyckerpoort en Ooster­maas/Scharn is dan ook nauwelijks sprake, hoewel beide wijken daar, door hun ligging en structuur, goede aanknopingspunten voor bieden.

Vanuit dit oogpunt bezien, is een ondertunneling van de E9 een zeer positief te waarderen ingreep, waardoor de integratie/koppeling van de woonwijken zou worden bevorderd.

 

3. 2. 3. Stedebouwkundige karakteristiek van Wyckerpoort

 

Inleiding

 

Wyckerpoort is, zoals hiervoor omschreven, in een gelijkmatig gespreid bouwproces van ruim een eeuw tot stand gekomen. Een proces dat tot de dag van vandaag doorloopt.

Als zodanig verenigt het alle kenmerken van deze bouwge­schiedenis in zich niet alleen op architectonisch, maar ook op stedebouwkundig vlak. Naast lintbebouwing uit de 19e eeuw en verschillende typen volkswoningbouw uit de jaren 1900 -1940 treft men in de wijk ook karakteristieke flatbouw van de jaren 1950 en 1960 aan; dit alles in een sterk gevarieerde stedebouwkundige opzet.

Daarnaast kenmerkt Wyckerpoort zich ook door een gevarieerde functiestructuur met bedrijfsbebouwing in het noorden en zuiden en kantoor-/school-/winkel- en woonfuncties in het middengebied.

Alles bijeen levert dit een ruimtelijk sterk gevarieerd beeld op.

Enerzijds geeft dit aanleiding tot een duidelijke identiteit en een zekere herkenbaarheid van de schillende onderdelen van Wyckerpoort, anderzijds leidt dit tot een rommelig en ruimtelijk versnipperd beeld, zeker voor de niet-bewoner.

Gezien de opmerkingen uit de inspraakronde, wordt dit punt echter niet zozeer als probleem ervaren. De positieve werking die van deze stedebouwkundige kenmerken uitgaat, wordt in sommige gevallen hoger gewaardeerd dan de negatieve: men spreekt over gezelligheid en privacy.

Vanuit deze achtergrond en vanuit het feit dat ingrijpende structuurveranderingen niet tot de mogelijkheden behoren, zal in het verdere verloop van dit hoofdstuk steeds uitgegaan worden van de bestaande stedebouwkundige hoofdstructuur.

Het hiernavolgende onderzoek zal zich met name richten op de karakteristiek van deze structuur.

 

Onderzoek en werkwijze

 

De stedebouwkundige karakteristiek van Wyckerpoort wordt bepaald door een aantal ruimtelijke elementen, die met elkaar de stedebouwkundige opbouw en situatie vormen.

In het kader van het voorliggende plan zijn de belangrijkste van deze ruimtelijke elementen geïnventariseerd en is gezocht naar die kenmerken, die de stedebouwkundige karakteristiek in sterke mate positief of negatief bepalen.

De ruimtelijke elementen zijn onderzocht, waarbij vooral gelet is op de onderlinge samenhang van de kenmerken en niet op de gedetailleerde waarneming per kenmerk.

 

A.     De volgende aspecten zijn onderscheiden:

-        structuurbepalende ruimten;

-        karakter van open ruimten;

-        ruimtevormend groen;

-        waardering van de open ruimten;

-        wandkwaliteit;

-        schaalverschillen;

-        bijzondere elementen + zichtlijnen.

 

De resultaten van dit onderzoek zijn op de kaarten 7 tot en met 13 weergegeven. Op de gevolgde methodiek wordt hieronder kort ingegaan, waarna de belangrijkste ruimtelijke knelpunten per deelgebied worden geresumeerd.

 

-        Structuurbepalende ruimten (kaart 7)

 

Op kaart 7 zijn de belangrijkste ruimten weergegeven, die de structuur van Wyckerpoort mede bepalen. Onder structuurbepalende ruimten worden verstaan de wanden en de open ruimten die in combinatie met elkaar karakteristiek zijn voor het gebied. De inrichting en het voorkomen van deze ruimten bepalen dan ook meer dan andere ruimten, de karakteristiek van Wyckerpoort. Bij een eventuele verandering of herinrichting van open ruimten zijn het juist deze ruimten waar extra aandacht aan geschonken zou dienen te worden.

 

-        Karakter van open ruimten (kaart 8)

Op kaart 8 is een onderscheid gemaakt in de verschillende typen open ruimten:

 

-       Ruimten met boulevardkarakter:

          breed tot zeer breed profiel;

          duidelijke verkeersfunctie;

          weinig groen;

          voorbeeld: Rooseveltlaan, Meerssenerweg-Noord.

 

-       Ruimten met laankarakter:

      breed profiel;

      woon/verkeersfunctie;

         duidelijk groen karakter;

         voorbeeld: Noormannensingel, Prof. P. Willemsstraat.

 

-       Ruimte met straatkarakter:

      smal profiel;

      woonfunctie;

         steenachtig karakter;

      voorbeeld: Prof. Scholsstraat, Gen. Hodgesstraat.

 

-       Ruimte met pleinkarakter:

         zeer breed profiel in lengte en breedte;

         woon/verkeersfunctie;

         groenkarakter;

         voorbeeld: Koningsplein, Old Hickoryplein.

 

In een aparte categorie zijn de onbepaalde ruimten opgenomen die geen duidelijk voorkomen hebben en als zodanig ook niet bijdragen tot het totaalbeeld van Wyckerpoort. Dit zijn tevens de ruimten die voor herinrichting in aanmerking komen.

 

-        Ruimtevormend groen (kaart 9)

 

In deze categorie zijn die groenelementen opgenomen die een rol spelen in de begrenzing en de bepaling van de karakteristiek van de verschillende ruimten van Wyckerpoort.

Het gaat hierbij vooral om wat grotere groenelementen zoals boomgroepen en laanbeplantingen.

 

-        Waardering van de open ruimten (kaart 10)

 

Hierbij is een globale beoordeling gegeven van de inrichting van open ruimten.

Enerzijds is gelet op de inrichting in relatie tot de functie, anderzijds is bezien op welke manier en in welke mate de inrichting de belevingswaarde van de open ruimte beïnvloedt. Laag gewaardeerd zijn over het algemeen die ruimten waarvan de inrichting:

 

1.     slecht aansluit op het huidige gebruik dat van die ruimten gemaakt wordt;

2.     De belevingswaarde van die ruimten in negatieve zin beïnvloedt.

 

Hoog gewaardeerd zijn die ruimten waarbij het tegenover­gestelde het geval is.

 

-        Wandkwaliteit (kaart 11)

 

In deze beoordeling is de bebouwing bezien in zijn hoedanigheid van ruimtebegrenzend element. De panden zijn niet individueel op hun wandkwaliteit beoordeeld. De nadruk ligt op de bijdrage van de afzonderlijke wanden tot het totaalbeeld van een straat- of pleinwand. Daar waar de wanden een verstoring vormden van dit beeld, is gekozen voor een negatieve beoordeling en in het omgekeerde geval voor een positieve beoordeling. Neutrale wanden zijn opgenomen in een aparte categorie "indifferente wanden".

 

-        Schaalverschillen (kaart 12)

 

Wyckerpoort is opgebouwd uit bebouwingselementen met een sterk gevarieerde grootte. Voor het merendeel zijn het, al of niet gesloten bouwblokken, opgebouwd uit woonpanden met een overwegend kleine schaal.

Deze kleinschalige elementen worden afgewisseld door elementen van een groter formaat, waardoor in structureel opzicht vaak een harmonisch geheel ontstaat. Deze harmonie wordt op een aantal plaatsen onderbroken door grofschalige gebouwen, die een aantasting betekenen van het totaalbeeld en als zodanig negatief te beoordelen zijn.

 

-        Bijzondere elementen en zichtlijnen (kaart 13)

 

In deze laatste categorie zijn die bebouwingselementen opgenomen, die door hun ligging, vorm of speciale betekenis een bijzondere functie hebben in de bepaling van de karakteristiek van Wyckerpoort.

Ook hier is een onderscheid gemaakt in positief en negatief werkende elementen, terwijl de eerste categorie een duidelijk positieve bijdrage levert aan het totaal beeld van de buurt, wordt het beeld door de tweede categorie meer negatief beïnvloed. Tevens zijn de belangrijkste zichtlijnen en invloedsgebieden op tekening opgenomen, van waaruit deze bebouwing waarneembaar is.

 

Knelpunten stedebouwkundige structuur (kaart 14)

 

De knelpunten die uit de inventarisatie van de stedebouw­kundige structuur voortvloeien, worden per deelgebied aangegeven.

De deelgebieden (zie kaart 14) zijn zo gekozen dat ze een gebied omvatten met een samenhangende karakteristiek. De karakteristiek per deelgebied bepaalt dan ook of iets als knelpunt wordt beschouwd. Afhankelijk van de karakteristiek kan iets in het ene gebied een knelpunt zijn, maar hoeft in het andere gebied niet als zodanig te gelden.

 

Gebied 1

 

Omvat merendeels het terrein van de Mosa. Het gebied is niet openbaar toegankelijk en manifesteert zich alleen duidelijk vanaf de openbare weg. In dit kader is dan ook alleen de sterk monotone wandwerking aan de zijde van de Meerssenerweg als knelpunt te beschouwen.

In combinatie met de brokkelige wandwerking aan de oostzijde, de gebrekkige straatdetaillering en            het weinige ongestructureerde groen, levert dit gedeelte van de
Meerssenerweg een ruimtelijk onaantrekkelijk beeld op.

 

Gebied 2

 

Binnen dit gebied zijn de volgende belangrijkste knelpunten te noemen:

 

-        de ruimtelijke situatie rond de Prof. Moserstraat - Prof. Mullerstraat met de storende wand van het kleinere Mosacomplex. De gebrokkelde straatwand aan de Meerssenerweg tussen de Prof. Moserstraat en de Prof. Pasmansstraat. De ruimtebegrenzing langs de Prof. Mullerstraat is, in samenhang met het aangrenzende achtergebied, ter hoogte van de Prof. Italiestraat onduidelijk;

-        de inrichting en detaillering van de volgende gebieden:

-        het parkeerterrein aan de Prof. Pasmansstraat;

-        het openbare groen langs de Gen. Eisenhowerstraat is zonder indeling en omvat geen opgaande elementen;

-        langs de Kol. Millerstraat (noordelijk gedeelte) is de parkeerruimte sterk gespreid en de inrichting van het openbaar groen gebrekkig;

-        de openbare ruimte rond de Johnson, Lockett- en Hobbstraat is voorzien van weinig groen en wordt door de auto bepaald. De inrichting van de achtertuinen en de dissonerende situering van de drie bouwblokken dragen hier in negatieve zin bij tot een over-gevarieerd, stenig totaalbeeld;

-        de overige woonstraten in dit gebied leveren een soortgelijk beeld op, waarbij de beschikbare openbare ruimte vooral ingericht is ten behoeve van het gemoto­riseerd verkeer. Door de geringe straatbreedtes blijft er weinig ruimte over voor andere functies en groen;

-        de Pres. Rooseveltlaan vormt een apart knelpunt. Door de sterke wandwerking van de flats tot de Prof. Cobbenhagenstraat, zonder duidelijke geleding en een inrichting die geheel is afgestemd op de verkeersfunctie, heeft deze laan een sterk "goot"-karakter gekregen, waardoor ruimtelijk een onaantrekkelijk uiterlijk ontstaat. Zonder of met minder verkeer heeft de laan ons inziens de mogelijkheden om zich middels een goede groendetaillering te ontwikkelen tot een prettige ruimte.

 

Gebied 3

 

Als belangrijkste knelpunten binnen dit gebied kunnen genoemd worden:

 

-        Meerssenerweg

De straatruimte vervloeit bij dit gedeelte van de weg met het spoorwegemplacement, waardoor een grofschalige ongestructureerde ruimte ontstaat. De weg zelf is zwak en onduidelijk ingedeeld, waarbij vooral oplossingen ten behoeve van ventweg en fiets opvallen;

 

-        St. Maartenscollege

De restanten van het Thorbeckeplantsoen vormen hier samen met de villa Wyckerveld en het St. Maartenscollege een onduidelijk stedebouwkundig geheel, sterk in contrast met de omringende woonbuurten, die zich kenmerken door een strak gesloten blokbebouwing.

Voor al de woonstraten in het noordelijk gedeelte van dit gebied is eenzelfde constatering te maken als voor gebied 2. De inrichting is sterk autogericht, waarbij andere functies in het gedrang zijn gekomen.

 

Gebied 4

 

Dit gebied typeert zich door een geheel andere karakteristiek dan de overige gebieden. Terwijl vooral de gebieden 2 en 3 zich onderscheiden door een blokopbouw waarbij de openbare ruimten gevormd worden door straatwanden, is in dit gebied sprake van een min of meer continu doorlopende ruimte, waarin betrekkelijk los een aantal grofschalige elementen zijn opgenomen.

Rond het Koningsplein en Oranjeplein leidt dit tot een duidelijk herkenbare ruimte, waarin vooral de westelijke wanden een beeldbepalende rol spelen.

Het benzinestation wordt hier als storend element ervaren. In het noordelijk gedeelte van dit gebied is duidelijk sprake van een stedebouwkundig probleem. De ruimte wordt gedomineerd door het P.T.T.-kantoor, dat door omvang, vormgeving en materiaalgebruik sterk afsteekt tegen de omgeving.

De tussenruimten, zoals de directe parkeeromgeving van het P.T.T.-kantoor en het sportveld van het St. Maartenscollege dragen niet, of nauwelijks bij tot een positieve beïnvloeding van het ruimtelijke beeld. Vooral het sportveld met zijn sterk scheidende randbeplanting werkt negatief.

De Scharnerweg valt in dit verband op door zijn verkeers­karakter en het ontbreken van groen.

 

Gebied 5

 

In dit gebied zijn als knelpunten te noemen:

 

-        het bouwblok van de Koepelkerk.

Terwijl aan de zijde van de Scharnerweg sprake van een gesloten wand, zijn de wanden langs Prinsesselaan en Heerderweg sterk verbrokkeld, waardoor vanaf het openbaar gebied een doorkijk ontstaat op het visueel onaantrekkelijke binnenterrein;

-        de Heerderweg.

In zijn huidige voorkomen heeft de Heerderweg nog het karakter van een afgeknotte, vroeger belangrijke uitvalsweg:

-        het profiel is te ruim in verhouding tot het gebruik dat ervan gemaakt wordt. Overheersend zijn de verkeersoplossingen, maar ook de laatste herinrichting om de verkeerssnelheid terug te brengen, hebben niet bijgedragen tot een evenwichtig straatbeeld;

-        aan de zuidzijde van de weg ontbreekt over grote afstand een duidelijke begrenzing aan de kant van het Dotremontterrein en de spoorlijn;

-        de beëindiging van de E9 is abrupt en zonder ruimte­lijke begeleiding. Visueel loopt de weg achter de E9 nog door in de Akersteenweg, terwijl er functioneel geen enkele relatie meer bestaat.

 

Gebied 6

 

Dit gebied draagt een typerend bedrijfsterreinkarakter, waarbinnen de volgende punten opvallen:

-        het braakliggende Dotremontterrein;

-        het zelfs voor een bedrijfsterrein toch wel zwaar verbrokkeld profiel van de Heerderdwarsstraat.

 

3. 3. Verkeersstructuur

 

3. 3. 1. Gemotoriseerd verkeer

 

In het Verkeerscirculatieplan en het Structuurplan 1975 wordt de hoofdverkeersstructuur van Maastricht beschreven (kaart 15).

Op de oostelijke Maasoever heeft het interlokale verkeer de beschikking over de E9. Daarnaast zijn wegen van een eerste of tweede orde onderscheiden, al naar gelang de zwaarte van hun stedelijke ontsluitingsfunctie.

De noordtangent met de toekomstige Noorderbrug en de zuidtangent met de Kennedybrug behoren tot de eerste orde. Deze wegen hebben een hoofdontsluitingsfunctie in het oostelijk stadsdeel.

De Scharnerweg en de Heugemerweg zijn wegen van de tweede orde en hebben een wijkontsluitingsfunctie. Door de ingesloten ligging tussen spoorlijn en E9, kent Wyckerpoort slechts een beperkt aantal aanhaakpunten op deze stedelijke hoofdstructuur. Als belangrijkste zijn te noemen: de Viaductweg/Scharnerweg/spoorwegovergangen/Duitse Poort, Ariënsstraat en de Kennedysingel/E9.

Daarnaast is de buurt direct vanaf de E9 bereikbaar via een afrit, die uitkomt op de westelijke ventweg van de Pres. Rooseveltlaan.

 

Binnen Wyckerpoort zijn deze aanhaakpunten onderling verbonden door de Meerssenerweg en Heerderweg/Heerder­dwarsstraat of St. Gerardusweg en Noormannensingel.

Deze wegen vervullen de functie van buurtontsluitingswegen, waarbij hun koppeling met de Scharnerweg als wijkontslui­tingsweg onvolledig is (verbinding Meerssenerweg - Schar­nerweg richting stad ontbreekt bijvoorbeeld).

Naast een buurtontsluitingsfunctie hebben de Meerssenerweg en de Heerderweg/St. Gerardusweg een zekere doorgaande functie, doordat zij een directe verbinding vormen tussen de eerdergenoemde stadstangenten, de Viaductweg en de Kennedysingel.

Daarbij speelt de St. Gerardusweg nog een rol als kort­sluiting tussen de spoorwegovergang DuitsePoort en die van de Ariënsstraat.

De doorgaande functie van met name de Meerssenerweg kan in de toekomst nog verder toenemen als een directere koppeling tussen de Heugemerweg en de spoorwegovergang Duitse Poort tot stand komt.

Het feit dat de Noormannensingel als buurtontsluitingsweg fungeert, komt doordat:

 

1.      de Meerssenerweg, zoals gezegd, geen directe verbinding heeft met de Scharnertunnel richting stad en de Noormannensingel dat wel heeft;

2.      de ontsluitingsstructuur van Oostermaas-Noord zodanig is dat het centrumgericht verkeer vanuit de buurt eerder geneigd is gebruik te maken van de Voltastraat - Prof. Cobbenhagenstraat - Noormannensingel dan van een route via de Schaepmansstraat/Koning Clovisstraat en Scharnerweg.

 

De overige straten van Wyckerpoort zijn van een lager c.q. woonstraat niveau, hoewel de Prof. Cobbenhagenstraat, de Prinsessestraat en de Prof. Nijpelsstraat nog een zekere ontsluitingsfunctie vervullen.

Bijzondere verkeersmaatregelen in de vorm van éénrichtings­verkeer, treffen we tenslotte in Wyckerpoort aan in het noordelijk plandeel en de St. Gerardusweg. Dit in verband met de geringe profielbreedtes.

De verkeersbelasting op het hiervoren omschreven wegensysteem is weergegeven op kaart 16 in motorvoertuigen per etmaal. De hoge verkeersintensiteiten op de buurtontsluitingswegen en de E9 komen hierin duidelijk tot uitdrukking.

 

Knelpunten met betrekking tot het gemotoriseerd verkeer

 

-        Door de ligging van de Rijksweg, de E9, binnen de bebouwde kom, gecombineerd met een bebouwing direct langs de weg, ondervinden de bewoners daar lawaai- en stankoverlast.

 

-        De indruk bestaat dat de uitrit van de E9, uitkomend op de ventweg van de Pres. Rooseveltlaan sluipverkeer door het woongebied van Wyckerpoort tot gevolg heeft.

 

-        De Meerssenerweg vervult naast zijn functie als buurt­ontsluitingweg een functie voor het doorgaand verkeer met als gevolg een hogere verkeersintensiteit dan absoluut noodzakelijk. Door het grove profiel van deze weg wordt er met hoge snelheden gereden.

 

-        De smalle St. Gerardusweg vervult een functie voor het doorgaand verkeer vanaf de Meerssenerweg naar de E9 en naar Akerpoort.

 

-        Ondanks de herprofilering van de Heerderweg wordt hier nog met hoge snelheden gereden. Voor een woonstraat heeft de Heerderweg veel verkeer, met name vrachtverkeer van en naar het bedrijfsterrein.

 

-        De koppeling tussen de Meerssenerweg en de Scharnerweg verloopt via de ventwegen. De combinatie tussen fiets - snelverkeer en parkeren leidt tot gevaarlijke verkeerssituaties (met name door het weven van gemoto­riseerd en fietsverkeer op de zuidelijke ventweg).

 

-        Door de onvolledige verbinding tussen de Meerssenerweg en Scharnerweg vervult de Noormannensingel een ontsluitingsfunctie voor Wyckerpoort, hetgeen een extra verkeerbelasting van deze singel veroorzaakt. Vanwege de lange rechtstand van de singel worden hoge rijsnelheden ontwikkeld.

 

-        Doordat ook het verkeer vanuit Oostermaas ten dele afgewikkeld wordt via de Noormannensingel, ontstaat er een gevaarlijk kruispunt, waar deze singel samenkomt met de Prof. Cobbenhagenstraat, Prof. Nijpelsstraat en Prof. Mullerstraat.

 

-        De indruk bestaat, vooral verwoord in de inspraak, dat sluipverkeer gebruik maakt van de dwarsstraten tussen de Noormannensingel/Prof. Mullerstraat en de Meerssenerweg (vooral in de Professorenbuurt).

 

-        De afslagen vanaf de Meerssenerweg naar de woonstraten in Wyckerpoort leiden tot gevaarlijke situaties, met name voor het verkeer vanuit de noordelijke richting.

 

-        Het eenrichtingsverkeer brengt veel extra verkeersbe­wegingen met zich mee, vooral in het noordelijk deel van Wyckerpoort.

 

3. 3. 2. Voetgangers- en fietsverkeer

 

Voor de voetgangers en fietsers zijn, buiten de normale voorzieningen, geen aparte paden of stroken langs de wegen gereserveerd.

 

De oost-westverbinding tussen Wyckerpoort en de buurten aan de andere zijde van de spoorlijn (onder andere de binnenstad, het centrum), is zwak.

 

Over het spoor zijn slechts twee verbindingen: de Schar­nertunnel en de overweg bij de Duitse Poort.

 

De verbinding met de oostelijke stadsdelen is redelijk. Over de E9 zijn voor het langzaam verkeer 5 oversteekpunten opgenomen.

 

Volgens het Fietsverkeersplan en de reacties van de bewoners die gedurende de inspraak naar voren zijn gebracht, dienen de centrumgerichte fietsroutes binnen Wyckerpoort als volgt te verlopen (kaart 17):

 

route 9:     langs de Meerssenerweg;

route 10:   Frankenstraat, Koningsplein, Scharnertunnel;

route 11:   Adelbert van Scharnlaan, Oranjeplein, Schar­nertunnel.

 

Specifieke schoolroutes komen in de buurt niet voor.

 

Knelpunten met betrekking tot het langzaam verkeer

 

-        De ontsluitingsmogelijkheden van het gebied ten aanzien van het voetgangers- en fietsverkeer zijn zeer beperkt; vooral de voetgangersrelaties naar de binnenstad zijn gebrekkig.

 

-        Langs de Scharnerweg moet de fietser gebruik maken van de ventwegen. Doordat de ventwegen intensief gebruikt worden (gemotoriseerd verkeer, parkeren, laden en lossen), leidt dit tot gevaarlijke verkeerssituaties, mede door het weven van gemotoriseerd en fietsverkeer.

 

-        Het ontbreken van aparte fietspaden of -stroken op de Meerssenerweg en de Heerderweg is een urgent knelpunt, gezien de hoge verkeersintensiteit en rijsnelheden.

 

-        De onduidelijke en onverwachte overgangen tussen de ventwegen en de rijbaan van de Meerssenerweg leiden tot gevaarlijke verkeerssituaties.

 

-        Het slingeren van de rijbaan van de Heerderweg ter vermindering van de rijsnelheid van het gemotoriseerd verkeer kan, zoals waarneming ter plaatse leert, voor het fietsverkeer een verhoogd risico opleveren.

 

-        De genoemde hoofdfietsroutes hebben binnen Wyckerpoort nog geen vorm gekregen, waarbij de Scharnertunnel en de overweg Duitse Poort als verzamelroutes voor het oostelijke stadsdeel duidelijk verbetering behoeven.

 

-        Een aantal oversteekpunten zijn onveilig. Dat geldt met name voor:

 

         het kruispunt Prof. Cobbenhagenstraat-Noormannensingel;

         de oversteek Noormannensingel-Scharnerweg;

         de oversteek Scharnerweg-E9;

         de oversteek Meerssenerweg naar enkele woonstraten in Wyckerpoort.

 

3. 3. 3. Parkeren

 

In het kader van het voorliggend plan is een parkeeronderzoek gehouden.

Hiertoe zijn 's-middags (14.00 - 16.00 uur), 's-avonds (19.30 - 21.30 uur) en 's-nachts (23.00 - 02.00 uur) de in Wyckerpoort geparkeerde auto's geregistreerd. Daarnaast is de beschikbare parkeerruimte op zowel openbaar als privégebied opgenomen. Aan de hand van beide gegevens zijn berekend:

 

a.      de bezettingsgraad van de parkeerplaatsen verdeeld over de dag;

b.      de verhouding tussen het aantal woningen en het aantal parkeerplaatsen per straat.

 

In deze berekening is de reëel beschikbare parkeercapaciteit gesteld op 80% van de theoretisch aanwezige parkeerruimte. Dit in verband het normaal optredend te ruim of verkeerd parkeren, waardoor meer ruimte in beslag wordt genomen, dan strikt noodzakelijk is.

 

In het onderzoek wordt verder niet ingegaan op het parkeren rond het Prof. Henketplein, daar tijdens de tellingen een aantal woningen leeg stonden in verband met reno­vatiewerkzaamheden.

De resultaten van dit onderzoek zijn in bijlage 1 opgenomen. De belangrijkste conclusies zijn hieronder vermeld.

 

Over het algemeen kan gesteld worden, dat de parkeervoor­zieningen achtergebleven zijn bij de ontwikkeling van het overige ruimtegebruik. Ten aanzien van het woonparkeren is het volgende te constateren:

 

a.      bij vergelijking van de parkeercapaciteit in het woongebied met het aantal geparkeerde auto's (bezet­tingsgraad 's-nachts) valt op, dat in een aantal straten de aanwezige capaciteit al volledig benut wordt door de bewoners. Er is sprake van een duidelijk parkeerprobleem op de volgende punten (zie ook kaart 18):

Scharnerweg, Prof. Pieter Willemsstraat en het Konings­plein;

b.      bij vergelijking van de parkeercapaciteit met het aantal per straat aanwezige woningen valt op, dat een acceptabele parkeernorm van 1,2 parkeerplaats per woning slechts hier en daar wordt gehaald (kaart 19).

Wanneer in de toekomst het autobezit verder toeneemt zullen op die plaatsen waar de norm niet gehaald wordt, zeker parkeerproblemen ontstaan. Als probleempunt kunnen genoemd worden:

 

1.      Kolonel Johnsonstraat, Overste Lockettstraat, Generaal Hobbstraat, Generaal Hodgesstraat;

2.      de Meerssenerweg-Noord;

3.      het Koningsplein, Oranjeplein en Scharnerweg.

 

Ten aanzien van het parkeren voor de kantoren, bedrijven, scholen en andere verkeersaantrekkende functies kan, door vergelijking van de bezettingsgraad tijdens en buiten werkuren, geconstateerd worden, dat de grote bedrijven en scholen een extra parkeerbelasting veroorzaken binnen het woongebied.

 

Als specifieke probleempunten kunnen hier genoemd worden (zie ook kaart 20):

 

-        De omgeving van de Mosa. Door werknemers van vooral dit bedrijf wordt langs de Meerssenerweg en het direct aangrenzend woongebied zo geparkeerd, dat dit aanleiding geeft tot overlast.

 

-        Het noordelijk gedeelte van de Heerderweg en de Prinsesselaan. Ook hier is sprake van parkeeroverlast ter hoogte van de daar aanwezige bedrijven.

 

-        De directe omgeving van het St. Maartenscollege. In het bijzonder langs de Noormannensingel wordt overgeparkeerd, waardoor direct omwonenden overlast ondervinden.

 

-        De omgeving van het P.T.T.-kantoor. In principe wordt een belangrijk gedeelte van het parkeren ten behoeve van dit kantoor opgevangen op het eigen parkeerterrein (185 parkeerplaatsen). Het overige parkeren ten behoeve van dit kantoor vindt plaats in de woonbuurt, wat gezien de opmerkingen uit de inspraak, op een aantal plaatsen aanleiding geeft tot overlast.

 

-        Het zuidelijk gedeelte van de Scharnerweg. Voor de hier aanwezige winkels en bedrijven wordt frequent op plaatse geparkeerd waar dat niet is toegestaan.

 

-        De omgeving van het Koningsplein. Dit door de verkeers­aantrekkende werking van het A.N.W.B.-kantoor (vooral in de zomermaanden) en de overige kantoren en praktijken.

 

-        De Prof. Pieter Willemsstraat ten gevolge van de school, vooral in de avonduren.

 

-        Omgeving van de Prof. Kernstraat. Uit de inspraak kwam naar voren, dat op sommige momenten het bezoek aan de gymzaal zorgt voor parkeerproblemen.

 

Daarnaast komen in algemene zin nog een aantal situaties voor, die meer als kwalitatieve problemen kunnen worden aangemerkt, zoals:

 

-        het parkeren op de brede stoepen rond het Old Hickory­plein;

-        het ongeregeld parkeren voor de winkels langs de Meerssenerweg (nr. 275-287);

-        de slechte parkeermogelijkheden langs het noordelijk gedeelte van de Meerssenerweg.


 

3. 3. 4. Openbaar vervoer (kaart 21)

 

Door Wyckerpoort volgt de stadsbus een route, waardoor deze buurt verbonden wordt met Nazareth en met het station en de binnenstad.

Via de bushalte aan het Koningsplein is Wyckerpoort verbonden met de doorgaande busroutes langs de Scharnerweg naar Oostermaas, Amby, Scharn en Heer. Het grootste deel van het woongebied is gelegen binnen een loopafstand van 400m tot de bushaltes.

 

Vanaf het station en Scharnerweg rijdt de bus via de Prinsesselaan, de Heerderweg, Meerssenerweg, Prof. Nijpels­straat, Prof. Kernstraat en Gen. Simpsonstraat over de Meerssenerweg naar Nazareth. Vanaf Nazareth loopt de busroute via de Prof. Pasmanstraat, Prof. Mullerstraat, Noormannensingel, Scharnerweg naar het station. Voor een soepel verloop van deze route worden de bochten tussen de Prof. Pasmanstraat, Old Hickoryplein en Prof. Mullerstraat als nadelig ervaren.

Een tweede nadeel van de huidige busroute is dat de Gen. Simpsonstraat te smal is voor een busroute in twee richtingen. Dit heeft ertoe geleid dat er na een uitvoerige inspraakprocedure over drie mogelijke varianten met betrekking tot een alternatieve busroute tussen het Old Hickoryplein en de Noormannensingel gekozen is voor variant 1.

Op basis van de tegen deze variant ingediende bezwaren, is bij de vaststelling van het bestemmingsplan gekozen voor een gewijzigde variant 1.

 

Deze variant houdt in dat de zuid-noordroute van de bus verloopt via de Prof. Kernstraat; de noord-zuidroute via de Prof. Mullerstraat.

Bij dit voorstel kan de bus zoveel mogelijk volgens de huidige route rijden. Om eventuele problemen bij evenementen in de kerk te voorkomen, moet er een voorrijstrook (langsparkeren) voor de kerk aangelegd worden tussen de Prof. Kernstraat en de Prof. Mullerstraat. Voor het op te stellen concept bestemmingsplan zal deze variant als randvoorwaarde dienen te gelden. Wel moet daarbij worden aangetekent dat deze keuze een aantal nadelige gevolgen met zich meebrengt:

-        de Prof. Mullerstraat kan niet meer als woonerf worden ingericht;

-        de scholen aan de Prof. Mullerstraat vragen om een verkeersveilige route;

-        een groter gedeelte van het woongebied wordt doorsneden door busroutes.

 

3. 4. Functionele structuur

 

3. 4. 1. Bevolking en wonen

 

Bevolkingsontwikkeling

 

Per 1 januari 1981 telt Wyckerpoort 3.856 inwoners. Vergeleken met 1 januari 1971 is de bevolking van Wyckerpoort met 14% gedaald, terwijl de bevolking van geheel Maastricht met 2,5% is toegenomen.

In de volgende grafiek is de leeftijdsopbouw van Wyckerpoort op basis van de volkstellingsgegeven 1971 en per 1 januari 1981 weergegeven.

Ter vergelijking is ook de leeftijdsopbouw van Maastricht voor diezelfde data weergegeven.



 

In Wyckerpoort is gedurende de afgelopen periode van 10 jaar het aantal kinderen (tot 15 jaar) in absolute zin afgenomen met 45%, terwijl voor geheel Maastricht een afname is te constateren van 30%. Was is 1971 het aandeel kinderen van het totaal aantal bewoners van Wyckerpoort nog bijna 20%, momenteel is het aandeel kinderen 13%. Voor Maastricht als geheel geldt respectievelijk 26% en 18%.

Ondanks de geringe absolute toename van het aantal ouderen (bewoners van 60 jaar en ouder) gedurende de afgelopen 10 jaar, namelijk 5%, is het relatieve aandeel van ouderen op het totaal aantal inwoners van Wyckerpoort hoog. Momenteel is ruim een kwart (27%) van de bewoners 60 jaar of ouder tegen 18% in geheel Maastricht.

Het aandeel van ouderen in Wyckerpoort is sinds 1971, vergeleken met Maastricht als geheel, in iets sterkere mate toegenomen (in 1971 was het aandeel van ouderen in Maastricht 15% en in Wyckerpoort 22%).

In de concept-structuurschets Wyckerpoort (1977) wordt gesproken over een toenemende vergrijzing, hetgeen ook blijkt uit de vorenstaande gegevens. Daarbij dient opgemerkt te worden dat de vergrijzing mede veroorzaakt wordt door het wegtrekken van de jongere bevolking (gezinnen met kinderen). Tevens is dit een niet specifiek aan Wyckerpoort toe te schrijven probleem, maar geldt ook voor Maastricht als geheel.

 

Woningbestand

 

Uit de woningkartotheek van het bureau huisvesting van de gemeente Maastricht zijn gegevens verzameld met betrekking tot de woningen en de bewoning ervan.

De opname dateert van februari 1981.


Woningtype en woninggrootte per deelgebied

 

 

Deelgebied

Totaal

 

1

2

3

Abs.

%

eengezinswoning

 

 

 

 

 

3 kamers

105

25

50

180

 

4 kamers

139

384

172

695

 

Totaal

244

409

222

875

51%

flat 3-4 bouwlagen

 

 

 

 

 

3 kamers

59

 

89

148

 

4 kamers

328

63

 

391

 

totaal

387

63

89

539

32%

flat 5 of meer bouw‑

lagen

 

 

 

 

 

3 kamers

 

108

13

121

 

4 kamers

 

 

150

150

 

totaal

 

108

163

271

16%

bejaardenwoning

 

 

 

 

 

3 kamers

16

 

 

16

 

4 kamers

totaal

16

 

 

16

1%

overige won.type

 

 

 

 

 

3 kamers

 

 

1

1

 

4 kamers

 

 

 

-

 

onbekend

1

 

1

2

 

totaal

1

 

2

3

 

totaal-generaal

648

580

476

1704

100%

 

Bron: gemeente Maastricht, bureau huisvesting, opname februari 1981.


Ruim 50% van het totale woningbestand bestaat uit een­gezinswoningen. De overige woningen zijn hoofdzakelijk flats waarvan het merendeel niet meer dan 4 bouwlagen telt.

 

In het noordelijke deelgebied staan veel flats, die alle gerekend worden tot de middelhoogbouw. De overige woningen zijn eengezinswoningen. Bijna driekwart van de woningen bestaat uit 4 of meer kamers.

 

In het middengebied komen naast ééngezinswoningen relatief veel flats voor. Deze flats behoren alle tot het kleinere woningtype.

 

Ook in het zuidelijk deelgebied staan naast eengezinswoningen een groot aantal flats. Deze flats bestaan echter voor het overgrote deel uit 4 of meer kamers.

 

Van het totale woningbestand bestaat bijna driekwart uit grotere woningen, dat wil zeggen 4 of meer kamers.

 

Woningbestand naar bewoning

 

Op basis van de gegevens uit de woningkartotheek van het bureau huisvesting (opname februari 1981), is na te gaan door welke typen huishoudens de diverse woningen bewoond waren.

 

De bewoning van de woningen in Wyckerpoort is in de navolgende tabel weergegeven.

 

 


Wyckerpoort TOTAAL

 

 

Eengezinswoningen

Flat 3/4 bouwlagen

 

 

2k

3k

4k

5k

6k

abs.

%

2k

3k

4k

5k

abs.

%

 

alleenstaand

13

17

46

24

12

112

22,3

35

33

129

51

218

43,4

 

2 pers.huish.

25

12

86

61

25

209

45,8

5

45

104

20

174

38,2

 

gezin

48

25

126

107

42

348

79,2

 

10

57

16

83

18,7

 

onvolledig gezin

4

4

25

17

5

55

59,8

 

4

20

1

25

27,2

 

alleenstaand + inwonende(n)

4

1

2

5

3

15

71,4

 

1

5

 

6

28,6

 

2 pers.huish. + inwonende(n)

2

 

6

4

2

14

66,7

 

2

1

2

5

23,8

 

gezin + inwonende(n)

3

5

15

13

5

41

89,1

 

1

3

 

4

8,7

 

onvolledig gezin + inwonende(n)

 

2

4

6

4

16

84,2

 

 

2

1

3

15,8

 

meerdere alleenstaanden in de woning

 

2

5

8

5

20

95,2

 

1

 

 

1

4,8

 

onbekend

10

3

15

14

3

45

52,3

2

9

5

4

20

23,3

 

Totaal     abs.

109

71

330

259

106

875

 

42

106

326

65

529

 

 

 

 

 

 

 

 

Flat 5 of meer bouwlagen

Bej. won.

Over. won. typ.

Totaal

 

2k

3k

4k

5k

abs.

%

3k

abs.

%

3k

onb.

abs.

%

abs.

%

alleenstaand

10

71

11

65

157

31,3

12

12

2,4

1

2

3

0,6

502

100

2 pers.huish.

 

7

6

56

69

15,1

4

4

0,9

 

 

 

 

456

100

gezin

 

 

 

9

9

2,0

 

 

 

 

 

 

 

440

100

onvolledig gezin

 

2

1

9

12

13,0

 

 

 

 

 

 

 

92

100

alleenstaand + inwonende(n)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

21

100

2 pers.huish. + inwonende(n)

 

 

 

2

2

9,5

 

 

 

 

 

 

 

21

100

gezin + inwonende(n)

 

 

 

1

1

2,2

 

 

 

 

 

 

 

46

100

onvolledig gezin + inwonende(n)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

19

100

meerdere alleenstaanden in de woning

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

21

100

onbekend

2

11

 

8

21

24,4

 

 

 

 

 

 

 

86

100

Totaal     abs.

12

91

18

150

271

 

16

16

 

1

2

3

 

1704

 

 

Bron: gemeente Maastricht, bureau huisvesting

Opname: februari 1981


 

 

Bijna de helft van de eengezinswoningen wordt bewoond door gezinnen.

Daarnaast wordt bijna een kwart ervan bewoond door 2-per­soonshuishoudens. Het merendeel van de flats wordt bewoond door alleenstaanden en 2-persoonshuishoudens. Indien de flats meer bouwlagen tellen, worden deze meer bewoond door alleenstaanden. Dit hangt deels samen met de woninggrootte.

De kleinere flatwoningen (met name in deelgebied 3), worden hoofdzakelijk bewoond door alleenstaanden, terwijl de grotere flatwoningen door zowel alleenstaanden als 2-persoonshuishoudens worden bewoond.

Verder blijkt er over het algemeen geen directe samenhang tussen woninggrootte en grootte van het huishouden. Het komt voor dat gezinnen kleinere woningen (3 of minder kamers) bewonen en alleenstaanden en 2-persoonshuishoudens in grotere woningen (4 of meer kamers) wonen.

Mogelijk zal de leeftijd van de bewoners hierbij een rol spelen. Het is algemeen bekend dat, indien mensen ouder worden en kinderen zelfstandig gaan wonen, men toch weinig geneigd is de oorspronkelijke woning te ruilen voor een kleinere woning.

Ook is het mogelijk dat er in de buurt te weinig alternatieve huisvestingsmogelijkheden aanwezig zijn, die aansluiten bij de woonwensen (ten aanzien van de huur, het woningtype en dergelijke), van de bewoners van Wyckerpoort.

Hoewel het merendeel van de onvolledige gezinnen in een ééngezinswoning woont, woont ook circa 40% in een flatwoning. Verder blijkt een deel van de woningen medebewoond te worden door inwonenden. Dit betreft voornamelijk eengezinswoningen.

 

Woningbestand naar bouwperiode (per deelgebied)

 

De woningbouw van deelgebied 1 dateert hoofdzakelijk uit de na-oorlogse periode. In deelgebied 2 komt veel vooroorlogse bouw voor. Het meest zuidelijk deel van Wyckerpoort is voornamelijk na de oorlog gebouwd, maar telt ook een aanzienlijk aantal vooroorlogse woningen. De volgende tabel geeft een overzicht.

 

 

Deelgebied

Totaal

 

1

abs.

%

2

abs.

%

3

abs.

%

abs.

%

vooroorlogse woningen

(gebouwd voor 1 januari 1946)

14

2

368

64

180

38

562

33

1946 - 1960

413

64

37

6

27

6

477

28

1960 - 1970

205

32

173

30

219

46

597

35

na 1970

16

2

1

-

50

10

67

4

onbekend

 

 

1

-

 

 

 

 

Totaal

648

100

580

100

476

100

1704

100


Stadsvernieuwing en nieuwbouw

 

In de nota Stadsvernieuwing (vastgesteld maart 1976) wordt een prioriteit gegeven aan verbetering van de woning en woonomgeving in Wyckerpoort. De stadsvernieuwing omvat naast instandhouding en renovatie (van 47 woningen) ook nieuwbouw. De nieuwbouw betreft voor een deel vervanging van reeds bestaande woningen (131 woningen worden gesloopt, waarvoor 136 woningen teruggebouwd worden); daarnaast worden 59 extra woningen gebouwd. Door toedoen van stadsvernieuwing zal de komende jaren het totaal aantal woningen met 64 toenemen.

In onderstaande tabel is het aantal woningen, dat in de stadsvernieuwing van Wyckerpoort betrokken is, verdeeld naar activiteit en woningtype.

 

 

Renovatie

Sloop

Nieuwbouw

 

 

 

Eengezins-

woningen

Apparte‑

menten

Meerssenerweg

33+

 

 

 

Prof. Moserstraat

14

 

 

 

Prof. Henketpleinn

 

131

88

48

Prof. Mullerstraat

 

 

8

 

Prof. Kernstraat

 

 

10

 

Prof. Cobbenhagenstraat

 

 

 

41

Totaal

47

131

106

89

 

+          inclusief 7 winkels

 

Het merendeel van de appartementen vormt een bebouwing met maximaal 4 bouwlagen, met uitzondering van die in de Prof. Cobbenhagenstraat, waar in 3 tot 5 bouwlagen gebouwd wordt. De appartementen zijn in hoofdzaak bestemd voor kleine huishoudens waarvan een deel als bejaardenwoning kan dienen.

Naast deze stadsvernieuwing bestaat het voornemen de woonfunctie van deelgebied 3 te versterken. Op het braak­liggende Dotremontterrein zal nieuwbouw gerealiseerd worden. Het uitgangspunt voor de woningbouw op dit terrein is een bebouwing bestaande uit 5 bouwlagen + kap met in totaal 200 woningen. Het programma voor het gebied rondom de Koepelkerk omvat naast kantoren eveneens woningbouw. Blijkens de nota Doelstellingen en functionele ontwikkelingsvarianten ten behoeve van het Structuurplan Binnenstad Maastricht is er in Maastricht met inachtname van de huidige plannen daaromtrent een overcapaciteit aan kantoorruimte. In het licht daarvan lijkt het niet verstandig ruimte van enige omvang ten behoeve van kantoren in Wyckerpoort te reserveren.


De komende jaren zal door het realiseren van nieuwbouw het woningbestand Wyckerpoort toenemen met 15 tot 20%.

Dit betekent, dat de woonfunctie in Wyckerpoort versterkt zal worden als gevolg van een groter woningaantal en als gevolg van een verhoging van de kwaliteit van zowel de woningen als de woonomgeving. Verbetering van de kwaliteit van de woonomgeving stelt tevens eisen aan de voorzieningenstructuur in Wyckerpoort. In de volgende delen van dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de diverse voorzieningen.

 

Knelpunten bevolking en wonen

 

In Wyckerpoort kan gesproken worden van een terugloop van de bevolking en een toenemende vergrijzing;

Er is geen onderlinge afstemming van woninggrootte en omvang van het huishouden.

 

3. 4. 2. Detailhandel (d.p.o.)

 

3. 4. 2. 1. Inleiding

 

Bij Koninklijk Besluit van 30 januari 1976 (stb. 27), is aan artikel 7 van het Besluit Ruimtelijke Ordening een lid 3 toegevoegd, inhoudende dat ten behoeve van de voorbereiding van een ontwerp voor een bestemmingsplan, indien in dit plangebied of de daaraan grenzende gebieden distributieve voorzieningen voorkomen, of in het

bestemmingsplan deze voorzieningen zullen worden opgenomen, een distributie-planologisch onderzoek (d.p.o.) moet plaatsvinden.

 

Om aan deze verplichting te kunnen voldoen is, in het kader van het opstellen van een concept-bestemmingsplan voor Wyckerpoort in overleg met de rijksconsulent voor handel, ambacht en diensten voor de provincie Limburg, gekozen voor een distributie-planologisch onderzoek van een eenvoudige en minder omvangrijke opzet.

Deze eenvoudige opzet komt ook overeen met de aanbeve­lingen van de commissie Hazelhoff, waarin wordt gesteld, dat in die gevallen waarin geen probleemsituaties te verwachten zijn, volstaan kan worden met een inventa­risatie van het aanwezige winkelareaal naar omvang, locatie, aard en samenstelling.

Deze opmerking geldt voor een bestemmingsplan met een distributie-apparaat met een hoofdzakelijk lokale verzorgingsfunctie als Wyckerpoort.

 

Voor een analyse van de detailhandelstructuur in Wyckerpoort is gebruik gemaakt van de door de gemeente Maastricht (in het kader van het d.p.o. Maastricht) verzamelde gegevens. Deze gegevens betreffen de branche, bedrijfs- en verkoopvloeroppervlakte [1], jaar van vestiging, aantal werkzame personen en adres van de winkels.

Deze inventarisatie is geactualiseerd en met behulp van een eenvoudige enquête aangevuld met gegevens betreffende de herkomst van de klanten, de toekomstplannen, leeftijd en de eventuele opvolging van de ondernemer.

 

Omvang van het winkelapparaat, onderscheiding naar branchegroepen en locatie (kaart 22)

 

Bij de beoordeling van het winkelapparaat in een plangebied gaat het niet enkel om de omvang, maar ook om de samenstelling. Dit vraagt een zekere onderscheiding naar branches.

 

Voor het winkelapparaat in Wyckerpoort is de volgende onderscheiding naar branches gehanteerd:

 

-        voedings- en genotmiddelen (food);

-        duurzame en overige goederen (non-food).

 

Tevens is een verdeling gemaakt naar locatie ervan, uitgaande dat er in Wyckerpoort sprake is van 2 te onderscheiden centra, namelijk het Old Hickoryplein en de Scharnerweg, die ieder een eigen achterland hebben.

 

 


Omvang en locatie van het winkelapparaat in Wyckerpoort

 

Locatie

Branche

m2  1)

v.v.o

m2  2)

b.v.o.

Aantal vestingen

Old Hickoryplein

food

81

206

3

en omgeving

non-food

327

426

6

Meerssenerweg

food

50

90

1

 

non-food

54

80

2

Verspreid (noord)

food

89

109

2

 

non-food

40

40

1

Scharnerweg

food

41

213

2

en omgeving

non-food

218

314

3

Verspreid (zuid)

food

217

35

1

Totaal

food

288

653

9

 

non-food

639

860

12

 

1) verkoopvloeroppervlakte, zie definitie pagina 32

2) bedrijfsvloeroppervlakte, zie definitie pagina 32

 

Samengevat:

 

 

m2

b.v.o.

m2

v.v.o.

Aantal ondernemingen

 

 

 

 

 

 

noord totaal

 

951

(63%)

 

641

(69%)

6

15

(71%)

food

405

 

 

220

 

 

9

 

 

non-food

546

 

 

421

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

zuid totaal

 

562

(37%)

 

286

(31%)

 

6

(39%)

food

248

 

 

68

 

 

3

 

 

non-food

314

 

 

218

 

 

3

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

totaal

 

1513

(100%)

 

927

(100%)

21

 

(100%)

 

In Wyckerpoort zijn in het noordelijk deel 15 en in het zuidelijk deel 6 winkels gevestigd. In het laatstgenoemde buurtdeel zijn tevens een doe 't zelf-zaak en een meubeltoonzaal gevestigd, die vanwege hun bijzondere karakter (grootschalig, niet buurtgebonden) apart beschouwd zullen worden.

 

In het noordelijk deel zijn twee winkelconcentraties, te weten het buurtcentrum Old Hickoryplein gecombineerd met enkele winkels in de Prof. Kernstraat en "de 7 winkels" aan de Meerssenerweg. Van deze winkels staan twee winkels leeg, één is nu in gebruik als kantoor. Daarnaast liggen verspreid aan de Meerssenerweg nog 3 winkels.


In het zuidelijk deel is een winkelconcentratie van geringe omvang gelegen aan de Scharnerweg. Aan de Heerderweg ligt nog een enkele winkel.

Aantal werkzame personen in de detailhandel

Het aantal werkzame personen in de detailhandel in Wyckerpoort bedraagt circa 47 personen, waarvan er 5, 15 uur of minder per week in de betreffende winkel werken. In dit overzicht zijn geen gegevens opgenomen omtrent de werkzame personen bij de meubeltoonzaal in het zuidelijke deelgebied.

 

Sector

Langer dan 15 uur per week

Minder dan 15 uur per week

food

15

1

non-food

27

4

Totaal

42

5

 

 

Welke ontwikkelingen op korte termijn te verwachten zijn van de huidige winkelvestigingen, is na te gaan aan de hand van de toekomstplannen, leeftijd en mogelijke opvoling van de ondernemers.

Leeftijd en de opvolging van de ondernemer van de huidige winkels

 

 

Leeftijd, opvolging en toekomstplannen van de ondernemers

 

 

Leeftijd

Opvolging

 

ja

nee

weet niet

totaal

 

 

 

 

 

20 - 35 jaar

1

5

1

7

35 - 50 jaar

2

1

3

6

50 jaar en ouder

1

4

1

6

onbekend

1

-

1

2

 

 

 

 

 

totaal

5

10

6

21

 

Het merendeel van de ondernemers heeft geen opvolger of hun opvolging is nog onzeker. Gezien de leeftijd van de ondernemers behoeft dit nog geen gevolgen te hebben voor het (niet-)voortbestaan van de winkels. Veeleer zijn de toekomstplannen van de ondernemers van belang.


 

Jaar van vestiging van de ondernemer en toekomstplannen op korte termijn

 

Jaar van vestiging

Toekomstplannen

 

 

 

 

 

 

 

 

geen

uitbreiding

verplaatsing

beëindiging

totaal

 

 

 

 

 

 

voor    1950

3

 

 

1

1

1950 - 1960

3

 

 

 

3

1960 - 1970

3

 

 

 

3

1970 en later

7

5

1

 

13

onbekend

1

 

 

 

1

 

 

 

 

 

 

totaal

14

5

1

1

21

 

Voor het grootste deel van de winkels bestaan op korte termijn geen plannen voor verandering. Dit wil niet zeggen, dat de ondernemers hun bedrijf beëindigen; slechts één winkel wordt op korte termijn gesloten, één ondernemer denkt aan verplaatsing en enkele winkels aan uitbreiding. De winkels die wensen uit te breiden, behoren op één na tot de non-foodsector.

 

Geografische spreiding van de klanten

 

Voor de winkels in het noordelijk gedeelte geldt een sterkere afhankelijkheid van klanten uit Wyckerpoort dan voor de winkels in het zuidelijk deel. Dat gaat in sterke mate op voor de foodsector en in minder sterke mate voor de non-foodsector.

 

Spreiding van de klanten in percentages

 

 

Wyckerpoort

Overig Maastricht-Oost

Overig Maastricht

en buitengemeenten

Noord   food

76

14

10

non-food

49

25

26

Zuid   food

33

66

-‑

non-food

42

33

25

Totaal  food

65

27

8

non-food

47

27

26

 

Rekening moet worden gehouden met het feit, dat de meubeltoonzaal en de doe-het-zelfwinkel in het zuidelijk plangebied niet in deze percentages zijn opgenomen. Van de meubeltoonzaal zijn geen gegevens bekend. De doe-het-zelfwinkel betrekt klanten uit heel Maastricht.


 

3. 4. 2. 3. Conclusies

 

Een indruk krijgen van het al dan niet toereikend zijn van het winkelapparaat in Wyckerpoort is erg moeilijk door de verbrokkelde structuur, de verscheidenheid in aard van de aanwezige winkelconcentraties en de nabije ligging van andere goed uitgeruste winkelzones. Vooral de laatste factor is van belang, omdat door het ontbreken van gegevens over kooporiëntaties de koopstromen naar Wyckerpoort moeilijk zijn te bepalen. In het in uitvoering zijnde d.p.o. in het kader van het Structuurplan binnenstad Maastricht is Wyckerpoort als aparte winkelzone opgenomen, daaruit zou nadere informatie kunnen worden geput over kooporiëntaties. Gegevens daaromtrent zijn nog niet voorhanden. Met behulp van enkele globale normcijfers kan voorlopig de volgende evaluatie worden gemaakt.

 

Foodsector

 

Verdeeld over het noordelijk en zuidelijk plangebied zijn grofweg respectievelijk 2.500 en 1.500 inwoners te vinden. Gaat men uit van het normgetal 0,25 m2 b.v.o. in de foodsector, dan zouden in het noordelijk deelgebied 625 m2 en in het zuidelijk deelgebied 375 m2 aanwezig moeten zijn. Er zijn nu 405 m2 en 248 m2. Enige uitbreiding zou mogelijk zijn in beide deelgebieden.

Mede omdat een deel van de klanten afkomstig is uit andere buurten van Maastricht (met name uit het oostelijk stadsdeel), zou enige bescheiden uitbreiding mogelijk kunnen zijn in beide deelgebieden.

 

Non-foodsector

 

Ook in de non-foodsector lijkt een beperkte uitbreiding mogelijk in zoverre, dat de bestaande uitbreidingsplannen gehonoreerd zouden kunnen worden. Rekening kan voorts worden gehouden met de in de inspraak geuite wensen een postagentschap in de buurt te vestigen.

In het zuidelijk buurtdeel zijn nog twee vestigingen met een detailhandelsfunctie; een vestiging met doe-het­zelfartikelen (hout- en bouwmaterialen) en tuinartikelen en een meubeltoonzaal. Van de laatstgenoemde zijn geen gegevens bekend.

In de doe-het-zelfzaak zijn 10 personen fulltime werkzaam. Deze vestiging wenst op korte termijn het huidige vloeroppervlak van circa 3.000 m2 uit te breiden.

Omdat hier gekozen is voor een distributie-planologisch onderzoek met een eenvoudige en minder omvangrijke opzet, zal, over de mate waarin uitbreiding in de food- en non-foodsector mogelijk is, het in uitvoering zijnde d.p.o. voor Maastricht en omgeving nadere informatie moeten verschaffen.


Voorlopige uitkomsten distributie-planologisch onderzoek  Maastricht en regio

De voorlopige uitkomsten van het distributie-planologisch onderzoek Maastricht en regio geven eveneens aan dat voor Wyckerpoort en Akerpoort te zamen in de sector dagelijkse goederen enige bescheiden uitbreiding van de bestaande vestigingen mogelijk is. Voor de sector niet-dagelijkse artikelen blijkt een bescheiden uitbreiding van + 250 m2 bedrijfsvloeroppervlak mogelijk te zijn. Daarbij zijn ook twee vestigingen in de analyse betrokken, die in hoofdstuk 3.4.2. niet zijn meegeteld. De uitbreidingscapaciteit is nadrukkelijk bedoeld om bestaande winkels enige ruimte te geven voor beperkte verbouwingen. Overigens moet daarbij worden aangetekend, dat het hier zeer globale conclusies betreft.

 

3. 4. 3. Overige voorzieningen

 

Onderwijs (kaart 23)

 

In het noordelijk gedeelte van het bestemmingsplan staan een kleuterschool en een lagere school, elk bestaande uit 6 lokalen. In de nabijheid van de scholen staat tevens een gymnastiekzaal, die gebruikt wordt voor schoolgymnastiek.

 

Uitgaande van ervaring van de afgelopen jaren gaat 50% van de kleuters en 55% van de lagere schoolleerlingen, die wonen in Wyckerpoort, naar deze basisschool. Per 1 januari 1980 zijn 8 van de 12 leslokalen in gebruik.

 

Op basis van het te verwachten aantal leerlingen op 1 januari 1986 is de toekomstige behoefte van het aantal leslokalen te bepalen. Uit de berekening van de afdeling onderwijs en cultuur van de gemeente Maastricht blijkt, dat één basisschool voldoet aan de toekomstige behoefte.

Daartoe dienen de beide schoolgebouwen gehandhaafd te blijven, hoewel één van de gebouwen slechts gedeeltelijk nodig zal zijn. In 1987 zal er een overcapaciteit zijn van 3 lokalen (gebouwensituatie kleuter- en lagere school 1986/1987, afdeling onderwijs en cultuur, 1980).

 

In de prognose van het aantal leerlingen per school is geen rekening gehouden met uitbreidingsplannen op de korte termijn. De geconstateerde overcapaciteit zal dus deels benut kunnen worden door leerlingen, afkomstig uit de nieuwbouw, die in het kader van de stadsvernieuwing wordt gerealiseerd.

 

De ervaring leert verder, dat van de overige leerlingen uit Wyckerpoort 25% van de kleuters en bijna 20% van de lagere schoolleerlingen naar de scholen gaan, gelegen aan de Scharnerweg en Hunnenweg. Het zuidelijk gedeelte van Wyckerpoort ligt binnen een straal van 500 meter rondom deze school, dit is tevens de maximale loopafstand voor kinderen.


Daarentegen vormt de E-9 een zeer hinderlijke barrière voor een verkeersveilige route van en naar school.

Uit de berekening, gebaseerd op het te verwachten aantal leerlingen op 1 januari 1986 blijkt eveneens, dat deze basisschool in de toekomst een overcapaciteit heeft van enkele lokalen. Vanwege de nieuwbouwwoningen in het zuidelijk gedeelte van Wyckerpoort zal een groter leerlingenpotentieel kunnen ontstaan, zodat ook deze restcapaciteit benut zal kunnen worden. De overige kinderen uit Wyckerpoort gaan naar scholen gelegen in Oostermaas of elders in de gemeente.

 

Uit het bovenstaande kunnen wij afleiden, dat er in de toekomst geen uitbreiding van de scholen zal kunnen plaatsvinden. Veeleer zullen de te verwachten extra leerlingen, door de bouw van nieuwe woningen in het plangebied, een impuls bieden aan het voortbestaan van de huidige scholen.

 

De scholen van Wyckerpoort, Oostermaas en Scharn vervullen geen specifieke buurtfunctie. Enerzijds zijn leerlingen uit Wyckerpoort aangewezen op de overige buurten, anderzijds komen de leerlingen van de scholen in Wyckerpoort uit andere buurten van het oostelijk stadsdeel. Er zal daarom zorgvuldig aandacht besteed moeten worden aan veilige oversteekplaatsen van en naar de scholen.

 

In Wyckerpoort zijn nog drie scholen gevestigd, het St. Maartenscollege en het Avondcollege en de huishoudschool in Villa Wyckerveld. Deze scholen vervullen een functie, welke verder reikt dan het plangebied; de leerlingen zijn hoofdzakelijk afkomstig uit de noordoostelijke stadsdelen van Maastricht.

 

Voor een goede bereikbaarheid van de middelbare scholen zal de aandacht vooral gericht moeten worden op het fietsverkeer. Met name de fietsroutes van en naar de noordelijke en oostelijke stadsdelen zouden in dit kader verbeterd dienen te worden.

 

Wyckerpoort-Noord is voorzien van een peuterspeelzaal gevestigd in de oude noodkerk. Wyckerpoort-Zuid is niet voorzien van een peuterspeelzaal. De peuters zijn óf aangewezen op de peuterspeelzaal Oostermaas, óf op de speelzaal gelegen in het noordelijk deel van Wyckerpoort. De afstand tot deze speelzalen is groot. Ook is de afstand tot de peuterspeelzaal in Scharn te groot om als opvang te fungeren voor de peuters uit Wyckerpoort.

 

Sociaal-medische voorzieningen (kaart 24)

 

In het plangebied is één huisarts gevestigd.

De huisartsenvereniging (L.H.V.) wil voor de toekomst als norm voor het inkomen van een arts uitgaan van een praktijk met 2.000 patiënten. Thans is de norm volgens de L.H.V. nog 2.600 patiënten. Het inwonertal van Wyckerpoort is niet zodanig dat, bij het hanteren van de huidige ncrm, zich een tweede huisarts zal kunnen vestigen in dit gebied. Ook indien men Oostermaas en Scharn in de beschouwing betrekt, blijken met hantering van de huidige norm voldoende artsen aanwezig te zijn (aantal inwoners: 14.931, aantal artsen: 6).

Bij toepassing van de nieuwe norm blijkt, dat in het gebied Wyckerpoort,

 

Oostermaas en Scharn uitbreiding met 1 arts mogelijk is. Indien men die norm toepast op Wyckerpoort alleen, dan blijkt die uitbreiding in Wyckerpoort te kunnen plaatsvinden.

 

Het reserveren van een praktijkruimte in het plangebied lijkt dan gewenst, zeker ook vanwege het te verwachten groter aantal inwoners door de bouw van nieuwe woningen.

Een consequentie van een tweede huisartsenpraktijk in Wyckerpoort is, dat bij verkleining van de praktijken in de toekomst, zich geen nieuwe huisartsen kunnen vestigen in de andere buurten van het oostelijk stadsdeel (Oostermaas en Scharn).

 

In Wyckerpoort zijn 3 tandartsen, in het oostelijk stadsdeel Wyckerpoort, Scharn en Oostermaas zijn in totaal 6 tandartsen gevestigd. De Maatschappij ter Bevordering van de Tandheelkunde stelt als norm één tandarts per 2.000 inwoners.

In het oostelijk stadsdeel zal zich in de komende jaren één extra tandarts kunnen vestigen. Gezien de spreiding van de bevolking over de stadsdelen, zal veeleer gedacht moeten worden aan een praktijkruimte in de buurt Oostermaas. Dit betekent, dat in het onderhavige plangebied Wyckerpoort geen ruimte gereserveerd dient te worden voor een tandartspraktijk.

 

In Wyckerpoort zijn verder een fysiotherapeut, een apotheek en een dierenkliniek gevestigd.

 

Nu zijn de medische voorzieningen (artsen en apotheek) allen rondom de Scharnerweg gevestigd. Het statige karakter en de grootte van de woningen in dit deel van Wyckerpoort blijken aantrekkelijk te zijn voor de vestiging van een artsenpraktijk.

De toekomstige vestiging van een tweede huisarts zal echter, mede gezien de spreiding van de bevolking, gestimuleerd moeten worden in het noordelijk deel van Wyckerpoort.

 

Sociaal-culturele voorzieningen (kaart 24)

 

In het zuidelijk gedeelte van Wyckerpoort is de zogenaamde Koepelsoos en een scoutingsruimte aan de Heerderweg gelegen. De eerstgenoemde accommodatie is sinds 1979 voor 10 jaar verhuurd aan een particulier exploitant en de scoutingsruimte is verkocht aan een projectontwikkelaar.

Het schooltje aan het Oranjeplein, dat in eigendom is van de gemeente Maastricht, staat al sinds 1976 leeg.

 

Gezien de aard van de exploitatie zijn de mogelijkheden voor sociaal-culturele activiteiten in de Koepelsoos beperkt. De scoutingsgroep zal binnenkort geen gebruik meer kunnen maken van de ruimte aan de Heerderweg, omdat deze afgebroken wordt.

 

In het noordelijk deel van Wyckerpoort zijn de voormalige noodkerk (circa 200 m2), twee scoutingsruimten (circa 20 m2 en 40 m2) en een souterrain van de basisschool (2 x 60 m2) beschikbaar voor sociaal-culturele activiteiten.

De noodkerk en de scoutingsruimten zijn semi-permanente gebouwen.

 

In Wyckerpoort zijn naast sociëteiten voor bejaarden en invaliden enkele verenigingen actief, zoals twee scoutingsgroepen (elk circa 50 leden), een jeugdkoor (circa 60 leden) en een buurtraad. Verder worden er incidentele activiteiten ontplooid, onder andere het houden van kienavonden.

 

Gedurende de inspraakprocedure, die gehouden is in het kader van de concept-Structuurschets Wyckerpoort (1977), is door de insprekers naar voren gebracht, dat de beschikbare ontmoetings- en ontspanningsmogelijkheden in Wyckerpoort te beperkt zijn, met name voor de jeugd en de bejaarden.

De aanwezige accommodaties zijn te beperkt vanwege de onduidelijke vooruitzichten op het voortbestaan of vanwege de bouwkundige kwaliteit. Behoud of adequate vervanging van de beschikbare accommodaties met betrekking tot het aantal m2 blijft dan ook het uitgangspunt voor het bestemmingsplangebied. Dit betekent, dat circa 1.500 m2 bestemd moet blijven voor sociaal-culturele doeleinden. Een dergelijke totale ruimte komt overeen met normatieve uitgangspunten, die gelden voor een buurt met een omvang van circa 5.000 inwoners.


 

Omvang gewenste sociaal-culturele voorzieningen in Wyckerpoort en zo mogelijk verdeeld naar noordelijk en zuidelijk buurtdeel [2]

 

Aard van de voorziening voor Wyckerpoort totaal

 

Noordel.         Zuidel.

buurtdeel       buurtdeel

Wyckerpoort

geheel

repetitie-/speelruimten

 

 

- voor grote groepen:

 

 

zaal: 100 m2

podium 75 m2

 

175 m2

- voor kleine groepen     totaal: 60 m2/1.500 inw.

 

180 m2

 

 

 

ruimte voor creatieve vorming/handvaardigheid in

buurt- of clubhuizen

 

 

60 m2

 

 

 

ruimte om een gezamenlijk

doel of belang te bespreken

- voor belangenorganisaties, politieke partij, buurtvereniging

 

60- 100 m2

 

 

 

Voor beide buurtdelen

 

 

 

 

 

ontmoetingsruimten

- voor jongeren (instuif, sociëteit)

60-100 m2      60-100 m2

120- 200 m2

 

 

 

- voor bejaarden (sociëteiten e.d.)

40- 60 m2       40- 60 m2

80- 120 m2

 

 

 

- voor bijzondere groepen (gezelligheidsclubs e.d.)

40- 60 m2       40- 60 m2

80- 120 m2

 

 

 

- voor overige bijeenkomsten (ontspanningsavonden, recepties e.d.)

60-100 m2      60-100 m2

120- 200 m2

 

 

 

ruimte om samen iets te

doen:

 

 

- voor kinderen

40- 60 m2       40- 60 m2

80- 120 m2

- voor jeugd/jongeren

40- 60 m2       40- 60 m2

80- 120 m2

- voor spel/hobby/interesse

40- 60 m2       40- 60 m2

80- 120 m2

 

 

 

Totaal per buurtdeel

320-500 m2  320-500 m2

 

 

 

 

Totaal Wyckerpoort

 

1055-1415 m2

Bron: planologische kengetallen, 1977.


 

Als centrale accommodatie voor sociaal-culturele activiteiten denken de insprekers aan de villa "Wyckerveld". Vanwege de langgerekte vorm van de buurt blijkt het grootste deel van de bewoners van Wyckerpoort buiten het verzorgingsgebied van deze potentiële accommodatie te wonen.

De activiteiten in de vorenstaande tabel genoemd, waaraan kinderen en bejaarden deelnemen, moeten echter gespreid in het plangebied voorkomen. Een toedeling van het merendeel van de ruimten over het noordelijk- en zuidelijk deelgebied komt bovendien tegemoet aan de sociale organisatie van de bewoners (parochies). Enkele andere activiteiten zouden in een meer centraal gelegen ruimte kunnen plaatsvinden.

 

In Wyckerpoort is een filiaal van de openbare bibliotheek gevestigd aan het Koningsplein. De omvang van de leeszaal en bibliotheek is samen 240 m2; de bibliotheek heeft circa 25.000 boeken in bezit.

 

Het aantal bewoners, dat lid is van een openbare bibliotheek en het aantal bewoners dat lid is van het filiaal Koningsplein, naar buurtdeel (onderzoek 1977) kan als volgt worden weergegeven.

 

Buurtdeel

Aantal bewoners dat

lid is van een

openbare bibliotheek

Aantal bewoners dat lid is van het

filiaal Koningsplein

 

 

 

Wyckerpoort

628

567

Akerpoort

243

165

Oostermaas

750

552

Nazareth

430

348

Limmel

180

129

Scharn

948

74

Amby

374

166

Overige stadsdelen

12.243

265

 

 

 

Totaal

15.796

2.266

 

(bron: plan voor spreiding van het openbare bibliotheekwerk te Maastricht 1983 - 1985)

 

Uit de bovenstaande tabel blijkt, dat de leden van de bibliotheek in Wyckerpoort niet alleen afkomstig zijn uit deze buurt, maar dat de bibliotheek een belangrijke functie vervult voor de bewoners van de noordoostelijke stadsdelen. De bibliotheek zal dus goed bereikbaar moeten zijn vanuit deze buurten.

Omdat circa 70% van het totale ledenbestand van de biblio­theek "Koningsplein" jonger dan 18 jaar is, zal de aandacht in hoofdzaak gericht moeten zijn op langzaam-, met name (fiets-)verkeer.


In de meerjarenplanning van de bibliotheek in Maastricht is rekening gehouden met een uitbreiding van de bibliotheek aan het Koningsplein, van 240 m2 naar 615 m2. De uitbreiding zal in 1988 uitgevoerd worden (Plan voor spreiding van het openbare bibliotheekwerk te Maastricht 1983 - 1985).

 

Knelpunten sociaal-culturele voorzieningen (kaart 25)

 

-        De bouwkundige kwaliteit van de sociaal-culturele voorzieningen in het noordelijk deelgebied is onvoldoende.

 

-        Het voortbestaan van de huidige sociaal-culturele voorzieningen in het zuidelijk deelgebied is onzeker.

 

-        Voor het totale gebied is de diversiteit van sociaal-cul­turele voorzieningen onvoldoende.

 

Recreatieve voorzieningen

 

In het plangebied zijn vrijwel geen recreatieve voorzie­ningen. Het weinige groen in Wyckerpoort is hoofdzakelijk gelegen langs de E-9 en Scharnerweg; er is momenteel in zeer geringe mate sprake van een recreatief gebruik van deze groenzone. De recreatieve functie van het Thorbeckeplantsoen is door de bouw van het St. Maartenscollege verloren gegaan. Het Old Hickoryplein en een open grasveld aan de Senecalstraat zijn de enige ruimten, die met betrekking tot het gebruik en de beleving een functie vervullen voor de recreatie in het gebied. Het Old Hickoryplein is voorzien van een klein formaat speelplaatsje, en enkele jeu de boulesbanen; het plein is beplant met een karakteristieke bomenrij.

Op basis van resultaten uit onderzoeken dienen de spreiding, de omvang en de inrichting van speelplaatsen als volgt te zijn.

 

Speelplaatsen

bedoeld voor:

Max. loopafstand

Bruto-

oppervlakte

Inrichtingsmogelijkheden

 

 

 

 

peuters en kleuters

100-150 m

250- 400 m2

zandbakken  (min. 5 m2, max. 25 m2); klimtoestellen;

glijbaantjes;  

grasveldje;

los materiaal,            bijv. blokken, hout;

 

 

 

 

schoolkinderen

400 m

2000-5000 m2

zandbakken  (min. 25 m2);

rolschaatsbaan (20x40 m);

diverse speeltoestellen van hout of kunststof;

trapveldje(20x40 m of 70x100 m; volleybalveldje (9x18 m).


In het noordelijk- en in het zuidelijk deelgebied is er dus zowel in kwantitatief als in kwalitatief opzicht sprake van een groot tekort aan kleinschalige recreatieve voorzieningen voor kinderen.

Ook voor bejaarden en oudere jeugd ontbreken recreatieve faciliteiten.

 

De voornaamste noord-zuidwegen, zoals de Meerssenerweg, de Prof. Kernstraat die doorloopt in de Gen. Eisenhowerstraat en de Noormannensingel, die doorloopt in de Prof. Mullerstraat zijn zó verkeersintensief (veel doorgaand verkeer, veel fietsverkeer, zowel doorgaand als van en naar de middelbare school, de busroute loopt door een deel van deze straten, veel geparkeerde auto's), dat kinderen zeer belemmerd worden in hun buitenspel. Ook zijn de vele dwarsstraten te kort en te smal om ruimte te bieden aan spelende kinderen.

 

Voor een buurt met een dergelijk inwonertal als Wyckerpoort is op basis van normatieve uitgangspunten (10 m2) buurtgroen per inwoner), een park met een omvang van circa 4 ha noodzakelijk. De oppervlakte van het voor publiek toegan­kelijke groen is in totaal 4,9 ha. Het is verspreid over de wijk. De totale oppervlakte voldoet aan de norm en komt daar zelfs boven uit. De gebruiksmogelijkheden zijn echter beperkt èn door versnippering èn door de huidige inrichting.

 

Ten aanzien van de buitensportterreinen wordt in het Structuurplan Maastricht (1977) uitgegaan van 10 m2 buitensportterrein per inwoner.

Voor de bewoners van Wyckerpoort zal bij het hanteren van dit uitgangspunt circa 4 ha buitensportterrein gewenst zijn. Het structuurplan voorziet dit plangebied echter niet van een eigen sportterrein.

Het sportterrein, dat behoort bij het St. Maartenscollege, is - tot op heden - na schooltijd niet opengesteld voor de bewoners uit de buurt. De bewoners zijn aangewezen op het sportpark Geusselt.

 

Knelpunten recreatieve voorzieningen

 

-        In kwantitatief en in kwalitatief opzicht ontbreken kleinschalige recreatieve voorzieningen voor kinderen, oudere jeugd en bejaarden.

 

-        De daarvoor in aanmerking komende straten zijn onvoldoende ingericht ten behoeve van spelende kinderen, er is weinig recreatief gebruik van de woonomgeving mogelijk.

 

-        Buurtgroen in de vorm van voor publiek toegankelijke grotere recreatieve ruimten is in onvoldoende mate op meervoudig gebruik ingericht.

 

-        De aanwezige sportfaciliteiten zijn niet voldoende voor een breder publiek toegankelijk en zijn ook in kwantitatief opzicht onvoldoende.


 

3. 4. 4. Bedrijven en kantoren (kaart 26)

 

In Wyckerpoort is een groot aantal bedrijven gevestigd. Hoewel veruit het merendeel van de bedrijvigheid in het zuidelijk buurtdeel (het deel ten zuiden van het St. Maartenscollege) is gevestigd, wordt het noordelijk buurtdeel gedomineerd door enkele grootschalige bedrijven, zoals de Mosa en het P.T.T.-kantoor.

 

Aard van de bedrijven naar deelgebied

 

Aard van de bedrijven

Deelge-

Deelge-

Deelge-

Wyckerpoort

 

bied 1

bied 2

bied 3

totaal

 

 

 

 

 

industrie en ambacht

2

2

13

17

bouwnijverheid

-

-

3

3

groothandel, opslag,

transport, reparatiebedrijven

3

1

15

19

zakelijke dienstverlening

5

13

13

31

overige dienstverlening

1

6

10

17

horeca

-

4

2

6

 

 

 

 

 

totaal

11

26

56

93

 

Uit bovenstaande tabel blijkt, dat de bedrijvigheid in deelgebied 2 hoofdzakelijk in de sfeer van de dienstverlening ligt. Het gebied rondom het Koningsplein blijkt een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor kantoren.

 

Deze kantoorontwikkeling wordt enerzijds gestimuleerd door de goede bereikbaarheid, door de ligging van dit gebied ten opzichte van de E9 en Scharnerweg. Anderzijds is de kwaliteit van de woningen, dat wil zeggen het statige karakter en de grootte van de woningen, aantrekkelijk voor de vestiging van kantoren.

 

Tijdens de inspraak in het kader van de concept-Structuur­schets (1977), is erop gewezen, dat naar de mening van de bewoners geen kantoren meer gevestigd moeten worden in Wyckerpoort.

 

Dit betekent, dat de kantorenontwikkeling in Wyckerpoort nauwlettend moet worden gevolgd om te voorkomen dat op bepaalde locaties een dergelijke concentratie van kantoren zal ontstaan dat de woonfunctie wordt bedreigd.

 

De bedrijvigheid in deelgebied 3 bestaat naast dienstver­lening (kantoren) uit produktie, handel, opslag, transport en reparatiebedrijven. De kantoren zijn gevestigd in de kelders van de flats aan het Oranjeplein en de Nassaulaan.


Aan de Scharnerweg en het noordelijk gedeelte van de Heerderweg zijn enkele bedrijven gevestigd. Dit betreft garages, groothandel- en produktiebedrijven. Door de aard van de bedrijvigheid zijn deze bedrijven sterk verkeersgericht. In de ontwerp-Structuurplan Wyckerpoort (1979) wordt gedacht aan een interne ontsluiting van het bouwblok aan de Scharnerweg, zodat de bedrijven aan de achterzijde goed ontsloten kunnen worden.

Daarnaast zal in de verkeersstructuur rekening gehouden moeten worden met een goede bereikbaarheid van het noordelijk deel van de Heerderweg.

 

Het merendeel van de bedrijven met een verkeersaantrekkend karakter, zoals produktiebedrijven, handel, opslag, transport en reparatiebedrijven, waaronder autobedrijven, zijn echter op het bedrijfsterrein in het zuidelijk plandeel gevestigd.

 

Vanwege de ligging van dit bedrijfsterrein ten opzichte van het woongebied zal de verkeersoverlast voor de bewoners tot het minimum beperkt moeten worden. Daartoe moet het bedrijfsterrein zó ontsloten worden, dat het aan- en afvoerverkeer om het woongebied geleid wordt.

 

Voor het braakliggend Dotremontterrein is reeds een programma vastgesteld. Dit terrein zal enkel worden bestemd voor woningbouw.

 

Voor het zuidelijk deel van het terrein is een bouwplan ingediend. De gemeente gaat in principe akkoord met dit plan dat hoofdzakelijk bedrijven omvat.

Het noordelijk deel zal nog nader uitgewerkt moeten worden.

 

Knelpunten bedrijven en kantoren

 

-        In het middengebied bestaat het gevaar, dat steeds meer woningen in het woongebied worden omgezet in kantoren.

 

3. 5. Woon- en leefmilieu (kaart 27)

 

Om na te gaan waar en ten gevolge van welke oorzaken mogelijke overlast ten aanzien van het woon- en leefmilieu optreedt of kan optreden, is een onderzoek verricht naar de volgende aspecten:

 

a.      overlast ten gevolge van het verkeer;

b.      overlast ten gevolge van bedrijven;

c.      de aanwezigheid van l.p.g.-opslag en -verkoop.

 

Ad a.

 

Zoals reeds eerder is gesteld, wordt het plangebied door een aantal relatief drukke verkeerswegen doorsneden. Daarnaast grenst het gebied direct aan het spoorwegemplacement en de spoorlijnen richting Luik en Eindhoven.

Overeenkomstig hetgeen de wet geluidhinder stelt, is een onderzoek ingesteld naar de geluidoverlast die deze verkeers- en spoorwegen veroorzaken. Daarbij is een onderscheid gemaakt in "bestaande situaties" en "nieuwe situaties".


-        Bestaande situaties

In eerste instantie is via een globale berekeningsmethodiek de geluidniveaus aan de gevels van de bestaande bebouwing langs de belangrijkste verkeerswegen in het plangebied bepaald. De resultaten zijn in bijlage 2.a. weergegeven en geven samengevat het volgende beeld:

categorie 1 (70 dB(A)):           E9 - A2;

categorie 2 (65-70 dB(A)):     Meerssenerweg, Viaductweg;

categorie 3 (60-65 dB(A)):     Scharnerweg, Heerderweg en St. Gerardusweg;

categorie 4 (55-60 dB(A)):     Noormannensingel, Prof. Kern­straat, Prof. Cobbenhagen­straat, Prof. Mullerstraat.

Hoewel deze uitkomsten een voorlopig karakter dragen, is in alle categorieën sprake van een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde, zoals die door het rijk wordt gegeven. De hier gevonden waarden zullen in een gedetailleerder onderzoek nog nader worden uitgewerkt, waarna die woningen of geluidgevoelige ruimten, die een hoge gevelbelasting ondervinden bij de centrale overheid voor sanering zullen worden aangemeld.

Voor de omgeving van de A2/E9 is reeds een uitgebreid onderzoek ingesteld door het T.N.O. en is reeds een pré-sanering in uitvoering.

 

-        Nieuwe situaties

 

Van die gedeelten van het plangebied die voor nieuwe bebouwing in aanmerking komen, is een gedetailleerder akoestisch onderzoek ingesteld. De resultaten van dit onderzoek zijn als bijlage 2.b. integraal opgenomen.

Het betreft hier de volgende gebieden.

 

Gebied A

Langs de Meerssenerweg tussen de Prof. Pasmansstraat en de Prof. Moserstraat.

 

Gebied B

Het binnenterrein tussen de Heerderweg, Prinsesselaan en de Scharnerweg.

 

Gebied C

Tussen de Heerderweg en de St. Gerardusweg (tussen Dotre­mont).

 

Deze gebieden liggen geheel of gedeeltelijk binnen de geluidzones van de volgende verkeers- of spoorwegen:

 

1.      Meerssenerweg;

2.      Heerderweg;

3.      A2/E9 en

4.      de spoorlijn Maastricht - Luik.

 

De resultaten van het onderzoek zijn hierna per gebied kort weergegeven.


 

Gebied A:

 

Door het verkeer op de Meerssenerweg ontstaat ter plaatse van de huidige rooilijn (op 10 meter uit het hart van de weg) een geluidniveau van 66 dB(A). Op 20 meter uit het hart van de weg bedraagt de gevelbelasting 63 dB(A).

Dit houdt een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde van 55 dB(A) in van 11 respectievelijk 8 dB(A).

 

Gebied B:

 

Aan de oostzijde wordt dit terrein belast door het geluid van de A2/E9. De geluidproduktie is echter van een zodanig niveau, dat de voorkeurgrenswaarde ter hoogte van de rooilijn langs de Prinsesselaan niet wordt overschreden.

Aan de zijde van de Scharnerweg heeft de aanwezige bebouwing een afschermende werking, zodat aan deze zijde van het binnengebied geen overlast optreedt. Dit is wel het geval aan de zijde van de Heerderweg. Een voorlopige geluidmeting heeft aangetoond, dat ter hoogte van de tuinmuur een geluidniveau van + 62 dB(A) aanwezig is.

 

Gebied C:

 

Aan de oostzijde van dit gebied is onder invloed van het verkeer op de Heerderweg een geluidniveau berekend, dat afhankelijk van de waarneemhoogte varieert van + 60 tot 67 dB(A).

De geluidbelasting van de Gerardusweg blijft beneden de 55 dB(A). Het geluidniveau ten gevolge van de spoorlijn is op basis van de voorlopige rekenmethode bepaald op de volgende waarden, berekend op 25 meter uit de spoorlijn:

 

dagwaarde           63 dB(A);

avondwaarde      61 dB(A);

nachtwaarde       57 dB(A).

 

Dit betekent dat volgens de voorlopige normering een overschrijding van 2 dB(A) in de nachtperiode.

 

Als conclusie van deze onderzoeken kan worden gesteld, dat uitgaande van de huidige verkeerscirculatie op alle drie terreinen geluidwerende voorzieningen noodzakelijk zijn om woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen aldaar te realiseren.

In sommige gevallen (bijvoorbeeld langs de spoorlijn) is het mogelijk voorzieningen in de vorm van een wal of scherm op te nemen. In andere gevallen zal dit om stedebouwkundige en verkeerskundige redenen niet mogelijk zijn en zal een wijziging moeten optreden in de verkeerscirculatie of zullen extra geluidwerende maatregelen aan de gevel getroffen dienen te worden dan wel minder geluidgevoelige bebouwing naar de weg toe geprojecteerd moeten worden.

 

 

Om deze laatste maatregel te kunnen treffen, zal het noodzakelijk zijn om, in overleg met de inspectie voor de volksgezondheid en milieuhygiëne, een ontheffingsprocedure te starten waardoor het mogelijk is van de voorkeursgrenswaarde af te wijken.

 

Ad b.

 

Binnen het plangebied zijn geen categorie A-inrichtingen aanwezig in de zin van de wet geluidhinder.

Met behulp van gegevens omtrent de ligging en de aard van de hinderwetplichtige bedrijven is een inzicht mogelijk in de potentiële overlast van bedrijven.

Het feit, dat bedrijven hinderwetplichting zijn en over een hinderwetvergunning beschikken, zou strikt formeel gezien aanleiding moeten zijn, te veronderstellen, dat de veroorzaakte overlast binnen de wettelijk toelaatbare grenzen blijft. Of de omwonenden er last van hebben, is dan een andere vraag.

In dit geval is door de insprekers uit Wyckerpoort de overlast, veroorzaakt door de Mosa, met name genoemd.

De belangrijkste concentratie van hinderwetplichtige bedrijven is te vinden op of nabij het bedrijfsterrein in Wycker­poort-Zuid, waar de potentiële hinder ten aanzien van de woonomgeving vrij gering is.

Andere concentraties zijn gesitueerd aan de Scharnerweg en het Old Hickoryplein.

Voor de Scharnerweg geldt met name hetzelfde als voor de eerdergenoemde concentratie in Wyckerpoort-Zuid; de hinderwet-plichtige bedrijven aan het Old Hickoryplein zijn van dien aard dat overlast nauwelijks verwacht kan worden.

Verspreid in het noordelijk deelgebied zijn nog enkele andere hinderwetplichtige bedrijven gelegen. Hier zijn het Mosacomplex en de handel in lompen en metalen aan de Meerssenerweg, gelegen direct tegenover de woonbebouwing in het noordelijk deel de belangrijkste.

 

Ad c.

 

In het plangebied zijn in totaal 4 benzinetankstations te vinden. Een l.p.g.-opslag is aanwezig bij het tankstation behorende bij Bouwvaria op het bedrijfsterrein in Wycker­poort-Zuid. Hier vindt ook verkoop plaats. Omdat deze l.p.g.-op­slag gelegen is op minder dan 150 meter afstand van de woonbebouwing aan de Heerderweg kan hier gesproken worden van een milieubelastend element.

Ook buiten het plangebied, aan de Bloemenweg, is een tankstation met l.p.g.-opslag gelegen. Deze opslag ligt op minder dan 150 meter van het met woningen te bebouwen Dotremontterrein.

Nieuwe richtlijnen betreffende l.p.g.-tanks zouden het noodzakelijk maken, dat de tank aan de Bloemenweg moet verdwijnen op grond van het grote aantal bestaande woningen in Akerpoort, dat is gelegen binnen de 150-meterzone (sanerings­situatie). De financiële middelen daartoe zijn echter niet bij de gemeente voorhanden en zullen van het rijk moeten komen. Daarom is het mogelijk om binnen Wyckerpoort op het Dotremontterrein nieuwbouw te plannen.

Om nieuwbouw (woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen) mogelijk te maken, zijn langs de Heerderweg geluidwerende voorzieningen noodzakelijk of dienen er maatregelen genomen te worden om de verkeersintensiteiten te laten afnemen.


 

Knelpunten  woon- en leefmilieu

 

-        Geluidoverlast gemeten op de woningen gelegen aan:

          de E9/A2;

         de Meerssenerweg en Viaductweg;

         de Scharnerweg, Heerderweg en St. Gerardusweg.

 

-        (Potentiële) conflicten ten gevolge van hinder door bedrijven gelegen aan het noordelijk gedeelte van de Meerssenerweg voor de daar woonachtigen.

 

-        De bij Bouwvaria en bij het tankstation aan de Bloemenweg aanwezige l.p.g.-opslag vormt een milieubelastend element voor een deel van het zuidelijk plangebied.


 

 

 

4. RANDVOORWAARDEN, KNELPUNTEN EN DOELSTELLINGEN

 

4. 1. Randvoorwaarden (kaart 28)

 

Als randvoorwaarden zijn te omschrijven die elementen, die als een hard gegeven zijn te accepteren en als zodanig in de verdere planopzet moeten worden verwerkt. Als randvoorwaarden gelden dan:

 

-        het milieubouwplan van de E9;

-        het stadsvernieuwingsplan rondom het Prof. Henketplein;

-        het groenplan rondom het P.T.T.-kantoor;

-        de toekomstige passerelle over de Meerssenerweg en het spoorwegemplacement;

-        de gekozen busroute over de Prof. Kernstraat en de Prof. Mullerstraat  (variant 1);

-        ontwikkelingen van bebouwingsplannen rondom de Koepelkerk;

-        het bebouwingsplan voor het Dotremontterrein;

-        de fietsroute 9, 10 en 11 uit het fietsverkeersplan.

 

4. 2. Knelpunten

 

Inleiding

 

In dit hoofdstuk worden de voornaamste knelpunten geresumeerd, die voortkomen uit de structuurschetsen en aangevuld zijn met behulp van inventariserend onderzoek.

Voor de formulering van de knelpunten is een indeling aange­houden conform de aspecten zoals deze in de voorgaande hoofdstukken zijn beschreven.

Met een teken is aangegeven waar de hier geformuleerde knelpunten al eerder naar voren zijn gebracht: + = ontwerp-structuurschets; o = inspraak.

 

4. 2. 1. Knelpunten die voortkomen uit de stedebouwkundige structuur (kaart 29)

 

-        Beperkte oost-westrelaties, met name beperkte mogelijk­heden voor een relatie tussen Wyckerpoort en binnen­stad. +o

 

-        Detaillering van de Meerssenerweg (overheersen van verkeersfunctie, te weinig groen, grote schaalverschillen tussen de straatwanden, verbrokkelde straatwanden tussen Prof. Pasmansstraat en de Prof. Moserstraat, ontbreken van een afgrenzing naar het spoorwegcomplex). +

 

-        Detaillering van de Heerderweg (ontbreken van een straatwand, het slingeren van het wegtracé, ontbreken van een beëindiging). +o

 

-        Detaillering van Pres. Rooseveltlaan en Nassaulaan (overheersen van verkeersfunctie, weinig groen).

 

-        Detaillering van woonstraten en groenvoorzieningen in noordelijk deelgebied (onduidelijke structuur, te weinig groen).


 

-        Ruimtelijke situatie rondom het Mosacomplex aan de Prof. Mullerstraat (open braakliggende terreinen en ruimtelijke versnippering). +o

 

-        De omgeving van het St. Maartenscollege (detaillering van de onbebouwde groene ruimten is gebrekkig, met name rondom "Wyckerveld"). +o

 

-        De directe omgeving van het P.T.T.-complex (de ruimtelijke afscheiding van het sportveld; ontbreken van een ruimtelijke relatie tussen P.T.T.-kantoor en flat aan het Koningsplein). o

 

-        ontbreken van groen, overheersen van verkeersfunctie).

 

-        Het benzinepompstation aan het Oranjeplein.

 

-        Bouwblok rondom de Koepelkerk (ontbreken van duidelijke wanden, ongestructureerd binnenterrein). o

 

-        Braakliggend Dotremontterrein. +o

 

-        Slechte ruimtelijke relatie met het station. +o

 

-        Grootschalige bedrijvigheid in combinatie met kleinschalig woonmilieu, zoals:

         het noordelijk deel van de Meerssenerweg en de Prof. Moserstraat en omgeving +o;

         de Heerderweg en omgeving;

         de Noormannensingel en omgeving. +o

 

4. 2. 2. Knelpunten die voortkomen uit de verkeersstructuur (kaart 30).

 

Gemotoriseerd verkeer

 

-        E-9 als interlokale weg binnen de bebouwde kom (stank- en lawaai-overlast/gevaar). +o

 

-        De afrit naar de ventweg van de Pres. Rooseveltlaan.

 

-        Meerssenerweg (relatief hoge verkeersintensiteit, hoge rijsnelheid voor een buurtontsluitingsweg problemen voor afslaand verkeer naar de woonbuurt). +o

 

-        Meerssenerweg geen volledige aansluiting op Scharnerweg / Scharnertunnel:

         Scharnerweg (dubbelfunctie van ventwegen, weven van fietsverkeer en gemotoriseerd verkeer bij de zuidelijke ventweg); +o

         Noormannensingel (vervult een buurtontsluitingsfunctie door de direct koppeling op de Scharnertunnel. Niet alleen voor Wyckerpoort maar tevens in beperkte mate voor Oostermaas, omgeving Voltastraat; hoge rijsnelheid). o

 

-        Heerderweg (hoge verkeersintensiteit met name veel vrachtverkeer, hoge rijsnelheid, lawaai-overlast voor bewoners). +o


-        St. Gerardusweg (te smal profiel in relatie tot de huidige functie, sluiproute voor doorgaand verkeer). +o

 

-        Koppeling tussen Noormannensingel en Meerssenerweg onvoldoende en onduidelijk.

 

-        Extra verkeersstromen vanwege éénrichtingsverkeer, vooral in het noordelijk deel. +o

 

Langzaam verkeer

 

-        Ontbreken van voorzieningen voor het langzaam verkeer (fietspaden, -stroken en voetpaden), met name langs de Meerssenerweg en de Heerderweg.

 

-        Er is nog geen onderlinge relatie aangebracht tussen de hoofd-fietsroutes 9, 10 en 11 en de Scharnertunnel.

 

-        Onvoldoende beveiligde overgangspunten.

 

-        Het emplacement belemmert een goede relatie van het langzaam verkeer met de binnenstad. +o

 

Parkeren [3]

 

-        Parkeervoorzieningen ten behoeve van de woonfunctie zijn onvoldoende of dreigen onvoldoende te worden in de volgende straten:

         Scharnerweg;

         Prof. Pieter Willemsstraat;

          het Koningsplein;

         het Oranjeplein;

         de Meerssenerweg-Noord;

         de Kol. Johnsonstraat, Overste Lockettstraat, Gen. Hobbstraat, Gen. Hodgesstraat.

 

-        Daarnaast treden in relatie met de andere functies parkeerproblemen op langs:

         Meerssenerweg-Noord en aansluitende woonstraten ten gevolge van de Mosa; +o

         Noormannensingel ten gevolge van St. Maartenscollege en het P.T.T.-kantoor; o

         het Koningsplein met name ter hoogte van de A.N.W.B.; . Scharnerweg zuidelijke ventweg door winkels en praktijkruimten;

         Heerderweg (tussen overweg en Prinsesselaan) vooral door aanwezige bedrijven;

         Prof. Kernstraat ten gevolge van de gymzaal en de Prof. Pieter Willemstraat en ten gevolge van de avondschool, dit met name in de avonduren.

 


 

Openbaar vervoer

 

-        Voorgestelde routing van de stadsbus (doorsnijden van de groenstrook aan de Overste Senecalstraat, twee straten, Prof. Mullerstraat en Gen. Corlettstraat, kunnen niet ingericht worden als woonerf).

 

4. 2. 3. Knelpunten die voortkomen uit de functionele structuur (kaart 31)

 

-        Terugloop bevolking en toenemende vergrijzing. o

 

-        Geen onderlinge afstemming van woninggrootte en omvang van het huishouden.

 

-        In het woongebied ten noorden van de Scharnerweg bestaat de tendens woningen om te zetten in kantoren.

 

-        Bouwtechnische kwaliteit van de sociaal-culturele voorzieningen in het noordelijk deelgebied is onvoldoende.

 

-        Het voortbestaan van de huidige sociaal-culturele voorzieningen in het zuidelijk deelgebied is onzeker.

 

-        Voor het totale gebied is de diversiteit aan de sociaal-culturele voorzieningen onvoldoende. +o

 

-        Recreatieve voorzieningen in Wyckerpoort zijn onvoldoende (versnipperd en onvoldoende ingericht belevings- en gebruiksgroen, te weinig speelmogelijkheden, ontbreken van buitensportaccommodaties). +o

 

4. 2. 4. Knelpunten met betrekking tot het woon- en leefmilieu (kaart 32)

 

-        Hinder ten gevolge van de verkeersfuncties (lawaai- en stankoverlast langs de E9, de Meerssenerweg, Viaductweg, Scharnerweg, Heerderweg en St. Gerardusweg). +o

 

-        Hinder van bedrijvigheid aan de Meerssenerweg. o

 

-        L.p.g.-opslag en -verkoop milieubelastend element in zuidelijk deelgebied.

 

-        Om nieuwbouw (woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen) mogelijk te maken, zijn langs de Heerderweg geluidwerende voorzieningen noodzakelijk of dienen maatregelen genomen te worden om de verkeersintensiteiten te laten afnemen.

 

4. 3. Doelstellingen

Inleiding

 

Voor de oplossing van de vorengenoemde knelpunten zullen een aantal doelstellingen worden geformuleerd. Per onderscheiden aspecten zijn naast een meer algemene (hoofd-)doelstelling (aangegeven met -) ook gedetailleerde doelstellingen (aangegeven met .) te formuleren welke direct gericht zijn op de oplossing van de geconstateerde knelpunten. De hoofddoelstellingen vormen het kader waarbinnen de gedetailleerde doelstellingen opgelost kunnen worden.

 

4. 3. 1. Doelstellingen met betrekking tot de stedebouwkundige structuur

 

-        Verbeteren van de interne en externe relaties, de groenstructuur en de bebouwingsstructuur van het gebied.

 

         Verbeteren van de oost-westrelaties; vooral tussen Wyckerpoort en de binnenstad.

 

         Verbeteren van de detaillering van de buurtontsluitings­wegen en de woonstraten.

 

          Aanbrengen en behoud van een samenhang in de aanwezige groenelementen.

 

         Verbeteren van de ruimtelijke situatie rondom het Mosacomplex aan de Prof. Moserstraat door onder andere het sluiten van de straatwand aan de Meerssenerweg.

 

         Verbeteren van de ruimtelijke relatie tussen P.T.T.-kan­toor en flat aan het Koningsplein.

 

         Structurering van het zuidelijk deelgebied, mede door invulling van het bouwblok rondom de Koepelkerk en het Dotremontterrein.

 

         Verbeteren van de ruimtelijke relatie tussen grootscha­lige- en kleinschalige bebouwing.

 

          Aandacht voor en bescherming van die elementen, die in stedebouwkundig opzicht en gemeten naar de belevingswaarde als positief zijn aan te merken.

 

4. 3. 2. Doelstellingen met betrekking tot de verkeersstructuur

 

Gemotoriseerd verkeer

 

-        Scheiding aanbrengen in de verkeersfunctie van straten, onderscheid maken tussen:

een verkeersgebied, dit omvat straten met een stroomfunctie/ontsluitingsfunctie;

een verblijfsgebied,    dit omvat straten met een verblijfsfunctie/woonfunctie.

 

         Terugdringen van doorgaand verkeer door Wyckerpoort.

         Verbeteren van de reeds bestaande ontsluitingsstructuur, vooral met betrekking tot de onderlinge verbinding tussen de Meerssenerweg en de Scharnerweg.

 

Langzaam verkeer

 

-        Verbeteren van voorzieningen voor langzaam verkeer:

         aanleggen van hoofd-fietsroutes;

         koppeling aanbrengen tussen deze routes;

         aanleggen van beveiligde schoolroute/c.q. oversteek­plaatsen.

 

Parkeren

 

-        Verruimen en verbeteren van parkeervoorzieningen met betrekking tot:

          omgeving Mosa;

          A.N.W.B.-kantoor, St. Maartenscollege, P.T.T.-kantoor;

          Heerderweg, noordelijk gedeelte;

          Scharnerweg, zuidelijk gedeelte;

          het woongebied.

 

Openbaar vervoer

 

-        Zorgdragen voor een goed functionerend openbaar vervoer:

         minimaliseren van de loopafstanden;

         beperken van de negatieve effecten van de stadsbusroute voor het woongebied.

 

4. 3. 3. Doelstellingen met betrekking tot de functionele structuur

 

-        Behoud en versterken van de woonfunctie door de uitplaat­sing van storende bedrijven en behoud en versterking van op wonen gerichte voorzieningen

         in aansluiting op het bestaande woongebied de bebouwingscapaciteit benutten ten behoeve van het wonen;

          afremmen van kantoor- en bedrijfsconcentraties in gebieden met overwegend een woonfunctie;

         concentreren van kantoorontwikkeling in de nabijheid van bedrijfsterreinen;

         concentreren van grootschalige bedrijven op bedrijfs­terreinen;

         behoud en stimuleren van de in Wyckerpoort aanwezige onderwijs- en sociaal-medische voorzieningen;

         verbeteren in kwantitatief en kwalitatief opzicht van huidige sociaal-culturele voorzieningen;

         vergroting van het aantal, de omvang en diversiteit van recreatieve voorzieningen in de directe woonomgeving.

 

4. 3. 4. Doelstellingen met betrekking tot het woon- en leefmilieu

 

-        Creëren van rustige verblijfsruimten.

         Terugdringen van verkeershinder in de woongebieden;

         Terugdringen van bedrijfsoverlast (stank, lawaai) in de woongebieden;

         Weren c.q. opheffen van l.p.g.-opslag en -verkoop in of nabij de woongebieden.


 

 

 

5. LANGE TERMIJNMODEL EN SCHETSONTWERP

 

5. 1. Inleiding

 

In het voorgaande hoofdstuk zijn doelstellingen geformuleerd, waarbij per concept doelstellingen onderscheiden zijn van meer gedetailleerde doelstellingen.

De doelstellingen, die gericht zijn op meer specifieke knelpunten worden de leidraad voor nadere uitwerkingen in de vorm van een bestemmingsplan of uitvoeringsplannen, zoals een gedetailleerd inrichtingsplan voor de woonomgeving. Die doelstellingen, die gerealiseerd kunnen worden in het juridisch plan, zijn uitgewerkt in het bijgevoegde schetsontwerp (5.3.).

 

Het schetsontwerp geeft per aspect een beeld van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Wyckerpoort op de korte termijn en moet gezien worden als een eerste stap naar de uitwerking, die via het concept-bestemmingsplan leidt naar de gedetailleerde juridische regeling.

 

Hoewel de besluitvorming rondom de toekomst van de E9 nog niet volledig is afgerond, is door de raad een principe-besluit genomen tot ondertunneling van de E9. Uitvoering daarvan zal echter naar alle waarschijnlijkheid pas na de bestemmingsplanperiode van 10 jaar plaatsvinden.

 

Het ligt echter voor de hand ook nu al bij het opstellen van een bestemmingsplan voor de komende 10 jaar, rekening te houden met dat wat in de toekomst zal gaan gebeuren. Gebeurt dat niet, dan zouden nu gekozen oplossingen toekomstige mogelijkheden (bij het wegvallen van de E9), kunnen frustreren of zouden maatregelen getroffen kunnen worden, waarvan het effect op de lange termijn te gering is in vergelijking tot de nu geïnvesteerde bedragen.

 

Het gepresenteerde schetsontwerp en het daaruit voortvloeiende concept-bestemmingsplan moeten dan ook beschouwd worden in het licht van de toekomstige mogelijkheden.

 

5. 2. Lange termijnmodel

 

In dit model worden de consequenties en ontwikkelingsmogelijk­heden voor Wyckerpoort weergegeven, die ontstaan door onder­tunneling van de E9.

Afhankelijk van het accent dat gegeven wordt aan de eerder beschreven doelstellingen, worden voor de inrichting en het gebruik van het vrijkomende E9-tracé twee varianten opgesteld. Deze varianten zullen op een aantal aspecten nader bekeken worden.

 

Variant I (kaart 33)

 

-        Stedebouwkundige structuur

 

Met het doel binnen Wyckerpoort een verkeersluw gebied te creëren, zal het vrijkomende E9-tracé fungeren als buurtontsluiting voor Wyckerpoort en Oostermaas. Deze variant legt het accent op het verbeteren van de interne structuur van         het woongebied Wyckerpoort. Getoetst aan de hoofddoelstelling met betrekking tot de stedebouwkundige structuur, betekent dit, dat de interne relaties van Wyckerpoort verbeterd worden, omdat de mogelijkheid ontstaat in Wyckerpoort aaneengesloten woongebieden te creëren.

 

-        Verkeersstructuur

 

De buurtontsluitingsfunctie van de Noormannensingel voor het gemotoriseerd verkeer wordt hier in belangrijke mate overgenomen door een nieuwe ontsluitingsweg op of langs het tracé van de E9 tussen de Prof. Cobbenhagenstraat en de Scharnerweg. Ook de busroute kan over dit nieuwe tracé geleid worden. De Nocrmannensingel wordt hierdoor zodanig ontlast, dat deze weg in functie teruggebracht kan worden tot woonstraat. De noodzaak tot het maken van een volledige aansluiting van de Noormannensingel op de Scharnerweg komt hierdoor ook te vervallen.

 

De nieuwe ontsluitingsweg op of langs het E9-tracé vervult ook een functie in het ontsluitingspatroon van Oostermaas. Door het aansluiten van de Frankenstraat op deze weg wordt de verkeersrelatie tussen Oostermaas en de Scharnerweg aanmerkelijk verbeterd. Ook verkeer uit Oostermaas-Noord, dat momenteel nog vaak gebruik maakt van de routes via de Prof. Nijpelsstraat en Noormannensingel om van en naar Wyck en de binnenstad te gaan, wordt door de nieuwe ontsluitingsweg op meer directe wijze geleid naar de Scharnerweg.

Hierdoor worden de Prof. Nijpelsstraat en de Noormannensingel weer verder ontlast.

 

De sterk verkeersaantrekkende elementen in dit gedeelte van Wyckerpoort, zoals het P.T.T.-complex, het St. Maartens-college en de kantoren rond het Koningsplein kunnen eveneens direct verbonden worden met de nieuwe ontsluitingsweg. Hierdoor worden de mogelijkheden tot het creëren van een aaneengesloten verkeersluw woongebied vergroot.

 

Door de ondertunneling van de E9 zal de aansluiting van de Scharnerweg op de E9 komen te vervallen. Dit zal naar alle waarschijnlijkheid de verkeersintensiteit op de Scharnerweg doen dalen. Dit zal echter weinig of geen verlichting brengen op de zuidelijke ventweg van de Scharnerweg. Als enige afdoende oplossing voor dit probleempunt kan het terugleggen van de rooilijn genoemd worden. Deze ingreep lijkt echter, gezien de aanzienlijke financiële consequenties moeilijk haalbaar.

 

De mogelijkheden voor het langzaam verkeer in deze variant komen in de hierna beschreven functionele structuur aan de orde.

 

-        Functionele structuur

 

Door het introduceren van een nieuwe buurtontsluiting ontstaat de mogelijkheid de Noormannensingel in te richten als woonstraat met een overwegend groen karakter, waarbij deze weg opgevat kan worden als een centrale groenroute door Wyckerpoort.


Naar het noorden wordt deze route verlengd via de Prof. Mullerstraat, het Old Hickoryplein tot de Overste Senecal­straat.

Naar het zuiden wordt de route via een beveiligde oversteek over de Scharnerweg verlengd naar het Oranjeplein en achterliggende woonstraten.

Een gedeelte van deze groene route vervult tevens een functie voor het langzaam verkeer, waardoor de hoofdfietsroutes 10 en 11 gekoppeld worden. Daarnaast worden de fietsroutes doorgetrokken langs Wyckerveld en enerzijds verbonden met de hoofdfietsroute 9 langs de Meerssenerweg en anderzijds via de overweg "Duitse Poort" verbonden met de Heugemerweg.

Aan de groene route zijn, naast de grootschalige groenvoor­zieningen, tevens de scholen gelegen, zodat deze route ook functioneert als schoclroute.

 

Het functioneren van de overige in Wyckerpoort aanwezige voorzieningen wordt bevorderd door de ligging daarvan aan deze groenroute.

Vanwege de centrale ligging van de groenzone binnen het woongebied, biedt deze zone goede ontwikkelingsmogelijkheden voor uitbreiding van de huidige sociaal-culturele en recreatieve voorzieningen. In dit verband zal het sportveld van het St. Maartenscollege openbaar toegankelijk gemaakt worden voor de bewoners van Wyckerpoort.

 

-        Woon- en leefmilieu

 

De in variant I gekozen verkeersoplossing en de meer efficiënte scheiding van verkeersfuncties, die daaruit voortvloeien bieden mogelijkheden tot het creëren van rustige verblijfsruimten. Ook het vrijkomende tracé van de E9 kan, voor zover in deze variant niet in gebruik als buurtontsluitingsweg, ingericht worden als groenvoorziening met een buurtfunctie voor Wyckerpoort en Oostermaas.

Er zal zoveel mogelijk gestreefd moeten worden naar een gesloten woongebied, waaruit grootschalige bedrijven geweerd moeten worden. Het lange termijnmodel als theoretisch model gaat in beide varianten uit van een opheffing van de Mosavestiging langs de Prof. Moserstraat.

In hoeverre deze wens vanuit het woonmilieu te verwezenlijken is, is mede afhankelijk van de verplaatsingsmogelijkheid van deze vestiging en de financiële consequenties.

 

Variant II (kaart 34)

 

-        Stedebouwkundige structuur

 

Met het doel een integratie tot stand te brengen tussen Wyckerpoort en de overige woongebieden in het oostelijk stadsdeel, zou het vrijkomende E9-tracé ingericht worden als groengebied. Getoetst aan de hoofddoelstelling met betrekking tot de stedebouwkundige structuur betekent dit dat de externe relaties van Wyckerpoort verbeterd worden.

 

-        Verkeersstructuur

 

In deze variant behoudt de Noormannensingel zijn huidige verkeersfunctie (buurtontsluitingsfunctie), welke in het zuidelijk gedeelte van Wyckerpoort overgenomen wordt door de Prinsesselaan. Binnen het wocngebied Wyckerpoort wordt dus onderscheid gemaakt tussen woonstraten met een zuivere woonfunctie en woonstraten welke een buurtontsluitingsfunctie vervullen.

Op het moment, dat de verkeersintensiteit op de Scharnerweg terugloopt door het vervallen van de aansluiting op de E9, ontstaat de mogelijkheid de Noormannensingel en de Prinsesselaan met een volledig kruispunt aan te sluiten op de Scharnerweg. Ook in deze variant is het probleem van de zuidelijke ventweg opgelost gedacht door het terugrooien van de zuidelijke bebouwingsrij.

 

-        Functionele structuur

 

De mogelijkheden voor het verbeteren van de groenstructuur van Wyckerpoort worden in deze variant geboden rond en eventueel op het vrijkomende E9-tracé. Evenals in de vorige variant wordt het interne langzaam verkeer gekoppeld aan de nieuwe "groenzone". De fietsroutes in ncord-zuidrichting volgen het E9-tracé. Daarnaast zijn er ter hoogte van de voorzieningen in Wyckerpoort en Oostermaas (winkels en scholen) oost-westverbindingen gemaakt. Hierdoor wordt het functioneren van deze voorzieningen bevorderd.

Bij uitbreiding van de voorzieningen in Wyckerpoort zal gedacht moeten worden aan locaties in de directe nabijheid van in deze variant aangebrachte hoofdstructuur. De groene zone biedt evenals de vorige variant mogelijkheden voor het aanleggen van recreatieve voorzieningen. Ook nu zal het sportveld van het St. Maartenscollege openbaar toegankelijk gemaakt worden voor de bewoners van Wyckerpoort. Omdat voor de bewoners van Wyckerpoort de afstand tot de groene zone groter is dan in de voorgaande variant zullen ook het woongebied recreatieve mogelijkheden geboden moeten worden, vooral voor kleinere kinderen en bejaarden.

 

-        Woon- en leefmilieu

 

Door de herinrichting c.q. ondertunneling van het E9-tracé worden de verblijfsmogelijkheden van de directe woonomgeving vergroot. Op of direct naast het tracé kunnen groen- en speelvelden ingericht worden, die zowel voor Wyckerpoort als Oostermaas een functie hebben.

 

Evenals in de voorgaande variant zal bedrijfsoverlast binnen het woongebied teruggedrongen moeten worden. Daarom wordt er ook hier naar gestreefd de vestiging van de Mosa aan de Prof. Moserstraat op te heffen.

 

Toetsing

 

Beschouwen we de twee varianten tegen de achtergrond van de geformuleerde doelstelling, dan lijkt variant I beter tegemoet te komen aan de doelstellingen dan variant II.


Dit betreft de volgende aspecten.

 

Variant I biedt de mogelijkheid voor het verbeteren van de interne relaties met betrekking tot de stedebouwkundige, verkeers- en groenstructuur terwijl in variant II de huidige situatie in dit opzicht in hoofdzaak gehandhaafd blijft.

 

In variant II wordt het accent gelegd op het verbeteren van de externe relaties. Ook de eerste variant biedt daartoe de mogelijkheden, aangezien het verschil voor de inrichting van het E9-tracé alleen betrekking heeft op het gedeelte tussen de Prof. Cobbenhagenstraat en Scharnerweg. Daartegenover staat, dat door een volledig kruispunt op de Scharnerweg ter hoogte van de Noormannensingel/Prinsesselaan, in variant II en de verwachte afname van de verkeersstromen op de Scharnerweg een verbeterde integratie plaats kan vinden tussen het zuidelijke gedeelte en de rest van Wyckerpoort.

 

Voor het realiseren van een verkeersluw woongebied binnen Wyckerpoort, biedt variant I meer mogelijkheden dan variant Il. In variant I worden de buurtontsluitingswegen aan de randen van het woongebied gesitueerd, terwijl in variant II de buurtontsluitingswegen het woongebied doorkruisen.

De situering van de loop-/fietsroutes is precies andersom vergeleken met die ten behoeve van het gemotoriseerd verkeer, dat wil zeggen in variant I zijn de loop-/fietsroutes centraal binnen Wyckerpoort gelegen en in variant II aan de randen van Wyckerpoort.

 

De mogelijkheden voor het creëren van rustige verblijfs­ruimten zijn in variant II groter, doordat het gehele E9-tracé als groengebied ingericht wordt, terwijl in variant I alleen het noordelijk en zuidelijk gedeelte als groenzone zijn ingericht. In het middengedeelte van Wyckerpoort wonen relatief weinig bewoners, voor Wyckerpoort zijn de ruimere mogelijkheden van variant II van beperkt belang. Wel vervult

het gebied tussen de Prof. Cobbenhagenstraat en de Scharnerweg een belangrijke functie voor de buurt Oostermaas. Op basis van het vorenstaande is variant I als uitgangspunt gekozen bij het opstellen van het schetsontwerp en de hoofdopzet van het bestemmingsplan.

 

5. 3. Schetsontwerp (kaart 35)

 

5. 3. 1. Toelichting bij het schetsontwerp

 

Het schetsontwerp ten behoeve van het bestemmingsplan geeft in globale trekken het kader aan, waarbinnen het concept-bestemmingsplan de juridische regeling voor de komende 10 jaar moet vastleggen en de ontwikkelingen in de gewenste richting moet sturen en reguleren.

-        Op het schetsontwerp is de hoofdfunctie wonen aangegeven. Aandachtspunten zijn:

      het behouden van de woonfunctie rond het Koningsplein;


         het uitbreiden van de woonfunctie langs het Oranjeplein in het bouwblok van de Koepelkerk;

         het gebouwencomplex van de Mosa aan de Prof. Moser­straat blijft als zodanig gehandhaafd met de huidige bestemming, omdat verplaatsing in de bestemmings­planperiode niet realiseerbaar wordt geacht.

 

-        Winkels

         het winkelbestand wordt in haar huidige situatie gehandhaafd, waarbij enige uitbreidingsmogelijkheden aan de bestaande winkels worden gegeven.

 

-        Sociaal-culturele voorzieningen

         handhaving van de huidige voorzieningen in het noordelijk deelgebied;

         uitbreiding van de huidige voorzieningen in het zuidelijk deelgebied.

 

-        Groenvoorzieningen, speelvoorzieningen en buitensport­terreinen

         handhaven van het bestaande groen en het regelen van het sportterrein ter hoogte van het St. Maartenscollege als openbaar groen.

 

-        Verkeer

         profilering van het noordelijk gedeelte van de Meerssenerweg;

         gericht op het scheiden van verkeerssoorten;

         profilering van de St. Gerardusweg en Heerderweg. De Heerderweg-Noord vormt samen met een deel van de St. Gerardusweg de hoofdontsluiting van het zuidelijk deelgebied;

         binnen het woongebied is een aantal straten te onderscheiden die woonstraten zijn met een verhoogde stroomfunctie en in zekere mate fungeren als buurt­ontsluitingsweg; dat zijn:

-       de Prof. Nijpelsstraat - Prof. Cobbenhagenstraat;

-       de Noormannensingel - de Prof. Kernstraat;

-       het Old Hickoryplein - de Gen. Simpsonstraat;

         het terugrooien van de Scharnerweg-Zuid wordt voor de bestemmingsplanperiode niet realiseerbaar geacht.

 

5. 3. 2. Toetsing toekomstige juridische regeling en knelpunten

 

Niet alle eerder gesignaleerde knelpunten en doelstellingen kunnen opgelost respectievelijk verwezenlijkt worden in een bestemmingsplan Wyckerpoort. Bepaalde knelpunten met betrekking tot de woonomgeving moeten worden opgelost met behulp van inrichtingsplannen, problemen in verband met de woningbezetting dienen opgelost te worden door middel van het toewijzingsbeleid.

 

De knelpunten, die wel in een concept-bestemmingsplan, waarvoor het schetsontwerp de eerste aanzet biedt, kunnen worden opgelost of waarvoor een aanzet tot oplossing kan worden gegeven zijn de volgende.

 

 


Stedebouwkundig:

 

 

 

- externe relatie

inpassing passerel

- detaillering straten

dwarsprofielen als onderdeel van de juridische regeling

- bouwblok Koepelkerk

nader vast te stellen regels voor de uitwerking artikel 11-gebied

 

 

Verkeersfunctie:

 

 

 

- E9

dwarsprofielen als onderdeel van juridische regeling met inachtname van het milieubouwplan

 

 

- scheiding aanbrengen in verkeersfuncties

dwarsprofielen als onderdeel van de juridische regeling

scheiding accentueren door de bestemming: verkeersdoeleinden en de sub-bestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie; de laatstgenoemde bestemming is bedoeld als duidelijke aanwijzing om bij de herinrichting de verblijfsfunctie voorrang te geven

 

 

- ontsluiting winkels Scharnerweg

op grond van nader te stellen regels in artikel 11, uitwerking van bouwblok Koepelkerk

 

 

- fietspaden

 

dwarsprofielen als onderdeel van juridische regeling

gedetailleerde regeling via sub-bestemming fietspaden

 

 

Functioneel

 

 

 

- terugloop bevolking

juridische regeling stadsvernieuwing

Dotremontterrein

 

 

- kantoren versus wonen

via bestemmingen reguleren kantoorontwikkeling

 

 

- recreatieve voorzieningen

reststroken in eigendom van woningvereniging als openbaar groen bestemmen

 

 

- sociaal-culturele voorzieningen

bestaande situatie noordelijk deelgebied juridisch vastleggen, voor    zuidelijk deelgebied onderdeel van nader te stellen regels in artikel 11 uitwerking bouwblok Koepelkerk

 

 

Woon- en leefmilieu:

 

 

 

- hinder verkeer, hinder bedrijven en kwaliteit woonmilieu

dwarsprofielen als onderdeel van de juridische regeling

te regelen via de staat van inrichtingen

 

 

- l.p.g.-opslag en -verkoop

in de toekomstige juridische regeling niet  toegelaten; overgangsbepaling


 

 

6 TOELICHTING OP DE PLANKAART EN DE GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN DEEL UITMAKENDE VAN HET CONCEPT-BESTEMMINGSPLAN WYCKERPOORT

 

6. 1. Toelichting op de plankaart

 

Deelgebied a

 

In grote lijnen is de bestaande situatie gehandhaafd en gedetailleerd geregeld.

 

Naar bestemming zijn de volgende aandachtspunten van belang.

 

-        Woondoeleinden

 

Waar de bestemming woondoeleinden gecombineerd met andere bestemmingen voorkomt (zonder matrix) dienen de andere bestemmingen beperkt te blijven tot de begane grondver­dieping, terwijl daar ook wonen is toegestaan. Dit is het geval aan de zuidzijde van het Old Hickoryplein. Daar is wonen gecombineerd met de ruime bestemming centrum­voorzieningen met de mogelijkheid tot detailhandel/horeca en de bestemming maatschappelijke doeleinden. Gekozen is voor een concentratie van deze bestemmingscombinaties aan het Old Hickoryplein.

In het kader van de stadsvernieuwing in het noorden van Wyckerpoort is gebleken, dat de woningen Kol. Johnsonstraat en omgeving bouwkundig zodanig slecht zijn, dat zij zullen moeten worden vervangen. Dan ontstaat de gelegenheid om op die plaats een betere stedebouwkundige opzet te bereiken. Een en ander kan door een wijziging van het plan door burgemeester en wethouders worden bereikt.

 

-        Maatschappelijke doeleinden

 

Kerken en scholen zijn geregeld met de algemene bestemming maatschappelijke doeleinden, ten einde wisseling in het gebruik binnen die algemene bestemming mogelijk te maken. De Levensschool aan de Dr. Schaepmanstraat/Kol. Millerstraat is eveneens met die algemene bestemming geregeld, terwijl tevens een ruim bebouwingsoppervlak is toegekend. Hiermee is beoogd te komen tot een straatwand aan de westzijde en een verbetering van het profiel van de Kol. Millerstraat.

 

-        Centrumvoorzieningen

 

Onder centrumvoorzieningen worden verstaan voorzieningen die specifiek in een centrumgebied thuishoren, zoals winkels, horeca en dienstverlenende publiekgerichte functies van bescheiden omvang. Bestaande winkels mogen in beperkte mate uitbreiden. De horeca wordt zodanig geregeld, dat sexclubs en dergelijke worden uitgesloten. De bestemming centrumvoorzieningen is in combinatie met wonen en maatschap­pelijke doeleinden gegeven aan het bouwblok aan de zuidzijde van het Old Hickoryplein.

 

-        Bedrijfsdoeleinden

 

Het benzinetankstation nabij de Prof. Quixstraat is als zodanig bestemd. De bedrijfsruimte van het benzinestation aan de Viaductweg en de daarboven liggende toonzaal hebben een zodanige bestemming gekregen, dat vestiging van een restaurant mogelijk is.

De Mosavestiging tussen Meerssenerweg en spoorwegemplacement heeft de bestemming B(k), bedrijfsdoeleinden keramische industrie gekregen om vestiging van andere typen zware industrie uit te sluiten.

 

-        Verkeersdoeleinden

 

Er is een onderscheid aangebracht tussen de algemene bestemming verkeersdoeleinden en de bestemming verkeers­doeleinden met subbestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie. De laatste bestemming dient opgevat te worden als vooruitlopend op de in de toekomst op te stellen inrichtingsplannen voor de Generalenbuurt, het Old Hickoryplein en de ventweg van de Pres. Rooseveltlaan. In de gebieden waarvoor deze bestemming geldt, dienen maatregelen, die het verwezenlijken van de bestemming kunnen frustreren, achterwege te blijven. De algemene bestemming verkeersdoeleinden is zodanig opgesteld, dat de inpassing van het milieubouwplan langs de E9 mogelijk is.

 

Deelgebied b

 

Ook hier is de bestaande situatie in grote lijnen gehandhaafd. Naar bestemming zijn de volgende punten van belang.

 

-        Woondoeleinden

 

Het stadsvernieuwingsgebied rond het Prof. Henketplein is als zodanig gedetailleerd opgenomen op de bestemmingsplankaart. Dat geldt eveneens voor de geprojecteerde nieuwbouw tussen de Prof. Mullerstraat en de Prof. Kernstraat.

Het gebied tussen de Prof. van Italiestraat en de Meersse­nerweg, dat in het voorontwerp-bestemmingsplan de bestemming "uit te werken woondoeleinden en bedrijfsdoeleinden (UWB)" had, is, als gevolg van de resultaten van het akoestisch onderzoek, nu opgenomen conform de bestaande toestand. Het sluiten van de straatwand aan de Meerssenerweg zal geschieden door toepassing van hoog opgaande beplanting.

 

Om de mogelijkheid tot splitsing van de grote woningen tot kleinere wooneenheden aan het Koningsplein niet uit te sluiten, is in de gebruiksvoorschriften een wijzi­gingsbevoegdheid voor burgemeester en wethouders opgenomen om de bestemming eengezinshuizen te kunnen wijzigen in meergezinshuizen.

 

Waar wooneenheden worden gecombineerd met andere bestemmingen (zonder matrix) aan de Meerssenerweg, de Prof. Moserstraat, de Prof. Scholsstraat en de hoek Koningsplein - Prof. Pieter Willemstraat geldt, dat de andere bestemmingen zich uitsluitend tot de begane grondverdieping moeten beperken. Wonen is op elke bouwlaag toegestaan. Bij het kiezen van de bestemmingscombinaties is uitgegaan van de hoofdbestemming wonen, maar is tevens de mogelijkheid geschapen het huidige afwijkende, maar niet hinderlijke gebruik te continueren.

 

-        Maatschappelijke doeleinden

 

Ook in dit deelgebied is hoofdzakelijk gebruik gemaakt van een algemene bestemming maatschappelijke doeleinden.

Het gebied van de avondschool is een gecombineerde bestemming wonen en maatschappelijke doeleinden gegeven. Daarbij is opgenomen een wijzigingsbevoegdheid van burgemeester en wethouders om de bebouwingsgrens te wijzigen, zodanig, dat indien overgegaan wordt tot het realiseren van woonbebouwing de bebouwingsgrens meer naar de openbare weg verschoven kan worden.

 

-        Groenvoorzieningen

 

Om het stijg- en daalpunt van de passerelle en een kranten­kiosk mogelijk te maken, wordt een wijzigingsbevoegdheid ex artikel 11 opgenomen.

Het college van burgemeester en wethouders heeft de bevoegdheid de bestemming groenvoorzieningen te wijzigen met inachtname van bepaalde regels.

In de bestemming groenvoorzieningen is het mogelijk een voetgangers-fietsverbinding te maken tussen het stijg- en daalpunt en de Prof. Pieter Willemstraat. Dit tracé zou bij voorkeur aan de zuidzijde van de villa Wyckerveld moeten lopen, aansluitend aan de bestaande padenstructuur.

 

-        Kantoren

 

De kantoren van de P.T.T. zijn in hun geheel als zodanig bestemd. De begane grondlaag van de flat aan het Koningsplein heeft een gecombineerde bestemming gekregen, waarin kantoren, maatschappelijke doeleinden en ambachtelijke bedrijvigheid zijn opgenomen.

Met behulp van een matrix is aangegeven, dat met uitzondering van begane grond de overige bouwlagen moeten worden benut voor woondoeleinden.

 

-        Bedrijfsdoeleinden

 

Het bedrijfsgebouw van de Mosa aan de Prof. Moserstraat en de bedrijven aan de Meerssenerweg zijn als zodanig gedetailleerd geregeld. Het onbebouwde gedeelte dient gedeeltelijk als parkeerruimte te worden gebruikt.

 

-        Verkeersdoeleinden

 

Ook hier is net als in deelgebied a een onderscheid te maken tussen de algemene bestemming verkeersdoeleinden en de bestemming verkeersdoeleinden met de subbestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie.

De laatste bestemming legt de nadruk op het verblijfskarakter en loopt vooruit op toekomstige inrichtingsplannen. Dit geldt voor de ventweg langs de Pres. Rooseveltlaan, de omgeving van het stadsvernieuwingsgebied, Thorbeckeplantsoen en de Prof. Pieter Willemstraat. Maatregelen, die de uiteindelijke bestemming kunnen frustreren, dienen achterwege te blijven. De parkeerruimte rond het P.T.T.-kantoor en de Prof. Pasmansstraat is gedetailleerd geregeld.

 

-        Bomen

 

Bestaande waardevolle beplanting is als aanduiding aange­geven.

 

Deelgebied c

 

De bestaande bebouwing is zoveel mogelijk gedetailleerd geregeld. Het gebied achter de Koepelkerk is als uit te werken gebied aangemerkt. De volgende aspecten verdienen toelichting.

 

-        Woondoeleinden

 

In combinatie (zonder matrix) met de bestemmingen ambach­telijke bedrijfsdoeleinden, kantoren, horeca en detailhandel komt de bestemming woondoeleinden voor aan de Heerderweg.

 

In combinatie met maatschappelijke doeleinden aan de Prinsesselaan en nabij de Koepelkerk. In het laatste geval is daar ook de bestemming centrumvoorzieningen aan toegevoegd.

 

De bestemming woondoeleinden is gegeven aan alle bouwlagen anders dan de begane grondlaag en souterrain van de flat aan het Oranjeplein, de bebouwing aan de Scharnerweg, respectievelijk de flats aan de Nassaulaan (met matrix).

 

-        Maatschappelijke doeleinden

 

De algemene bestemming maatschappelijke doeleinden is gegeven aan de Koepelkerk. Voor het overige komt deze bestemming alleen in combinatie met andere bestemmingen voor.

 

         Met woondoeleinden zuidelijk van de Koepelkerk, aan de Heerderweg en aan de Prinsesselaan (begane grond).

 

         Met centrumvoorzieningen soms in combinatie met ambach­telijke bedrijvigheid op de begane grond aan de Scharner­weg (matrix).

 

         Met kantoren op de begane grond van de torenflat aan het Oranjeplein (met matrix).

 

         Met kantoren en ambachtelijke bedrijvigheid in het souterrain van de flats langs de Nassaulaan (met matrix).

 

         Met kantoren aan de zuidzijde van de geprojecteerde insteek vanaf de Heerderweg.

 

-        Bedrijfsdoeleinden

 

De bedrijven in het zuidelijk deelgebied zijn geconcentreerd rond de Heerderdwarsstraat. De bedrijven waar nu detailhandel op dit moment wordt bedreven, zijn als zodanig bestemd. Voor de bedrijven waar dat op dit moment niet het geval is, is een vrijstellingsmogelijkheid opgenomen ten einde detailhandel in bepaalde goederen onder bepaalde voorwaarden toe te staan.

De toegestane bedrijven worden geregeld via een staat van inrichtingen. Bedrijven die vallen onder de categorie 1 in die staat, zijn zonder meer toegestaan. Bedrijven die vallen onder categorie 2 zijn toegestaan via een door het college van burgemeester en wethouders af te geven vrijstelling op basis van een bindend advies van de regionale inspectie van de volksgezondheid en milieuhygiëne. Bedrijven die vallen onder de categorie 3 zijn niet toegestaan. Door middel van een wijziging van het plan door burgemeester en wethouders kan op het bedrijventerrein een woon/werklocatie voor woonwagens worden ingebracht.

 

-        Verkeersdoeleinden

 

Net als in de overige deelgebieden is een onderscheid te maken tussen de algemene bestemming verkeersdoeleinden waar de verkeersfunctie overheersend is en de subbestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie. De laatste bestemming is gegeven aan de straten: Waldeck Pyrmontstraat, Prinsenlaan, de ventweg langs de Nassaulaan en tevens aan de tussenruimten achter de flats aan de Nassaulaan. Ten behoeve van de ontsluiting van de bebouwing op het Dotremontterrein is een insteek vanaf de Heerderweg opgenomen met eveneens een subbestemming verblijfsgebied.

Om tot een goede verkeerscirculatie te komen, is een kortsluiting opgenomen tussen de Heerderweg en de Gerardusweg nabij de aansluiting van de Prinsesselaan. Tevens zal eenrichtingsverkeer worden ingesteld op de Heerderweg - St. Gerardusweg - Heerderdwarsstraat. De verkeersdruk op de Heerderweg zal dan zodanig verminderen, dat een zonering ingevolge de wet geluidhinder niet noodzakelijk is. Voor de St. Gerardusweg is ruimte gereserveerd om in de toekomst verkeer in beide richtingen mogelijk te maken. Indien van deze mogelijkheid gebruik gemaakt wordt, kan de Heerderweg eventueel worden ingericht als verblijfsgebied.

Bij de reconstructie van de St. Gerardusweg tot een tweestrooksweg zal moeten worden bezien of, en welke maatregelen ten behoeve van de bestrijding van eventuele geluidsoverlast zullen moeten worden genomen.

 

-        Het gebied Dotremont

 

Op het gebied zullen 200 woningen worden gerealiseerd in meergezinshuizen. Grotere en kleinere eenheden komen gemengd voor. De woningen bevatten 1 tot en met 3 slaapkamers. De bebouwing wordt opgericht in 4 en 5 bouwlagen met kap. In de kap is wonen mogelijk. Het plan voorziet in 198 parkeerplaatsen. De parkeerfaciliteiten worden gerealiseerd in de kelder. In hoofdzaak wordt de rooilijn van de Heerderweg gevolgd.

De insteek gelegen aan de zuidzijde van de nieuwbouw op het Dotremontterrein vormt tevens de scheiding tussen het wooncomplex en de bedrijfsterreinen. Hierbij zijn de bedrijfsterreinen aan de zijde van de insteek afgebouwd gedacht met een kantorenbebouwing.

 

-        Uit te werken woondoeleinden, maatschappelijke doeleinden, kantoren en bedrijfsdoeleinden (UWMKB)

 

Het betreft hier het gebied rond de Koepelkerk. Ten einde ontwikkelingen aan de achterzijde van de bebouwing langs de Scharnerweg mogelijk te maken, is de bestemmingsgrens daar zo dicht mogelijk tegen de hoofdbebouwing gelegen en zijn de binnen die bestemmingsgrens liggende achtergebouwen met een hoogte van meer dan 4 meter onder de overgangsbepalingen gebracht.

De uitwerking heeft betrekking op woondoeleinden en maatschappelijke doeleinden en kantoren. De bestemming kantoren is hierin opgenomen op basis van reeds langer lopende afspraken. De bestemming maatschappelijke doeleinden heeft een ruim karakter. Afgezien van gemeenschapsruimten, waaraan duidelijk behoefte bestaat, zijn meerdere gebruiksmogelijkheden gegeven, die eerder gebaseerd zijn op de afwezigheid van bezwaren, dan op een concrete richtlijn vanuit het onderzoek. Wel is vanuit de inspraak en eerder door de gemeenteraad de wenselijkheid naar voren gebracht om ruimte te reserveren binnen deze bestemming voor de scoutinggroep. Verder zal in het kader van de uitwerking van deze bestemming worden bezien of garagebedrijf Vleugels een uitbreiding kan krijgen.

Voor wat betreft het wonen is gedacht aan één en/of meergezinshuizen met 2 tot en met 4 bouwlagen. Ten behoeve van woningen en/of andere geluidgevoelige ruimten zullen geluidwerende maatregelen aan de zijde van de Heerderweg aangebracht moeten worden.

 

6. 2. Voorliggende concept-bestemmingsplan en de huidige vigerende bestemmingsplannen (Rijksweg '75 en zuidelijk deel van Wyckerpoort en Oostermaas)

 

Deelgebied a

 

Belangrijkste elementen zijn:

 

-        de bestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie die in het voorliggende concept-bestemmingsplan wordt toegekend aan een groot deel van de verkeersruimten;

 

-        in het plan Rijksweg '75 is het bouwblok aan de zuidzijde van het Old Hickoryplein geregeld met de bestemming winkels en kleine bedrijven; nu is daar een gecombineerde bestemming aan toegekend van wonen, centrumvoorzieningen en maatschappelijke doeleinden;

 

-        het brandstof- en servicestation aan de Viaductweg is als zodanig geregeld, waarbij ook de aanwezige detailhandel in de bestemmingscombinatie is opgenomen;

 

-        het gedeelte van Wyckerpoort tussen Meerssenerweg en emplacement is nu onderdeel van het plangebied.

 

Deelgebied b

 

-        Gronden tussen de Prof. Kernstraat en de Prof. Mullerstraat:

 

vigerende regeling :                            bijzondere doeleinden;

huidig concept-bestemmingsplan:   ten dele maatschappelijke doeleinden, ten dele woondoeleinden.

 

-        Ook hier is voor grote delen van de verkeersruimten de bestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie gekozen.

 

-        Het stadsvernieuwingsgebied is als zodanig geregeld in het voorliggende concept.

 

-        Gebied tussen Prof. Moserstraat, Prof. van Italiestraat, Prof. Pasmanstraat en Meerssenerweg:

 

vigerende regeling:                             bestemming bedrijven en lichte industrie;

huidig concept-bestemmingsplan:   gedetailleerd geregeld met de bestemming bedrijfsdoeleinden met verplichting tot parkeren op het onbebouwd terrein.

-        Bouwblok noordzijde Prof. Cobbenhagenstraat:

 

vigerende regeling:                             kantoren en wonen;

huidig concept-bestemmingsplan:   woondoeleinden.

 

Deelgebied c

 

-        Bouwblok Koepelkerk:

      langs de Scharnerweg:

vigerend plan:                               gebouwen voor handel, nijverheid, administratie en verkeer al dan niet met huisvestingsmogelijkheden;

huidig concept-                             verschillende bebouwingsop-

bestemmingsplan                        pervlakken met gedifferen­tieerde bestemmingscombina­tie; anders dan op de begane grond geldt de bestemming woondoeleinden;

         westelijke en zuidelijke rand:

 

vigerend plan:                               bestemming bijzondere doeleinden;

huidig concept-                             ten   dele    gedetailleerde regeling,

bestemmingsplan:                       ten dele met bestemmingscombinaties, ten dele als uit te werken bestemming woondoeleinden, maatschappelijke doeleinden en kantoren;

 

         middengebied:

 

vigerend plan                                bestemming bedrijfsgebouwtjes;

huidig concept-                             ten dele uit te werken bestemming,

bestemmingsplan                         ten dele gedetailleerd geregeld;

 

-        achtergebied tussen Heerderweg en Prinsesselaan:

 

vigerend planbestemming:                 bedrijfsgebouwtjes;

huidige concept-                                    bestemming erf;

bestemmingsplan

 

-        gebied tussen Heerderweg, St. Gerardusweg tot aan E9:

 

vigerend plan                                         bedrijven en lichte indus- trie langs de Heerderweg; bebouwingsstrook ten behoeve  van kantoren, showrooms, ateliers en research;

huidig concept-                                      handhaving aanwezige bebouwing

bestemmingsplan                                  langs de Heerderweg;

gebied Dotremont bestemd tot woondoeleinden;

bedrijven tussen Dotremont en E9 gedetailleerd geregeld met een opsomming van zonder meer toelaatbare bedrijven (ca­tegorie 1) en bedrijven, die via een vrijstellings­bevoegdheid gekoppeld aan een advies van Vomil toelaatbaar zijn (categorie 2) en vrijstellingsmogelijkheid in verband met detailhan­del onder voorwaarden;

de nu bestaande detailhan­del gehandhaafd.

 

-        De bestemming verblijfsgebied met beperkte verkeersfunctie gegeven aan een groot deel van de verkeersruimten.

 

-        Het huidige gebruik van begane grondlaag van de flat aan het Oranjeplein en het souterrain van de flats aan de Nassaulaan gelegaliseerd.


 

 

 

7. OVERLEG

 

Zoals meerdere malen aangeduid, is de Structuurschets 1979 één van de bronnen van het in de toelichting opgenomen hoofdstuk met betrekking tot knelpunten en doelstellingen een combinatie van de concept-Structuurschets 1977 en de daarop volgende inspraak.

Sindsdien heeft een stuurgroep Wyckerpoort gefunctioneerd waarin naast ambtenaren van de gemeente Maastricht ook vertegenwoordigers van de bewoners zitting hebben. De stuurgroep heeft zich inhoudelijk intensief bezig gehouden met het tot stand komen van het voorliggende concept-bestemmingsplan Wyckerpoort.

Tegelijkertijd met het te voeren vooroverleg met de provinciale instanties is nogmaals een inspraakronde gehouden, waarbij de bewoners van Wyckerpoort in de gelegenheid zijn gesteld hun mening kenbaar te maken over het onderhavige plan. Het inspraakverslag en het commentaar daarop zijn als bijlage toegevoegd. Hetzelfde geldt ook voor het verslag van het P.C.C.- vooroverleg en het commentaar.


 

 

 

8. ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID

 

Het onderhavige plan voorziet in een nieuwe juridische regeling van een reeds langer bestaand, bebouwd gebied, waarbij het aantonen van de economische uitvoerbaarheid niet van toepassing is. Voor die gebieden die volgens dit plan voor bebouwing in aanmerking komen, zal worden uitgegaan van een op zich sluitende exploitatie-opzet.

Uitvoeringsplannen ten aanzien van verbetering van de woonomgeving, herinrichting van de groengebieden enz., zoals deze eerder genoemd zijn, zullen moeten worden opgenomen in een nog op te stellen meerjarenplan, waarbij rekening zal worden gehouden met de in de bijlage opgenomen lijst van voorgestelde ingrepen.



[1] Verkoopvloeroppervlakte (v.v.o.) is de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte (inclusief de etalageruimte) bestemd en gebruikt voor het "en detail" verkopen en leveren van roerende goederen, welke niet ter plaatse geconsumeerd en/of gebruikt worden. Bedrijfsvloeroppervlakte (b.v.o.) is verkoopvloeropper­vlakte plus overige vloeroppervlakte. Onder overige vloeroppervlakte wordt verstaan de opslagruimte (magazijn, kelder) plus alle overige voor de bedrijfsuitoefening benodigde ruimte (winkelkantoortje, sanitaire ruimte, garagebox voor bedrijfsauto).

[2] De gebiedsindeling is conform de parochieverdeling

[3] Insprekers signaleren slechte parkeervoorzieningen in het algemeen