Plan:
Bestemmingsplan kern Borgharen
Status:
vastgesteld
Gemeente:
Maastricht
Plantype:
ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
Artikel 11. Agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden

11.1. Doeleindenomschrijving

De op plankaart A als agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden aangegeven gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 3, 4 en 5, bestemd voor:

- behoud, herstel en/of ontwikkeling van de aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen landschappelijke, bodemkundige, natuurlijke en cultuurhistorische waarden;

- duurzaam agrarisch grondgebruik;

- extensief recreatief medegebruik;

- verkeersdoeleinden;

- additionele voorzieningen.

11.2. Bouwvoorschriften

Op de tot agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden bestemde gronden mag niet worden gebouwd, met uitzondering van andere bouwwerken ten behoeve van extensief recreatief medegebruik in de vorm van kleinschalige picknickplaatsen en rustpunten, zoals zitbanken, afvalbakken en borden, met een hoogte van maximaal 2,00 m.

11.3. Aanlegvergunning

A. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) op of in deze gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren:

a. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden, picknickplaatsen en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;

b. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem;

c. het aanbrengen van transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur, tenzij zulks noodzakelijk is voor of verband houdt met het op de bestemming gericht gebruik van de grond;

d. het vellen en/of rooien van houtgewas of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of ernstige beschadigingen ten gevolge kunnen hebben, behoudens bij wijze van verzorging van de aanwezige houtopstand;

e. het bebossen van gronden die op het tijdstip van het van kracht worden van het plan niet als bos konden worden aangemerkt.

B. Het onder A. van dit lid bepaalde is niet van toepassing voor:

a. werkzaamheden, normale onderhoudswerkzaamheden zijnde;

b. werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;

c. werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemexploitatie en bodemgebruik;

d. werken of werkzaamheden welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn, dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, vrijstelling of anderszins mogen worden uitgevoerd.

C. De werken of werkzaamheden als bedoeld onder A. van dit lid zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan – hetzij direct, hetzij indirect – te verwachten gevolgen de doeleinden als omschreven in lid 1. niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van deze doeleinden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.

11.4. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de situering en afmetingen van gebouwen en andere bouwwerken, indien dit noodzakelijk is:

a. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;

b. ter waarborging van de ruimtelijke kwaliteit, het stedenbouwkundig beeld of de cultuurhistorische resp. archeologische waarden ter plaatse;

c. in verband met de verkeers-, sociale en brandveiligheid.