Plan:
Bestemmingsplan kern Borgharen
Status:
vastgesteld
Gemeente:
Maastricht
Plantype:
ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
Artikel 9. Bedrijfsdoeleinden

9.1. Doeleindenomschrijving

De op plankaart A als bedrijfsdoeleinden aangegeven gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 3, 4 en 5, bestemd voor:

- bedrijfsdoeleinden, voorkomend in de milieucate-gorieën 1 en 2 van de als bijlage bij deze voorschriften gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten dan wel, voor zover deze daarin niet voorkomen, ze naar aard en invloed op de omgeving daarmee zijn gelijk te stellen, gehoord de directeur van de Hoofdgroep Milieu en Water van de provincie Limburg;

- wonen in de ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezige en met de letter W op plankaart A aangeduide bedrijfswoning;

- parkeervoorzieningen;

- groenvoorzieningen;

- additionele voorzieningen.

9.2. Bouwvoorschriften

Op de tot bedrijfsdoeleinden bestemde gronden mo-gen uitsluitend gebouwen, geen (bedrijfs)woningen zijnde, en andere bouwwerken worden opgericht die qua aard en afmetingen bij deze bestemming passen, met dien verstande dat de volgende voorschriften in acht worden genomen:

a. het op plankaart A aangegeven bebouwingsvlak mag, met uitzondering van het bepaalde onder sub c., geheel worden bebouwd.

b. de op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-plan bestaande goothoogte mag niet worden overschreden.

c. de op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-plan bestaande bedrijfswoningen mogen niet worden uitgebreid.

d. de hoogte van andere bouwwerken maximaal 8,00 m. mag bedragen. Voor terrein- en erfafscheidingen is het bepaalde in de bouwverordening van toepassing.

9.3. Vrijstellingsbevoegdheid

A. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd vrij-stelling te verlenen van het bepaalde in lid 1. en toe te staan dat detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit plaats vindt.

B. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in lid 1. voor de uitoefening van een bedrijfsactiviteit die staat vermeld onder milieucategorie 3 in de bij deze voorschriften behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, gehoord de directeur van de Hoofdgroep Milieu en Water van de provincie Limburg.

C. Bij het verlenen van vrijstelling als bedoeld in sub A., sub B. en sub C. dient het onderstaande in acht te worden genomen:

a. de belangen van derden mogen niet oneven-redig worden geschaad;

b. er mogen geen onevenredig nadelige gevolgen voor het woonmilieu ontstaan of kunnen ontstaan;

c. de parkeerbalans in de directe woonomgeving mag niet onevenredig nadelig worden of kunnen worden beïnvloed.

9.4. Wijzigingsbevoegdheid
9.5. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de situering en afmetingen van gebouwen en andere bouwwerken, indien dit noodzakelijk is:

a. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;

b. ter waarborging van de ruimtelijke kwaliteit, het stedenbouwkundig beeld of de cultuurhistorische resp. archeologische waarden ter plaatse;

c. in verband met de verkeers-, sociale en brand-veiligheid.